PORTRET VAN JOKE HAKKENS FLESSEN Misschien kent U haar al van de Pasar Malem in Utrecht van vorig jaar: Joke Hakkens-Paul. Ze tekent, schildert, borduurt en boetseert. Ook dit jaar heeft ze weer een stand vol tekeningen, aquarellen, boetseerwerk, keramiek en borduurwerk. Alles met liefde en geduld gemaakt voor de opbrengst en het goede doel van de Pasar Malam. Maar ook als de drukte van de pasar malem voorbij zal zijn heeft mevrouw Hakkens het nog druk, want dit tekenen en boetseren is van hobby uitgegroeid tot een serieuze taak waar ze alle liefde aan geeft. In haar gezellig ingerichte woonkamer in de Poortstraat 91 in Utrecht tekent ze in woorden een zelfportret. „Ik ben altijd dol geweest op tekenen", ver telt ze". Als klein meisje geboren en ge togen in Batavia werd ik voor straf wel eens opgesloten in de WC. Ik had dan altijd wel een stukje arang of krijt bij me om op de muren te tekenen. Als ik dan na verloop van tijd „ontzet" werd, was het de beurt van mijn ouders om ontzet te zijn want dan zagen ze de muren van boven tot onder ,voor zover ik op het closet staande, reiken kon, vol getjöret. Mijn vader vond die tekeningen wel mooi geloof ik. Want het was mijn vader die me, toen ik van school af was (een jaar of 15 was ik toen) naar de bekende schilder Jan Frank zond. Hij woonde in een prachtig huis op Petampoeran. Ik zou daar een teken-test af leggen. „Teken maar wat", zei Frank, „dit meisje met vlechten bijvoorbeeld". Ik was zo zenuwachtig dat ik geen lijn op papier kon zetten. „Teken dan alleen maar de vlechten", moedigde Frank me vriendelijk aan. Ik heb het uiteindelijk voor elkaar ge kregen en zelfs met een leuke achtergrond erbij. Het resultaat was dat Jan Frank zei, dat ik talent had en beslist tekenles moest hebben. Daar is nooit wat van gekomen, mijn vader bleek achteraf toch niet veel fiducie te hebben in een artistieke dochter. In de Ja panse bezetting heb ik net als zovele vrouwen en meisjes dat deden, met flessen beschilde ren verdiend. In 1947 moest ik om gezondheidsredenen van de dokter naar Holland. Als corveester kon ik een gratis overtocht verdienen. Ik mocht op de kinderen "passen, heerlijk, dat betekende met ze tekenen en knippen en boetseren. De kinderen waren met mij zo zoet dat de kapitein toen hij me bezig zag, er schik in had en me betaling gaf In Holland ben ik met de handschoen getrouwd want mijn verloofde zat als militair in Indo nesië. Ik ging voor een jaartje terug naar mijn Die brillen op onze neus Maakten we zelf, heus! Maar als 't effe kan Geen schoenen an! Chrisje en Dickie Bakker, ingezonden door Oma. Mevr. Hakkens-Paul tekent, schildert, boet seert en borduurt. Ze doet het voor de Pasar Malam in Utrecht waar ze ook als snelteke- nares zal optreden. U kunt haar werk bewon deren en kopen. Dan draagt U een steentje bij tot het vele goede dat de sectie Gerepatrieer- den van de stichting Kerkelijke Sociale Arbeid verricht. geboorteland maar in 1951 kwamen we voor goed naar Nederland. Het vervelende was dat we in Baarn kwamen te wonen, maar mijn man in Deventer ge stationeerd was. Dat betekende dat hij alleen met de week-ends thuis kon zijn. Ik had de hele dag voor mezelf en toen kon ik eindelijk doen waar ik mijn hele leven naar verlangd had: les nemen in tekenen. Eerst een cursus voor modeltekenen, later apart bij verschil lende kunstenaars. In Baarn heb ik zelfs nog geëxposeerd met als succes dat ik van Coni- mex opdrachten kreeg voor buitenlandse folders Indische motieven te ontwerpen. Die éne fles, we kunnen en we willen er voor geen goud vanaf. Het is en blijft een probleem als je in een hotel zit, of als je bij niet-Indische mensen logeert. „Toen we vorig jaar op reis waren", schreef Mevr. K. me, „hadden we een fles van de vaatwas bij ons. Zo'n plastic fles gaat gemak kelijk in een tas en kan niet breken. Een platte fles is natuurlijk het best". Ik heb jarenlang op een grote afdeling op kantoor gezeten. De collega's waren van me gewend dat ik soms aankondigde:: „Ik ga de plantjes water geven". We hadden grote bloembakken voor de ramen, dus genoeg te begieten. Daarvoor nam ik 3 King Size Coca Cola flessen mee naar het toilet om ze met water te vullen. Nadat ik er één zelf had ge bruikt kwam ik weer met 3 volle flessen terug op de afdeling en begoot de planten. „Die planten krijgen ook maar te drinken wanneer dat in jouw kraam te pas komt", meende een collega (terecht) te moeten op merken. Op reis zorg ik altijd voor een kamerjas met een grote zak. Daarin verdwijnt gemakkelijk een kleine fles van Vichy-water of een cola flesje. Toch niet helemaal blijkbaar, want op een keer vroeg een attent kamermeisje: „Is mevrouw gewend 's morgens Vichy-water te drinken? Dan zal ik zorgen dat het 's-avonds op uw kamer staat 1" En wist U dat men zo'n sproeiertje in het closet hier „Indisch gemak" noemt? L. D. Nu zitten we alweer jaren in Utrecht, mijn man gelukkig ook. Op dit ogenblik heb ik boetseerles bij Jan van Luyn en portrettekenen bij Erica Visser". Ze laat me mappen vol werk zien. Meest portretstudies van mannen, vrouwen, kinde ren. Aan alles is te zien dat ze zich intensief op dit tekenen toelegt. Er is veel aquarel bij. Af en toe wijst ze me op een Indisch kopje en ze is blij als ik ook direct de Indische neuslijn, de mond, de ogen ontdek. Van wie ze haar talent heeft? Niet van haar ouders, zegt ze. „Ik geloof van mijn Chinese grootmoeder. Die zag ik altijd borduren, sier lijke motieven die ze zelf ontwierp. Ik zal dat Oosterse in mijn stijl ook blijven houden. Mijn leraren zeggen het ook". In haar atelier staat en hangt van alles: fleu rige wandkleden (een ongelooflijk aardig pasar-tafereel o.a.) keramiek maar vooral veel boetseerwerk. Er zijn veel opdrachten bij, dat leuke tuinbeeldje van beton bijvoor beeld. „Zwaar, moeilijk werk dat betongieten. Ik lijk soms wel een bouwvakarbeider met al dat cement, grind, kalk. Maar het is toch leuk". O ja, zoals ze vroeger als kind dat kleine kamertje voltekende, zo heeft ze nu haar keukenwanden versierd met grappige Indische tafereeltjes en figuren. Ze is dol op naaien, ontwerpt haar japonnen zelf. Houdt veel van kinderen, maar het gemis daarvan wordt ver goed door haar werk en een lieve, medele vende echtgenoot. Wat moet ik nog meer vertellen over Joke Hakkens-Paul Haar wensen voor de toe komst: steeds beter worden en... Indische kinderen te mogen natekenen of te boetseren. „Ik weet niet hoe het komt, ik krijg ze er niet voor. Soms belooft een moeder het me, maar ze doet het tenslotte toch niet. En ik wil zo graag!" Mocht deze Tong-Tong nog op tijd in uw bezit komen en U bént in de gelegenheid: mampir eens bij de stand van Joke Hakkens op de Pasar Malam in Utrecht, Casino, 1 en 2 juni. LILIAN DUCELLE INDISCH KINDERKOPJE! Zoals er duizenden waren in het grote eilan denrijk, dat Indonesië heet. Ze kijkt wat ondeugend, een zweem van een glimlach om de mond, maar ook in de ogen. Vol onschuld en verwachtensvol is de blik voor de wereld om haar heen. Bij hoevelen van onze kinderen was dat niet evenzo? Weggerukt zijn ze uit de zon, uit het groen en het blauw; uit de warme aarde overgeplant in kille grond, met weinig zon en haast geen blauw en... 13

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1962 | | pagina 13