iosr3 PASAR MALAM VAN HIER EN GUNDER Haagse Dierentuin V. 6e JAARGANG No. 24 29 en 30 juni, 1 juli KLOPPARTIJ „Ik mis toch die ouwe lekkere kloppartijen in deze rubriek. Bagaimana! Tjalie takoet?" Si Pong Naam inzender bekend) Nee, wij zijn wat kalmer geworden. Wij heb ben allemaal genoten van onze kloppartijtjes (vandaar dat ik ze vaak uitlokte), maar ook ingezien dat er na bekvechten ook opbouwend werk moet komen. De kloppartijtjes hebben veel misverstanden uit de weg geruimd en breder inzicht in elkanders motieven geopend. Voorheen leefden vele Indischgasten met „hun eigen inzicht voor zich". Nu hebben we geleerd dat er ook voor andermans me ningen wat te zeggen is en dat onze eigen mening helemaal niet maatgevend hoort te zijn voor hele groepen. Het gaat er nu alleen maar om uit al die verschillende opinies een kollektieve, positieve, konstruktieve mening op te bouwen. Het schijnt dat we daar nog niet aan toe zijn. Van kollektieve inspanning is nergens sprake: geen politieke groepering of zichtbare deelname aan een bestaande poli tieke groepering, geen emigratie-standpunt, geen Nw. Guinea- of Indonesië-standpunt, geen fonds-vorming voor Indische risiko's, geen zichtbare deelname aan cultureel of so ciaal leven. De sporadische uitzonderingen zijn óf individueel óf té klein en onbekend. Er leeft geen groep van 300.000 Indische Neder landers in Nederland, maar er leven 300.000 nergens bij behorende individuen uit Indië in Nederland. De grootste groep is de lezers kring van Tong-Tong. Nog hoeveel jaren vóór hieruit werkgroepen ontstaan? T. R. AANPASSEN „Leren is aanpassen, aanpassen is leven". Wie zich niet aanpast, is, of gaat dood, wordt verstoten. Evenals er geen moedwillige keuze kan zijn tussen leven en dood, kan er sprake zijn van wel of niet willen aanpassen, tenzij men al zeer gevorderd is met het plan om zelfmoord te plegen, hetzij uit frustatie, hetzij terwille van een ideaal, hetzij onder druk waartegen menselijke kracht niet opgewassen is. Ceen dezer omstandigheden van zó dringende aard is voor de Indische Nederlander aanwezig om de geestelijke dood boven het leven te stellen. Er is slechts één probleem: kunnen wij ons aanpassen? Ik meen stellig dat wij ons in het verleden enige eigenschappen en dat is heel wat anders dan „cultuurwaarden" verwor ven hebben, welke ons in staat stellen om met succes het aanpassingsproces tegemoet te treden. Door die eigenschappen hebben wij kampen, rampen, revoluties en prosecuties overleefd. Dat zijn zeker erger zaken dan aanpassing. Dat is een waardevol goed, dat complex van eigenschappen; het is geen schande er nog één, twee andere aan te willen toevoegen. Vandewê Vandewé is een oud en aktief Tong-Tonger. Dat hij het assimilatieprobleem wéér wenst aan te snijden (al voelt Tong-Tong zich hierover „moegepraat") zal zeker zijn positieve kanten al weten wij niet waar hij precies heen wil. Zoals men weet kent de psychologie aan „intelligentie" toe „het vermogen om zich aan te passen". Men zou daaruit de konklusie trekken dat botterikken zich niet aanpassen en dus „achter blijven". Wie echter zowel het leven van de Staphorsters als de Badoejs be studeert, zal merken dat deze mensen andere dominerende plus-waarden hebben, die niet slecht hoeven te zijn. Omdat aanpassingsvermogen een kenmerk is van persoonlijke intelligentie, zullen ook de vormen en graden verschillen. Dit wordt dui delijk bij elke willekeurige lijst van namen: Eppo Doeve, Ir. v. d. Eb, Mr. Jonkman, Maria Dermoüt, Elly van Stekelenburg, Mr. Hunger, Generaal F. v. d. Veen, The Blue Diamonds, Ir. Thomas Nix, Prof. Theo Galestin, Johan Fabricius, prof. L. v. d. Pijl, Exc. Weiter. Hoe langer wij deze lijst maken, hoe duide lijker ons wordt dat er geen algemene normen voor aanpassing kunnen zijn, maar dat een breed veld van „incorporatie" bestaat, waarin nochtans één faktor dominante Grootste Ge mene Deler is: dienbaarheid aan de nieuwe maatschappij. Opbouwend dus. Konstruktief. In hoeverre de „niet-prominenten" al was het alleen in hun wijk of stamkroeg of vrien denkring assimilerend werken, dat kan iedere lezer voor zichzelf uitmaken, maar zijn ver leden 100% verloochenen, dat kan niemand. Zelfs de knapste huichelaar valt vroeg of laat door de mand. Zelfs de koppigste ontkenner zal vroeger of later kleur moeten bekennen. Wij assimileren dus allemaal. Wat wij alleen niet moeten doen, is: 1. ons voorbeeld maat gevend achten voor iedereen, 2. op andermans ideeën afgeven, 3. geïsoleerd blijven. Wat wij wél moeten doen is: 1. vaker bijeen komen om gedachten uit te wisselen en de coördinaten vinden van positieve samenwer king, 2. deze in verenigingsverband maatschap pelijke aktiviteit geven, 3. ons licht onder de korenmaat vandaan halen. RED. KLAGEN EN WERKEN „De geruchten blijven aanhouden dat je weggaat naar Amerika. Andere geruchten spreken van vestiging in Spanje. Nog weer andere van terugkeer naar Indonesië. Nie mand weet zeker dat je hier blijft. Alles is onzeker. W. AI. R. Muller Alle geruchten zijn waar. Ik GA in Amerika werken. Ik GA in Spanje werken. Ik hoop ook in Indonesië te werken. In de West, in de Canarische Eilanden, in Brazilië, Argen tinië. Overal waar groepen zitten, die niet mij bij zich willen hebben, maar mijn tienduizend kontakten willen benutten. Voor een korte tijd. Om dan zélf teroes te poekoelen. Mijn werk zal daar móeten zijn, waar de totale inspanning het grootst is. Omdat daar de hulp vandaan moet komen voor de groepen waar de totale inspanning het kleinst is. Ik ben geen „mammie-die-moet- thuisblijven"; ik ben een bode tussen alle groepen, die werken willen. En dat geldt voor alle staf-leden van Tong-Tong. Deze klagelijke onzekerheid hoort in Tong- Tong niet thuis. Discussie hierover zal niet meer plaats hebben. Want er is alleen maar één middel tegen alle onzekerheid van nu en BI] DE VOORPLAAT: Pasar Malam te Malang, zo'n dertig jaren geleden. Dus: Voorbij en laat ons wenen?" Neen, laat ons met de herinnering aan de ge lukkigste jaren van ons leven trachten vele elementen daaruit te doen herleven. En zo doende niet alleen vreugde en geluk te geven aan nieuwe Indische generaties, maar aan de ontelbaar vele Hollandse, die nooit een Pasar Malam zagen. Een handiol branie jonge mensen zet elk jaar weer de Pasar Malam in de Haagse Dieren tuin op. Elk jaar wordt het beter. Meer in schrijvingen voor deelname op velerlei terrein. Meer bezoekers. Langzamerhand begint onze PASAR MALAM TONG-TONG een traditio neel Haags zomer-evenement te worden, welbe wust groeiend naar een NATIONAAL evene ment met EUROPESE bekendheid. Let wel: geen groot initiatief van Grote Boengs met groot kapitaal, maar een gedurfd initiatief van jonge mensen en flinke Indische huisvrouwen. Petten af en Selamat poekoel teroesl", mensen! TJALIE ROBINSON Foto: Foto-archief Kon. Inst. v/d Tropen Tniinf TouhI Onafhankelijk Indisch Tijdschrift Prins Mauritslaan 36 - Den Haag Tel. 542.542-550.749 - Giro 6685 Verschijnt: de 15de en 30ste van elke maand Prijs: per nummer: 0.50 per kwartaal 2.50 per halfjaar 5. per jaar 10. Betaling geschiedt altijd VOORUIT ABONNEMENTEN BUITENLAND (per jaar): Australië: p. luchtpost: 43.-; p. zeepost: 15.- Nieuw-Zeeland, Zd. Afrika, Brazilië: p. luchtpost: 33.-; p. zeepost: 15.- Nieuw-Guinea, Canada, U.S.A.: p. luchtpost: 27.-; p. zeepost: 15.- Suriname, Antillen: p. luchtpost: 21.-; p. zeepost: 15.- West-Europese landen: p. luchtpost: 15.- Agente voor Canada: Mevr. E. Ie Sueur- Zimmer, 1 Richview Side Road, RR 1 Islington, Ontario, Canada. Agent voor Amerika: Roy J. Steevensz, 7919 Chatfield Ave, Whittier, Cal., U.S.A., tel. OX 8-8893. Uitgave GAMBIR Uitgeverij voor Oost en West Onder redactie van TJALIE ROBINSON Zoekt op basis van de nuttige ervarin gen in de Gordel van Smaragd nieuwe interessen in Nederland te wekken voor de Tropengordel hebben. Daarom plaatsen wij zijn ingezonden, later: Werk. Ik ga werken.T. R. 2

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1962 | | pagina 2