De IJzeren Maarschalk
in een moeilijk parket
„IMGET MATI" „AD PATRES"
Fa. Johs. Ouwejan Zn.
Na Jan Pieterszoon Coen is Daendels wel de
Gouverneur-Generaal geweest, die bij de grote
massa het meest bekend is gebleven. Deze man
moet toch wel een bijzonder krachtige persoon
lijkheid geweest zijn, om een dergelijke repu
tatie na te laten, te meer waar hij slechts 40
maanden op Java vertoefd heeft, en de Buiten
gewesten nooit bezocht heeft; maar zelfs bij het
Javaanse volk leefde de faam van de grote don
derende heer van Buitenzorg nog heel lang
voort. In tegenstelling met zijn voorgangers, die
allen min of meer nourris dans Ie sérail waren,
had Daendels totaal geen ervaring van Indische
zaken, en bij zijn komst op Java al een heel
bewogen leven achter de rug.
Herman Willem Daendels werd geboren te
Hattem op 21 oktober 1762, als zoon van de
Burgemeester en Hoofdschut aldaar Mr. Burc-
hard Johan Daendels en Josina Christina Tul
leken. Nu beduidde dat burgemeesterschap
van het minuscule plaatsje in de 18e eeuw wel
iets meer dan tegenwoordig, en had de familie
Tulleken wel een zekere invloed in de Staten
van Gelderland, maar men kon zich toch niet
meten met de machtige regentengeslachten der
Hollandse steden. Toen Herman Willem dus
op zijn 18e jaar tot luitenant der plaatselijke
schutterij benoemd werd, was dit slechts een
vriendelijk gebaar jegens de zoon van de bur
gemeester. Het jongmens vertrok kort daarop
naar Harderwijk waar hij aan het toen nog be
staande Atheneum in de rechten ging studeren.
Hij werkte hard, en werd er 10-4-1783 op een
proefschrift ,,De compensationebevorderd tot
doctor in de beide rechten. Intussen zat men
ook te Hattem midden in de patriottentijd, de
jonge advocaat stortte zich met jeugdig enthou
siasme in de strijd als vurig democraat, en de
relletjes liepen al ras zó hoog, dat de Prins-
Stadhouder troepen moest zenden om er een
eind aan te maken. De Hattemse schutterij
kon daar blijkbaar niet tegenop, en spoedig
was de rust weergekeerd; maar, niet ten on
rechte, beschouwde men de jonge meester in
de rechten als de belhamel. Toen de Staten van
Gelderland een algehele amnestie verleenden
aan de deelnemers, werd Herman Willem er op
17-9-1786 uitdrukkelijk van uitgesloten. Ver
moedelijk heeft zijn moeder weemoedig haar
hoofd geschud, om de schande, die haar zoon
haar aandeed, en was dankbaar dat papa de
burgemeester het niet meer had behoeven te
beleven. Daendels was de enige niet, die geen
amnestie kon krijgen, verzamelde wat sypathi-
santen om zich heen en trok naar Amsterdam,
waar een patriot nog welkom was. Kort daarop
rukten de Pruisen Nederland binnen, en werd
de Gelderse Brigade gevormd, waarbij H. W.
tot majoor benoemd werd, geen onaardige pro
motie voor een-25-jarigeIn okt. 1787 verde
digde hij naar beste krachten, doch helaas
tevergeefs, Amsterdam tegen de Pruisische
troepen. Het zat hem dus niet mee, terwijl hij
nogal trouwplannen had. In Amsterdam had hij
namelijk een vroeger speelgenootje ontmoet,
Begrafenis- en Crematie-Onderneming
Opgericht 1924
ROUWKAMERS en
ONTVANGKAMERS
AIRCONDITIONED
Kantoren: Fred. Hendriklaan 7
Den Haag, Tel. 070-556427 (2 lijnen)
n.l. Aleyda Elisabeth Reyniera van Vlierden,
geboren te Hattem 28-4-1768, dochter van de
kapitein ter Admiraliteit van Amsterdam Con-
tantinus van Vlierden en Petronella Greve. Hij
vluchtte met haar naar het Bentheimse en huw
de daar op 22-3-1788 te Lage, waarna het
jonge paar, evenals vele patriotten, zijn heil
zocht in Frans-Vlaanderen. Eerst woonden ze
op het kasteel Watten bij Saint-Omer, later te
Bergen-Saint Winox en Duinkerken, waar in
1790 hun eerste kindje Petronella geboren
werd. Het was maar goed dat hij de vaderland
se bodem de rug had toegekeerd, want op
25-4-1788, werd hij „ter zake van gekwetste
majesteit, seditie en oproer", met vervallen
verklaring van zijn burgerrecht, bij verstek
veroordeeld tot de straf van het zwaard over
het hoofd en voor zijn leven gebannen uit
Gelderland. Toen kwamen enkele moeilijke
jaren, hij dreef in compagnonschap met Mr.
Gerrit Buyskes, een tabaksfabiek te Graveline.
In 1792 keerden de kansen, de Franse repu
bliek stelde het vreemdenlegioen in, en op 12
okt. van dat jaar, dus even voor zijn 30e ver
jaardag, werd Daendels aangesteld tot Luite
nant Kolonel. Als zodanig maakte hij de veld
tochten in België mee, het scheen hem noch
aan dapperheid noch aan strategische aanleg te
ontbreken, in april 1794 werd hij Brigade-gene
raal en trok na de slag bij Tourcoing op 11-5-
1794 Brabant binnen. In okt. van dat jaar nam
hij 's-Hertogenbosch, veroverde daarna de Bom-
melerwaard, en werd op 1-1-1795 bevorderd
tot divisie-generiLai. Na het vertrek van Wil
lem V en de instelling der Bataafse Republiek,
benoemde deze hem tot luitenanl-GtnernzX op
11-6-1795, 32 jaar oud! Als er niet te vechten
viel, stortte Herman Willem zich weer in de
politiek, en aangezien er ernstige meningsver
schillen waren gerezen tussen de unitaristische
leden, die één republiek wensten, terwijl de
federalistische afgevaardigden nog te veel vast
hielden aan het oude provincialisme der vroe
gere Staten-Generaal. De unitarissen hadden
de steun der Franse troepen onder generaal
Joubert, en nadat de 22 afgezette leden
gevangen gezet waren op het Huis ten
Bosch, vormde de rest der vergadering zich
tot uitvoerend bewind en dreef de consti
tutie van 1798 door. Doch ook dit Uitvoerend
Bewind bleek niet het ware, en Daendels werd
geschorst als luitenant-generaal.
In Parijs verwierf hij de steun van Bonaparte,
"en op 10 juni 1798 keerde hij in triomf
terug in een koets met 4 paarden, waarna hij
niet aarzelde om met zijn grenadiers het Uit
voerend Bewind te ontbinden. Er werd toen
een volksstemming gehouden, waarbij de uni-
tarische Constitutie 153000 stemmen verwierf,
en het verzet der Federalisten voor goed ge
broken werd. Daendels werd benoemd tot
chef van een voorgenomen expeditie tegen
Ierland, waar echter niets van kwam door de
inval van het Engels-Russische leger in Noord-
Holland aan welke veldtocht ook Daendels met
succes deelnam.
Nu volgde een rustige periode, hij vroeg en
verkreeg binnenlands verlof tot eind 1802, en
trok naar zijn geboortestreek. Op 23-12-1802
werd hij eervol uit de militaire dienst ontsla
gen, met toekenning voor zijn aan de lande
bewezen diensten van 500 morgen onbebouwde
heidegrond in het Heerderdal tussen Hattem
en Heerde, in eeuwige erfpacht met de op
dracht, die gronden in cultuur te brengen,
daarnevens nog een geschenk van fl. 50.000
dat hem in 5 termijnen zou uitbetaald worden.
De felle revolutionnaire strijder was op weg
een landbouwer te worden, en zijn publieke
loopbaan scheen op zijn 40e jaar afgesloten.
Toen Schimmelpenninck echter verdween en
met hem de Bataafse republiek herinnerde Na
poleon zich echter zijn oude krijgsmakker, en
in het nieuwe Koninkrijk Holland werd op
16-7-1806 Daendes tot Staatsraad in buitenge
wone dienst bevorderd. Kort daarop werd hij
benoemd tot opperbevelhebber van de 3e afd.
van het Kon. Holl. Leger, gestationneerd op de
grenzen van de Eems. Daarna volgde de verove
ring van Oost-Friesland en werd hij daar
Gouverneur-Generaal. Koning Lodewijk Napo
leon zag veel in zijn organisatie-talent, en
nadat hij hem tot Kolonel-Generaal der Cava
lerie had benoemd op 21-12-1806, en de bevei
liging van Nederland militair klaar was, meen
de hij (terecht) dat met liet oog op de
Engelse bedreiging van Java, een sterker hand
dan die van Wiese, daar nodig was, wilde
Java niet als de Kaap verloren gaan.
Op 28-1-1807 werd Daendels benoemd tot
Gouverneur-Generaal van Indië en opperbevel
hebber van 's-Konings Land- en Zeemacht op
een tractement van fl. 118.000 per jaar, boven
zijn generaalssalaris van fl. 12.000. Dit, vooral
gezien de toenmalige geldswaarde, enorme sa
laris steekt wel sterk af, tegen de voorzienin
gen voor Daendel's gezin, indien hij binnen
4 jaar kwam te overlijden, n.l. 5000.— per
jaar! Nog voor zijn vertrek werd de nieuwe
G.G. benoemd tot Maarschalk van Holland,
en nu kwam het moeilijkste. Hoe moest hij op
zijn nieuwe standplaats komen, want Engeland
ruled the waves, en zou ongetwijfeld alles doen
om een figuur als Daendels zowel persoonlijk,
als qualitate quae, in handen te krijgen. Daen
dels zorgde voor valse papieren onder zijn
vrouws naam, en als Citoyen van Vlierden",
trok hij over Lissabon en de Canarische eilan
den met een grote omweg naar de Oost, waar
hij binnen een jaar na zijn vertrek op 18-2-
1807, veilig en wel te Batavia aan land stapte
op 5-1-1808. Op de 14e d.a.v. aanvaardde hij
zijn functie uit de slappe handen van Wiese
en het duurde slechts kort, voor alle gezag
dragers zijn krachtige hand bespeurden. In de
eerste plaats moest Java in staat van verdedi
ging gebracht worden, en diende een leger uit
de grond gestampt. Het schamele overschot der
Württembergische troepen, was daartoe ontoe
reikend, maar getrouw aan de Napoleontische
legers, huldigde de nieuwe G.G. het systeem
dat elk soldaat de maarschalkstaf in de ransel
droeg, en bevorderde de oud-gedienden al ras
tot luitenant, waarna de officiersrangen voor
hen openkwamen, een systeem, dat voortreffe
lijke officieren heeft opgeleverd. Manschappen
requireerde hij uit de hulptroepen der vorsten,
waar al spoedig een paar regimenten uit ge
vormd werden. Voorts stichtte hij de kadetten-
school te Meester Cornelis, de geschutgieterij
te Semarang en de constructiewerkplaats te
Soerabaja. Zijn strategisch meest verantwoor
de werk, was wel het aanleggen van de grote
Postweg, in de geest van Napoleon's Routes
nationales, die het mogelijk maakten de troepen
snel te verplaatsen. Een eeuw later zou Hitier
met zijn Autobahnen hetzelfde doen voor ge
motoriseerd verkeer. Trots schrijft Daendels
aan de Minister van Koloniën van der Heim,
op 12-11-1808, (toen hij dus eerst 10 maanden
op Java was), „dat de overbrenging van rege
ringsstukken van Batavia naar Semarang thans
slechts 3 a 4 dagen vroeg, terwijl dit voordien
10 tot 14 dagen kostte"Daarnaast hervormde
hij ook de rechtspraak op radicale wijze, en
maakte een einde aan de deplorabele gezond
heidstoestand te Batavia, door de woonwijken
naar Weltevreden over te brengen, terwijl het
oude kasteel van Coen afgebroken werd. Deze
krachtige bezem door de nog geheel in Com
pagnies stijl gehouden sfeer, bracht Daendels
veel vijanden en tegenwerking vooral van de
(Lees verder volgende pag.)
14