I
Suriname haakt in
TROPISCHE TUIN
PASAR MALAM
HOUTRUST
28, 29 en 30 JUNI
TROPISCHE TUIN
•-■ r
TROPISCHE TUIN
Bataljon-Yechtwagens (KNIL)
Oxtail
Nationale sier- en gevechts-
vliegerwedstrijden
TROPISCHE TUIN
^/w'r lilit'C 111 y' 1 H'T.n
r 'JQ'&"r7rrKH& Cp.MUW-W cp M
VOOR HET EERST OP DE
WEERZIEN MET OUDE BEKENDEN ALS
KEMBANG SEPATOE
ZUURZAK
SUIKERRIET
PISANG, ENZ.
VOOR DE PASAR MALAM DAGEN AFGE
STAAN DOOR DE HORTUS BOTANICUS
TE LEIDEN, OM TE WORDEN BEWONDERD
IN:
In het najaar van 1963 zal voor de
oud-leden van de vechtwagens, die
hebben gediend in Bandoeng, Mage-
lang en Malang voor 1942, te Amers
foort een reünie worden gehouden.
Velen hebben reeds hun medewerking
toegezegd, doch helaas zijn ons niet
alle adressen van het voormalig vecht-
wagen-personeel bekend.
Langs deze weg willen wij U van het
bovenstaande in kennis stellen.
Komt U ook? Meldt U zich dan zo
spoedig mogelijk bij het hieronder ge
noemde adres. Zegt het voort.
J. W. CROOY,
Barnsteenhorst 305,
's-Gravenhage.
Met Nieuwjaar kregen wij een mooie brief
kaart met de woorden: „De kleine Bamboe
(orgaan vld VERENIGING VAN OUD IN-
DISCHGASTEN IN SURINAME: V.O.I.G.)
wenst zijn grote oom Tong-Tong een Selamat
Tahoen Baroe toe". Verheugd na Curasao
en Aruba nu ook een levensteken uit Suri
name te krijgen, maakten wij contact. En ze
klommen uitgebreid in de pen, vertelden van
de ups en downs van VOIG, de goede ver
standhouding onder de leden. Leest U maar
de gezellige soerat hieronder. In het nieuwste
nummer van „Bamboe" lezen wij dat het
VOIG-bestuur alles in het werk stelt om de
eerste Toegoenezen wegwijs te maken en zo
veel mogelijk de helpende hand te bieden.
Mooi werk, mensen]
Wij weten dan ook zeker, dat dit eerste
contact met Tong-Tong zal uitgroeien tot een
hechte band zoals wij die met IC A en IV C
al jaren hebben, join the party, VOIG, en laat
gauw weer iets van jullie horen. Rt.
Geachte redactie,
Heel verrast waren wij met uw brief en ook
heel blij. Denkt U alsjeblieft niet dat T.T.
en V.O.I.G. onbekenden van elkaar zijn. Tja-
lie heeft tijdens zijn reis door de West (in
1961) reeds kennis met ons gemaakt. Zijn
lezingen in het C.C.S.-gebouw vielen zeer in
de smaak, hij trok volle zalen .Wij (het
VOIG-bestuur) en Tjalie hebben nog samen
lekker gegeten in restaurant Madura, enfin, ik
geloof wel dat Tjalie nog prettige herinne
ringen zal hebben overgehouden aan die tijd.
Jammer genoeg was de VOIG in die tijd niet
in een al te beste conditie. Het verenigings
leven was verlopen, contributies werden niet
betaald, vergaderingen en koempoelans niet
bezocht, enfin we bevonden ons in een diepte
punt, we besloten zelfs te liquideren. Dat was
de reden waarom we Tjalie niet zo konden
ontvangen als we graag wilden. Tjalie sprak
ons echter moed in en ried ons aan onze ver
eniging op breder basis uit te bouwen, dus
niet enkel maar een belangenvereniging. Het
was ook jammer om te liquideren, want we
bestaan nu al acht jaren. Aanvankelijk bestond
de VOIG bijna hoofdzakelijk uit ambtenaren,
gepensioneerden uit Ned. Indië. Heel veel
kleine luidjes met een klein pensioen, die op
hun oude dag teruggekeerd zijn naar hun
Sranang Kondré. De pensioenen toch al niet
te ruim, werden nog meer beknot door het
valutaverschil. Er werd in die tijd niet veel
gefuifd, maar wel verbeten gewerkt voor de
verbetering van de pensioenen, want er werd
bepaald armoede geleden door de kleine pen
sioentrekkers. Gesteund door de Bond voor
Oud-Militairen en de Bond van Oud-Onder
officieren werd de ene audiëntie na de andere
aangevraagd bij verschillende autoriteiten,
kamerleden, enz. Het harde werken is uit
eindelijk met succes bekroond. De pensioenen
werden aanmerkelijk verbeterd echter met te
rugwerkende kracht van maar twee jaren.
Toen dit bereikt was vond het oude bestuur
dat haar tijd was aangebroken om plaats te
maken voor jongeren. Het huidige bestuur
(met voorzitter H. D. Ryhiner aan het hoofd)
is niet zo jong, maar we hadden geen bibit,
we hadden zelfs helemaal geen jongeren. In
ieder geval heeft het nieuwe bestuur de ver
eniging weer nieuw leven ingeblazen, ingeluid
met een fikse fuif ter ere van de verbeterde
pensioenen. Langzaamaan kwam de VOIG tot
bloei. Natuurlijk wordt er nu wel degelijk
rekening gehouden met het jonge element. En
die laat zich gelden, hoor! Gelukkig is de
oude kern er nog, die werkt nog gestadig
door voor verdere verbeteringen. Wij tellen
nu 150 leden, waaronder veel jongeren onder
de 30 jaar. De stemming onder ons is prima.
We vormen eigenlijk een grote familie. Onze
fuiven en contactavonden zijn oergezellig. De
VOIG heeft een goede naam in Paramaribo.
Surinamers niet-leden bezoeken graag onze
fuiven, niet het minst om te genieten van
onze voortreffelijke keuken. De VOIG-saté
en de VOIG-gado-gado zijn een begrip ge
worden. We hebben eind vorig jaar een
cabaretavond gegeven uitsluitend samengesteld
uit VOIG'ers en je staat perplex van hoeveel
artisten we eigenlijk onder onze leden hebben.
En nu hebben we dan eindelijk ook een eigen
orgaan onze „Bamboe"waar we trots op zijn.
„Bamboe" is nog maar een heel bescheiden
blaadje (we zijn niet zo rijk), maar meer dan
een contactblaadje verlangen we eigenlijk ook
niet. Onze verhaaltjes zijn gewone huis-, tuin-
of keukenverhalen, geen van ons kan bogen op
literaire gaven, maar ons blad is gezellig, echt
een familieblad. Af en toe snoepen we iets
uit Tong-Tong (altijd met bronvermelding).
Tjalie heeft ons de eer aangedaan iets te
schrijven in „Bamboe".
Zie zo, nu zijn we uitverteld. Het leven is hier
goed, we wilden dat het mogelijk was dat hier
meer Indische mensen kwamen, maar helaas,
Suriname is arm en heeft voor zijn eigen lands
kinderen nog niet eens voldoende werk.
Met hartelijke verenigingsgroeten,
Lid redactie-commissie „Bamboe"
F. J. RYHINER-SNIJDERS
Tantetje nog maar kort uit Indonesië in New-
Zealand, kent slechts enkele woorden Engels.
Maar ze is branie genoeg om het huishouden
te doen voor twee gezinnen en op het jongere
geslacht daarvan te passen, terwijl de ouders
uit werken zijn. Dit huishouden doen bestaat
natuurlijk ook uit het doen van inkopen bij de
kruidenier en slager, waarbij dan het gebrek
aan taalkennis wordt ondervangen door het
aanwijzen van de benodigde artikelen. Op een
keer zag Tantetje echter bij de slager niet
uitgestald hetgeen ze wou hebben. Radeloos
schoten haar blikken langs de uitstalkasten,
toonbanken en rekken, helaas nergens het ver
langde te bekennen. Geduldig wachtende slager
vraagt hulpvaardig: „Can I help you?" Waarop
Tante moedig en vindingrijk zegt: „You know,
kipat-kipiet-from the cow". En tegelijkertijd
houdt ze haar hand op dat gedeelte van haar
rug waar deze een andere naam krijgt en maakt
er een zwaaiende beweging mee. Een begrij
pende grijns verschijnt op des slagers gezicht:
„Ah, you want oxtail, do you?" en meteen
verdwijnt hij in de freezer en komt er even
later met het verlangde weer uit. Resultaat
bereikt, en die avond eet de familie onder de
grootste vrolijkheid Tante's lekkere staartsoep.
L. ERIC GIJSBERTS,
Henderson, Nw. Zealand
Opgelet, djago-djago lajangan!
U kunt uw hart weer ophalen in
Amersfoort. Daar worden voor
de derde maal de Nationale Sier
en Gevechtsvliegerwedstrijden
gehouden en wel op 6 juli 1963.
Meldt U aan bij de organisator
de heer J. de Bree, Barendsstraat
64-B, Amersfoort. Niet te lang,
NU opgeven!
16