Vastberadener dan ooit
Een beschouwing over de verhoogde abonnementsprijs,
om zorgvuldig en ernstig geheel door te lezen
Met uw permissie val ik met de deur in huis:
Ingaande 1 juli zullen de abonnementsprijzen
van Tong-Tong moeten worden verhoogd en
respectievelijk bedragen: per jaar 15.
per half jaar f 7.50, per kwartaal f 3-75 en
per nummer 0.75.
Dit is geen prettig bericht. Onze lezers, die
al zo lang met dit blad optrekken en letterlijk
lief en leed met ons gedeeld hebben, zullen
deze maatregel misschien al enige tijd ver
wacht hebben. Zij weten ook, dat wij op
kantoor lange tijd over dit besluit hebben
gedelibereerd, uitwegen hebben gezocht en
bestudeerd, inkrimping van het pagina-aantal
overwogen, vele bezuinigingen ingevoerd in de
dienst, enz. enz.
DE KERNFACTOREN
Twee factoren vielen echter niet weg te wer
ken: 1. de lezerskring breidt zich niet uit; 2.
de algemene bedrijfs- en materiaalkosten zijn
de laatste maanden sterk blijven stijgen.
De eerste moeilijkheid is eigenlijk een dubbele:
omdat de oplaag klein blijft, komen wij niet
in een oplage-categorie, die dit blad in aan
merking brengt voor een groter advertentie-
debiet.
Eén ding is (en blijft) zeker: Tong-Tong
moet gezond en sterk blijven bestaan. Dat kan
alleen met een solide evenwicht tussen „costen
ende baeten". De laatst mogelijke oplossing:
verhoging van de abonnementsprijzen, zal dus
moeten worden doorgevoerd. Hier gaat hij dus.
Wij kunnen echter voor onze lezers deze
maatregel werkelijk niet afdoen met de usan-
tiële korte en zakelijke aankondiging op pagina
één. Daarvoor is eensdeels de verhouding tus
sen lezers en leiding té vriendschappelijk, maar
verder wordt met deze maatregel een stand
punt gerealiseerd dat een nieuwe oriëntering
ook van U nodig maakt.
Kort geformuleerd: zullen wij met onze ,,Club
van Tien Duizend" dit blad teroespoekoelen
of zullen wij zeggen: er komt toch niets meer
bij; we zullen zo langzamerhand „de tent
maar opdoeken" omdat het toch geen zaak van
populairder belang wordt?
OPINIES
Wij hebben in de afgelopen maanden tal van
in- en outsiders geraadpleegt en hier geven
wij dan uw opinie en „de populaire opinie".
Uw opinie: „Nu de goede betrekkingen met
Indonesië inderdaad zijn hersteld en daarmee
is aangetoond dat het inzicht van Tong-Tong
al deze jaren juist was; dat het dus géén
„heimwee-blaadje" is, maar een blad met een
positieve en goede kijk op de toekomst, nu
zullen vele twijfelaars en critici tot beter in
zicht komen en ook abonnee worden. Ook zal
het blad zeker veel meer lezers in Hollandse
kringen winnen".
De „populaire" opinie: „Nu de betrekkingen
met Indonesië hersteld zijn, is Tong-Tong
helemaal niet meer nodig. Hoe minder aan
het koloniale verleden gedacht wordt hoe beter.
Nieuwe betrekkingen op een geheel nieuw
vlak".
Ah, daar staan we dan precies. Ook al dénken
wij er niet over uw verwachting „onzakelijk
speculatief" te noemen, érgens is uw logica
noch voor U noch voor ons een basis om op te
bouwen. Op de een of andere manier staan wij
„optimisten" er nog steeds naast. Al blijven
wij ook nu (de leiding althans) er even hard
nekkig als destijds van overtuigd dat dit blad
een groot en nuttig doel nastreeft en dat men
dit 'later tóch zal inzien.
Daarnaast is een andere nuchtere wer
kelijkheid. In cijfers. U heeft het de
afgelopen jaren misschien niet gemerkt,
maar het blad is dikker geworden, dus
duurder. In „aanmaak" en verzending.
Het papier is veel duurder geworden.
Het drukken zelf ook. Bedroegen in
1961 de gezamenlijke kosten van druk
ken en verzenden „slechts" 60.422,
in 1963 is deze post rond 96.000,
Werkte in 1961 nog grotendeels een
staf van goedkope „vrijwilligers en
amateurs", die aan „salarissen" maar
11.841,kostte, de groei van het
blad heeft de aantrekking van krachten
nodig gemaakt, die sinds de opzet als
N.V. in alle sociale lasten vallen, het
geen, alhoewel de salarissen zeer be
scheiden zijn, toch een betrekkelijk
grote uitgave voor ons betekent. Het
resultaat van al deze verplichtingen
maakt dat de salarispost tot 65.400
per jaar is opgelopen.
Daarnaast is zeker rigoureus het mes
gezet in allerlei andere uitgaven (pro
paganda, transport, kantoor, materiaal,
enz.), maar de balans bleef ongunstig
en in het belang van een solide bedrijfs
voering moest dus de abonnementsprijs
worden opgetrokken. Het komt neer
(op een prijs van 3.75 per kwartaal)
op een vermeerdering met 5.per
jaar. U kunt ook zeggen: op nog geen
2 ct. per dag. Maar wie rekent nu zo.
Eén ding staat nochtans vast: dat al
uw centen (hoe verdeeld ook over het
jaar) onze Tong-Tong veilig helpen
stellen.
DE VASTBESLOTEN GEMEENSCHAP
Maar wij moeten NU vooruit. En wij gaan op
een andere manier vooruit. Niet langer met
een vage illusie dat wij op korte termijn meer
mensen kunnen winnen voor onze Idee, maar
met de aanvaarding van de (voorlopige)
beperktheid van onze lezerskring en het
inzicht, dat onze Tienduizend het werk zullen
doen, dat wij liever door 20.000 gedaan
zagen.
Dit betekent dat Tong-Tong eigenlijk gedragen
wordt door een gemeenschap, een society, van
gelijkdenkenden die gezamenlijk een zaak door
zetten, die „niet verkoopt aan de massa".
Hierin lijken wij tot op zekere hoogte op dat
wonderlijke en prachtige tijdschrift ..Geo
graphic Magazine"dat nooit als profitabel
zaakje kan worden gedreven, door de inzet en
overtuiging van de Geographic Society",
waarvan dit blad de spreekbuis is. De vaste en
trouwe leden maken dat dit blad pal blijft
staan en als daarnaast ook nog wat ver
diend wordt met „losse verkoop", okay -
maar de society waakt voor het bestaan van
het blad.
Dit nieuwe beraad wordt U misschien het
duidelijkst, als ik U vertel wat een lezer mij
een jaar of drie terug zei: „Poekoel Teroes,
Tjalie! Wij worden even vet als „De Tele
graaf" nantiMisschien hebben velen het
zelfde gedacht. Zowel uit zakelijk als idealis
tisch oogpunt zou zo'n geweldige oplaag een
1 Wij realiseren ten volle dat verschei-
0 dene trouwe lezers met de beste wil
van de wereld de verhoging van de
abonnementsprijs niet kunnen opbren-
gen. Dat deze lezers nochtans bij onze
groep behoren en erbij moeten blijven,
spreekt vanzelf. Het besluit tot verho-
ging van de abonnementsprijzen kon
zelfs pas dan worden aangenomen,
nadat uitdrukkelijk bepaald was dat j j
voor deze lezers de oude abonnements-
prijs gehandhaafd zou blijven.
We weten echter ook dat deze lezers
zulks liever niet toegeven en eerder
elders bezuinigen dan Tong-Tong „te- j
kort te doen". Doe dat vooral niet. In
onze kostenberekening hebben wij voor-
1 uit met een zekere marge „oude abon-
nementen" rekening gehouden. Wees
dus in een kort briefje even openhartig
als in uw brieven aan ons: Schrijf
j eerlijk: „Ik kan alleen de oude abonne- J
o mentsprijs betalen". Wij zijn toch „on-
der ons?"
j U was erbij en U blijft erbij. Met geld
valt te „at o er en"maar uw vriendschap
en steun kunnen wij niet missen.
schitterend succes zijn. Maar ineens zien wij
ook in, dat onze lezerskring een volmaakt
ander publiek met een volmaakt andere instel
ling vertegenwoordigt, met dus ook een veel
nauwere begrenzing.
Op dit tijdstip, met dit besluit tot abonne
mentsverhoging, aanvaarden wij deze beper
king „and make the best out of it". Even
koppig volhoudend dat in een later stadium
ons inzicht tanggoeeng in een veel wijder
kring zal worden gedeeld en dat pas dan de
groei zal ontstaan, die wij blijven verwachten.
TOEGESPITSTE EFFICIENCY
Intussen is de interne organisatie en de effi
ciënter specialisering van taken in Tong-Tong
met rustige hand verder gerealiseerd. Met de
algemene procuratie is nu geheel belast een
oude bekende uit de Indische maatschappij,
de heer S. L. F. Catalani, oud chef van het
belangrijkste hoofdpost- en telagraafkantoor in
Indonesië, n.l. Djakarta (Batavia-Centrum),
een energieke werker, die zijn sporen op orga
nisatorisch gebied heeft verdiend.
Mijn mede-directeur de heer van Ebbenhorst
Tengbergen, kan zich nu met groter aandacht
wijden aan twee belangrijke taken: de public
relations en de zakelijke nevenactiviteiten van
dit tijdschrift (het woord HANDEL in onze
N.V.). In de voering van de hoofdredactie
word ik nu geassisteerd door „J.C.H.", de U
welbekende ondertekenaar Hazewinkel van
vele artikelen, een ervaren journalist en een
onverwoestbare „poekoelteroeser". Ikzelf blijf
met één hand een leidsel van Tong-Tong
vasthouden en met de andere bereid ik de
verdere uitbouw voor van de Indische gemeen
schap in de Ver. Staten en de nieuwe werk
terreinen in Indonesië. De meetbare vooruit
zichten zijn hier even klein als van Tong-
Tong in Nedérland vijf jaar terug. Maar het
zijn goede zaden, waar straks goede vrucht
bomen uit zullen groeien.
Is de abonnementsprijsverhoging een teken
van beperktheid? NEEN, het is een bewijs van
steviger en gezonder voortgang op de Weg,
die de „uistervende Indischman" verkozen
heeft te gaan EN TOT EEN GOED EINDE
TE BRENGEN. Ik groet U allen met een
respectvol: „SALUUT!"
TJALIE ROBINSON
3