Suriname Suriname heeft de laatste tijd bijzonder sterk in het teken van de belangstelling gestaan en het spreekt vanzelf, dat die belangstelling niet in de laatste plaats wordt aangetroffen onder onze groep van gerepatrieerden uit Indonesië. Hoe zou het ook anders kunnen? Velen onder ons kunnen steeds nog maar niet wennen aan dat nare Hollandse klimaat. Ijs, sneeuw, hagel, storm en adoe, die ellendige kachels. Het is dan ook geen wonder, dat velen graag wat meer willen horen over een land, waar overal Nederlands wordt gesproken, waar een groot deel van de bevolking uit Indonesië afkomstig is en waar de gemiddelde temperatuur het hele jaar door ongeveer 80 graden is. Bovendien is er nog ruimte genoeg, want Suriname, ongeveer vier maal zo groot als Nederland, heeft alles bij elkander, slechts rond 250.000 inwoners. Als er in heel Neder land maar 65.000 mensen zouden wonen in plaats van de 12 miljoen, die hier nu zijn samengeperst, dan zou dat overeenkomen met de bevolkingsdichtheid van Suriname. Daar komt dan nog bij, dat de hoofdstad Parama ribo alleen al 100.000 inwoners telt. Het bin nenland is dus maar uiterst dun bevolkt. Dat de ontwikkeling van Suriname tot heden zo langzaam is verlopen, moet in hoofdzaak worden toegeschreven aan een tweetal omstan digheden, ten eerste de ligging van het land en ten tweede het gebrek aan arbeidskrachten. Helaas ligt Suriname enigszins buiten de nor male routes van het internationale verkeer en daarom wil het nog steeds niet gelukken, de grotere groepen toeristen aan te trekken, die zo'n belangrijke bron van inkomsten vormen voor de eilanden in de Caraibische Zee, zoals bijv. Curasao. Toch heeft Suriname voor de toerist heel wat te bieden. Men behoeft niet ver buiten de hoofdstad te gaan of men zit al midden in het oerwoud. In één enkele dag kan men een bezoek brengen aan een nederzetting van Indianen of van Bosland-creolen, die nog in volkomen primitieve staat leven. Geen enkel ander land in de omgeving kan de toerist iets dergelijks bieden. De Regering van Suriname ziet zeer goed in, dat toerisme een niet te versmaden deviezenbron kan zijn en doet al het mogelijke om toeristen aan te trekken. Het vliegveld van Suriname, Zanderij, is modern met een nieuw stationsgebouw en kan de thans gebruikte straal passagiers vlieg tuigen, zoals de Douglas DC 6 accomodatie verlenen. Ook is een nieuw hotel gebouwd aan de rivier, dat van alle moderne gemakken is voor zien. Helaas echter is de Surinamerivier niet diep genoeg voor de grotere zeeschepen, die normaal worden gebruikt voor de cruises in het Caraibisch gebied. Nog geheel afgezien van de ongunstige ligging van Paramaribo ten aanzien van de gebruikelijke vaartroutes is het voorlopig dus onmogelijk, Suriname in het schema op te nemen. Gebrek aan arbeidskrachten heeft in de loop der jaren geleid tot immigratie van grote groepen Hindostanen, Indonesiërs en Chinezen. Buiten de Indianen en Bosland Creolen bestaat de bevolking van Suriname in hoofdzaak uit rond 75.000 Creolen, 65.000 Hindostanen en 35.000 Indonesiërs en dit verklaart het inter nationale aanzien van Paramaribo. De in het binnenland in stamverband wonende groepen bestaan uit Indianen, voor het grootste deel Arowakken, Cariben en Wayanas en uit Bos land Creolen, afstammelingen van de voorma lige slaven. Juist enkele weken geleden, om nauwkeurig te zijn, op 1 juli j.l., werd het feit herdacht dat honderd jaar geleden de slavernij werd afgeschaft. Ter herinnering aan dit feit werden speciale postzegls uitgegeven. Het warme en vochtige klimaat van het land is ideaal voor tropische landbouw. Helaas echter tieren in een dergelijk klimaat ook de plantenziekten welig en in de loop van de jaren zijn vele cultures de een na de ander aan deze ziekten ten offer gevallen. Later ko men wij hierop nog terug en zullen dan even eens nagaan, welke vooruitzichten voor de verschillende cutures aanwezig zijn. Gelukkig is Suriname niet uitsluitend op de landbouw aangewezen, want ook de mijnbouw heeft een grote vlucht genomen. Ook hierop zullen wij nog nader terugkomen. Creools meisje Laat ons nu eerst eens nagaan, hoe men in Paramaribo leeft. In grote lijnen zou men kunnen zeggen, zoals in ons oude Indië. Het is nog niet zo lang geleden, dat men in Parama ribo lang moest zoeken om een stenen huis te vinden. En ook nu nog bestaat de overgrote meerderheid van de woningen uit houten gebouwen. Maar allengs begint het centrum van de stad een ander aanzien te krijgen en ook de nieuwe woonwijken zijn uit steen en beton opgetrokken. Er zijn sociëteiten en clubs, bioscopen en eet huizen en men zou een parallel kunnen trekken met het leven in een van de midden-grote steden op Java, ware het niet, dat de ver schillende bevolkingsgroepen hun oude ge woonten en gebruiken hebben bewaard en zich niet gemakkelijk vermengen. Een Hindostaan eet nu eenmaal anders dan een Javaan of Creool. Vandaar het sterk cosmopolitische karakter, dat Paramaribo kenmerkt. Een van de meest geliefde vermaken gedurende de weekeinden is de jacht op papegaaien. Deze vogels hebben de gewoonte, op een andere plaats te overnachten dan waar zij de dag doorbrengen en hun voedsel zoeken en als de zon ter kimme neigt, vliegen zij in koppels naar hun nachtverblijf. Dan zien de wegen in de omgeving van Paramaribo er uit, alsof men een vijandelijke invasie verwacht. Overal staan de jagers opgesteld met hun jachtgeweren en menige vogel wordt verschalkt. Toen wij eens de opmerking maakten, dat wij van mening waren, dat papegaaien vrij taai zijn, vertelde een oud huismoedertje ons, dat dit inderdaad wel waar is maar dat zij bij het koken altijd een blauwe steen in de pot doet. Je moet dan van tijd tot tijd een met de vork prikken en als de steen zacht is, dan zijn ook de papegaaien zacht en mals. Bij de beoordeling van de kosten voor levens onderhoud in Suriname maakt men gemakkelijk vergissingen, omdat de Surinaamse gulden twee maal zo veel waard is als de Hollandse. Het is misschien wel aardig eens na te gaan, welke bedragen door een normaal gezin weke lijks worden uitgegeven. Het Algemeen Bureau voor de Statistiek houdt deze cijfers bij en naar gelang van stijging of daling van prijzen worden van jaar tot jaar indexcijfers vastge steld, zoals dit overigens eveneens in Europese landen wordt gedaan. Voor de berekening van de Surinaamse indexcijfers worden als basis genomen de prijzen, die in het derde kwartaal van 1953 werden betaald door de groep gezin nen, die per week gemiddeld tussen S 20. en S 70.uitgaven. Voor dit basisbedrag (100) komt men dan op S 34.19. In 1958 was het indexcijfer reeds 113,5 en thans in 1963 zal het wel ongeveer 120 liggen, het geen betekent, dat het gemiddeld per week bestede bedrag is gestegen tot S 41.03. In 1953 was het totaal van S 34.19 als volgt samengesteld: RijstS2.24 Brood2.40 Aardappelen, groenten, fruit 2.92 Suiker1.17 Vlees 2.14 Vis, garnalen1.16 Melk 1.06 Boter, olie, vet1.89 Overige voeding2.74 Dranken 1.35 Roken0.76 Brandstof en ijs2.24 Huisraad en inrichting0.17 Kleding2.04 Schoeisel1.30 Reiniging1.43 Persoonlijke en gezondheidszorg 1.37 Ontwikkeling, ontspanning 0.87 Verkeer0.58 Belasting, verzekering0.76 Sociale lasten0.76 Huur, water2.84 Totaal S34.19 Wanneer wij dan nog weten, dat een baboe tussen S25.en S45.en een kokkie gemiddeld S30.per maand verdient, dan kunnen wij ons enigszins voorstellen, wat zo ongeveer moet worden uitgegeven, om behoor lijk te kunnen leven. Misschien is het in dit verband ook nog aardig enig idee te hebben van de salarissen, die in Suriname worden betaald. Een commies verdient van S4080. tot S5760.en een hoofdcommies van S4500.tot S6900.-per jaar. Om behoorlijk te kunnen rondkomen moet men dus wel over een inkomen van ongeveer S350.per maand kunnen beschikken, hetgeen overeenkomt met rond 700 Hollandse guldens. Deze laatste opmerking menen wij te moeten maken, omdat er tussen de ouderen onder ons velen zijn, die slechts al te gaarne hun laatste levensjaren in een wat vriendelijker klimaat zouden willen slijten en omdat ons van vele zijden vragen bereikten aangaande de kosten van levensonderhoud in Suriname. Grote din gen staan te gebeuren, die ongetwijfeld hun invloed zullen doen gelden op het dagelijks leven. Aan het begin van het jaar 1958 werd door de Regering van Suriname met de Suriname Aluminium Company (SURALCO) de zoge naamde Brokopondo-overeenkomst gesloten, welke voor de verdere ontwikkeling van de natuurlijke hulpbronnen en de industrialisatie van Surinname van zeer grote betekenis zijn. Deze overeenkomst voorziet in de bouw van een stuwdam met waterkrachtwerk in de Suri- (Lees verder pag. 20) 6

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1963 | | pagina 6