Kruis of ham? TWEEMAAL 24 DECEMBER door LYDIA BOS-VERGAUW Ieder jaar wanneer Kerstmis aan de horizon begint op te doemen, kan ik mijn gedachten niet beletten, die „datum-in-het-kwadraat" aan me op te dringen. Het is dan ook wel een wonderlijke geschiedenis. Menigeen die graag op occult of astrologisch terrein rondscharrelt, zal proberen er een uitleg aan te geven. Tot die categorie behoor ik niet, al moet ik toegeven dat de werkelijkheid nog wel eens een keer schik schijnt te hebben in een of andere raadselachtige kronkel. Het was heel kort na de tweede wereldoorlog, toen je door allerlei deviezenbepalingen nog maar amper baas was over je eigen duiten. De zucht .om eindelijk weer eens de grens over te gaan verlokte menigeen tot plannetjes voor een bescheiden reisje. Bescheiden, inder daad, want meer dan enige tientallen Holland se guldens mochten je daarbij niet vergezellen. Een aanlokkelijke advertentie van een luister rijke Kerst- en Jaarwisselingsviering in een klein hotel in de Belgische Ardennen bracht ons tot het voor ons doen luxueuze besluit en als kinderen zo verheugd stapten we op de trein. Helaas in Roosendaal bleek dat de braaf opgegeven contanten net even boven de ge stelde limiet waren, zodat terwijl de trein stond te puffen, allerlei documenten moesten wor den ingevuld hetgeen zo treiterig langzaam geschiedde dat we U begrijpt het al als verweesde kinderen op een leeg perron achter bleven. Pas vele uren later konden wij de reis voortzetten en werden tegen middernacht ge deponeerd op een doodstille, zo goed als on verlichte landweg waar we heg noch steg wisten. Het was bitter koud en het had geijzeld. Daar stonden, of liever strompelden we met ons goede gedrag. Heel. heel in de verte glom een lichtje. In de hoop dat daar ons Kerstbivak zou zijn, probeerden we de tweede versnelling. Jawel... Het bleef bij proberen, want ik ver loor mijn evenwicht en maakte een heel pijn lijke smak. Hoe ik toen op die haast onbe woonde, pikdonkere weg nog aan een dokter ben gekomen, die later in het gealarmeerde hotel mijn gebroken pols heeft gezet, zou ik nu niet meer kunnen navertellen. Wel weet ik dat ik er met hevige pijnen en een shock dagenlang in bed heb gelegen en van het fa meuze Kerstdiner alleen wat kippeboutjes en fruit heb geproefd. Het was wel een zware straf voor een klein deviezenvergrijpje Hoe heerlijk hadden wij ons die eerste korte vakantie na de gedwongen retraite van de oorlog voorgesteld. Nog altijd was mijn Kerst mis, ook in het vroegere Indië, met de Nacht mis in de kloosterkapel, de zilveren sterren in de tjemaraboompjes en de namaaksneeuw, een hoogtepunt geweest, deze keer werd het een grandioos fiasco en dat feitelijk door eigen schuld... Nu, enige jaren geleden, werd het weer lang zamerhand 24 december. Ik ben nogal onderne mend van natuur en had na een lange auto- reis voor een poos domicilie gekozen in Andalusië waar bet naar ik hoopte wel niet tropisch warm dan toch zoeler zou zijn dan in bet eigen kikkerland. Nu, het leek er weinig op. Wanneer ik bij het ontwaken een puur- blauwe zuidelijke lucht verwachtte te zien, was ze meestal inktzwart en later, op straat, snerp te een felle noordenwind je om de oren. Malaga's klimaat is in die tijd van het jaar echt niet zo verrukkelijk als dat in folders wel wordt afgeschilderd. De eigenaresse van het hotel, een Duitse (er zijn er legio in Zuid-Europa), trof al voorbereidingen voor een schoon Kerstfeest, dit in tegenstelling tot de Spanjaarden die veel meer werk maken van Driekoningen. Los Reyes op 5 januari. Ik vond het wel aardig er ook mijn steentje aan bij te dragen zoals ik dat vroeger als logé van diverse gulle gastvrouwen op kina- of theeondernemingen ook wel had gedaan. Op die alweer stormachtige 24e decem ber spoedde ik me dus stadwaarts voor de no dige inkopen. Maar nu moet U weten dat er, wat de voetgangers betreft, in Andalusië niet zoveel aan de verkeersveiligheid wordt gedaan: hele families plegen soms de smalle trottoirtjes Als O.L. Heer met alles iets voorheeft, dan is het zeker wel met frater Czismasia in Djokja karta tijdens de Japanse bezetting, nadat alle Nederlandse geestelijken waren geïnterneerd. De Sultansstad was het uitgestrekte arbeids veld van deze briljante zielsverzorger voor wie men de naam DON BOSCO even goed had kunnen gebruiken. Tegen Kerstmis maakte deze Hongaarse frater in de Katechismusles een kerststallenwedstrijd bekend. Deelname stond open voor jongens en meisjes beneden de veertien jaar, die tevens vrije keuze hadden in het materiaal voor hun knutselprestaties. Reken maar, dat er in die Adventtijd hard gewerkt werd. Wederzijds leende men gereedschap en verf. Adviezen van huismoeders, hulp van oudere broer of zus werden ter harte genomen. Toen brak de grote dag aan 1 Op de bewuste middag van 23 december 1944 leek de achtertuin van de K.S.B. (aan de Karrenweg) wel een miniatuur kermisterrein. Met trots werden de kerststalletjes tentoonge- te blokkeren, terwijl dartele kleuters die ge noeg krijgen van de langdurige conversaties hunner moeders en vaders, rond het gezelschap krijgertje spelen. Ik had, zoals gezegd, haast (ook al om het ijzige weer), kwam in zeer onzachte aanraking met de stoeiende „ninos" en belandde in een kuil midden tussen de kwetterende vrouwen Die kuil was heus de enige niet daar op de enge stoep, de bestrating liet heel veel te wensen over..., ik kwam het aan de weet met... een gebroken arm, ditmaal de linker. Tien jaar vroeger, in België, was het de rech ter geweest.Maar uitgerekend op dezelfde, bijna heilige dag... Ach, ondanks de pijn deed ik er toch nog een treffende ervaring bij op: een passerende jonge arbeider schoot op mij toe, week niet van mijn zijde, sprak sussende woordjes, hij was niet ouder dan een jaar of zeventien, en bracht me, straten ver, naar een kliniek waar (Lees verder pag. 32) steld. Nu, daar waren prachtige modellen bij vervaardigd uit steen, hout, papier of bamboe. Dat Jezus groter was dan Zijn Moeder Maria en de H. Jozef was niet erg. Dat de schaapjes allesbehalve op schaapjes leken, hinderde niet. Dat dotten sneeuw de kruinen van palmbo men bedekten, kon geen kwaad. Aan stijl en inventieve geest ontbrak het niet. De jury bestond, behalve de frater, nog uit vijf huismoeders, die kritisch de fenomene produkten hunner kinderen beoordeelden. Nadat een ieder de stalletjes had bewonderd werd de uitslag bekend gemaakt. Als een marktventer zo behendig sprong de frater op een stoel en... de eerste prijs ging uit naar Annemarie Vermaes, die door haar inzending blijk gaf van schilderstalent en eerlijke kinder fantasie. De prijs was een, door een frater zeif opnieuw geschilderd, Madonnabeeld. De tweede prijswinnaar was Jopie van Aag ten. Zijn uit bamboe gevlochten stal met klei- beeldjes was een staaltje van geduld en vak manschap. Hij kon kiezen uit twee contrast-prijzen. In de opgeheven rechterhand toonde frater een ge woon houten kruisbeeld en in zijn linkerhand bengelde een heerlijk zwaar gerookte ham, recent cadeau van een welgestelde Chinese kennis. „Nou Jopie", riep de komieke geestelijke luid keels. „Wat zal het zijn: Kruis of Ham?" Wat ontnuchterd keek Jopie van rechts naar links en van links naar rechts. Soberheid was in die dagen geen uitzondering. Duidelijk zag men dat de jongen de eerbied tegen het verlangen naar iets smakelijks af woog. Het kruis was mooi, maar thuis hadden ze er al een. En dan na een fractie van stille spanning en forse schreeuw: „De ham, frater!" Gejoel, gelach, vrolijke opmerkingen. Hartelijk riepen de juryleden: „Goed zo, Joop!" En van de stoel afspringend reikte de eerwaarde heer aan Joop zijn grote prijs toe. Joop drukte zijn rijkdom stevig tegen zich aan en drong zich door de jeugdige omstan ders heen naar zijn glimlachende moeder, die wat achteraf stond. Nadat nog enkele prijswinnaars, Willy Engels, Joop van Put en Hetty Daniëls een „tweede hands" geschenk hadden ontvangen, werden allen getracteerd op eigengemaakte koele dran ken en snoep. Daarna zong men gezamenlijk kerstliedjes en toen besloot de initiatiefrijke zieleherder de avond met een oprechte dank aan allen. Geloof maar, dat op die avond in een warm gezin de ham de blijde kerststem ming in een benauwde bezettingstijd ver hoogde! JACK V. 23

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1963 | | pagina 23