50 jarig bestaan van de firma Fonteyn te DJOkJA Briljanten markiesringen Briljanten oorknoppen VAN HIER EN GUNDER La Garita, 27 januari 1964 De heer I. Fonteyn arriveerde 15 april 1914, dus vijftig jaar geleden, in Indië en vestigde zich eerst te Semarang waar hij samen werkte met de firma Maurice Wolf. Hij kwam als geroepen want de firma Wolf zou een grote stand bouwen op de spoedig te openen tentoonstelling op Tjandie, waar bij hij zou helpen. Jammer genoeg brak toen de eerste wereldoorlog uit, maar de tentoonstelling boekte desondanks een be hoorlijk suces. Na vijf jaren geheel Indone sië bereisd te hebben vertrok de heer Fonteyn in 1919 naar Holland. In 1920 nam hij de juwelierszaak toko St. Eloy te Djokja over en werd de zaak voort gezet onder de naam Fonteyn Co., voor oud-Djokjanezen een welbekende naam. In 1921 werd een nieuw pand betrokken op Maliboro tegenover het hotel Mataram. Vanaf de vestiging tot het einde was de firma Fonteyn hofleverancier van Z.H. de Sultan van Djokja en reeds de grootvader van de huidige Sultan heeft de heer Fon teyn meerdere malen op Ambaroekmo be zocht en hij genoot van allen het volste vertrouwen. Ook Z.H. Soesoehoenan en Prins Pakoealam waren geregelde afnemers van deze be kende firma. Na het Jappenkamp vertrok de heer Fon teyn naar Holland en opende samen met de heer A. Fonteyn met wie hij reeds vanaf 1921 samenwerkte, een zaak in de Vlaming straat te Den Haag. De heer Fonteyn schreef ons: Dank zij ook de reclame in Tong-Tong genieten wij een grote bekendheid onder onze oude Indische relaties. Tong-Tong wenst hierbij de firma Fonteyn alle goeds toe bij haar 50-jarig bestaan en roept alle oude bekenden op eens te mam- pirren bij de U zo vertrouwde zaak. REDACTIE Vlamingstr. 5 - Den Haag - Tel. 11.66.77 Ruime keuze in: (22 kt. goud) en (Vervolg van pag. 2) lander in Indië) het te bewijzen. De maat schappij gaat voort over een bloedig spoor van vermorzelde en vernietigende mensen, die „voor hun fouten moesten boeten" en met vaak de grofste negering van hun „credit." Hier bestaat eenvoudig geen eerlijk recht. Zelfs God's zoon, en onschul dig bovendien, werd aan een kruis gena geld tot de dood er op volgde. Wat zou ik een vat vol fouten mogen verwach ten? Is „de massa" dan oneerlijk? Ook niet. De mensheid volgt een raadselachtig spoor door de eeuwen (alleen Gód weet!) en schuld en boete, beloning en vergelding zijn slechts noodzakelijke etappes naar het einddoel. Ik verbeeld mij niets en verwacht niets. Toen ik geboren werd, werd mijn teerling geworpen. Met de (betrekkelijk kleine) gave van „een goede pen" en dus met de daaraan verbonden feilbaarheid en de daarop vol gende strafbaarheid. Dit geldt ook voor mijn karaktereigenschappen. Ik kan niet vluchten voor mijn Lot en ik wéns het ook niet. Want ik geloof eenvoudig niet dat het mogelijk is een recht spoor te trekken als de Schepper een krom spoor uitgezet heeft. Ik ben niet jong meer en ik heb dus veel fouten gemaakt; ik heb er altijd dubbel en dwars voor geboet. Zelfs voor dingen die ik niet deed. Het was zo, het is zo en het zal zo blijven. Voor ieder mens, ook UI En ieder mens kan voor de juiste bepaling van zijn gedrag op een eigen manier leren van: Ik ben de weg, de waarheid en het leven" en „Vergeef hen, want ze weten niet wat ze doen." Voor mezelf heb ik er twee dingen van geleerd: onbevreesdheid en plichts besef tot het laatst. T. R. NIET-IEV-ER ,,Het onverwachte en zeer ivaarderende artikel over het 1EV (TT No. 15) heeft me prettig getroffen en toch ook verbaasd, want ik meende dat je nooit lid was van het IEV en er ver moedelijk bezwaren tegen had want lauw was je nooit). Van waar deze plotselinge eer?" E. Goossens Geen lid zijn en zelfs bezwaren hebben, houdt niet automatisch in dat je blind bent voor de deugden en verdiensten van een vereniging. Ik heb ook altijd veel respect gehad voor b.v. Thorbecke en „In het isole ment ligt onze kracht." Zó ver ging ik des tijds in Indië mijn eigen gang, dat ik met de (voor mij) onvergeetlijken Macaré, Krastel, Speet, Tavi de la Rambelje, Kuhuwael, e.a. een ander verbond oprichtte, het Jong Indo Verbond. Ging vroeg ter ziele ben niet meer bitter over de oorzaken daarvan. Ben daarnaast nooit blind geweest voor het grote werk van het IEV. Heb Tong-Tong altijd opengesteld voor ex-IEV-ers om over hun Verbond te schrijven, maar niemand wou (of had er tijd voor). Nu het 45ste jaar van geboorteherdenking nadert, dacht ik: dan zal ik het zelf maar doen. Ben sinds ruim twee jaar met J. C. H. aan het verza melen van historisch materiaal geslagen. En nu is dus de publiciteit gekomen. That is all. T. R. Families in Nederland of daarbuiten, die hun vakantie alhier willen doorbrengen, om het koude klimaat te ontlopen, gaan dikwijls akkoord met de prijzen welke in Nederland voor een bungalow gedurende de vakantie maanden wordt gevraagd, onwetend van het feit dat alhier de toestanden geheel anders zijn. La Garita is te vergelijken met een neder zetting van pioniers die de ongemakken van de eerste jaren als geen elektriciteit (al zo lang beloofd, maar nog steeds niet aan wezig), slechte toegangswegen geen be groeiing (daar de bungalows op een rots bodem aan de kust zijn gebouwd), 6 km verwijderd van de naaste plaats TELDE en 22 km van LAS PALMAS aanvaarden, wetende dat over enige jaren de toestanden verbeterd zullen zijn. Tegenover deze nadelen staat evenwel ook het grote voordeel van het klimaat met elke dag zon, doch bijna altijd een krachtige wind de NO passaat, die dikwijls het fijne zeezand door de reten van de schuiframen blaast, hetgeen vooral in de zomermaanden plaats heeft. Ik kan uit ervaring schrijven daar ik zelf een bungalow heb gehuurd van een dame in Den Haag op een advertentie in Tong-Tong. In Amerika zijnde en niemand in La Garita kennende, waarbij ik inlichtingen kon inwin nen, ben ik ingegaan op een aanbod van 75,per week voor de tijd van 15 decem ber 1963 tot 1 mei 1964, een bedrag dat meer dan f 300,per maand is. Bij aan komst in La Garita en na met de bewoners kennis te hebben gemaakt, bleek mij dat de huurprijs van 75,per week veel te hoog was, daar ik hier een ruimere bungalow en beter gemeubileerd en van meer gemakken voorzien, kon huren voor 200,per maand, en een van dezelfde afmetingen als de bungalow welke ik nu bewoon voor f 180,'per maand van de heer P. F. VER- DUYN, gemachtigde van de heer W. HOLT- SLAG, architect. De heer Holtslag ook onbekend zijnde met de toestanden alhier had aanvankelijk ook veel te hoge prijzen berekend. Op mijn schriftelijke verzoek aan die dame om ook de huur van haar bungalow aan te passen aan de gangbare huurwaarden, zoals de hr. Holtslag heeft gedaan, werd niet inge gaan en werd bovendien reeds bij voorbaat gedreigd de zaak in handen te geven van een advocaat. Men moet begrijpen dat een dergelijke han deling zeer veel afbreuk zal doen aan de naam La Garita als woon- of vakantieoord en een smet werpt op de bewoners. Dit laatste zal ik ten zeerste betreuren, daar ik de bewoners heb leren kennen als zeer vriendelijk, eerlijk, zeer behulpzaam en steeds bereid met woord en daad te helpen. Ik heb niets dan lof voor deze pioniers. Ik heb de nodige kleuren dia's gemaakt van de verschillende bungalows en de omgeving en ik ben bereid, na terugkeer in Nederland ik hoop na 1 mei 1964 deze geheel gratis te vertonen aan liefhebbers die zich in La Garita willen vestigen of een vakantie doorbrengen. Mijn adres in Nederland is Valckenboschlaan 27, Zeist. L. Ph. VAN TEMMEN 24

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1964 | | pagina 24