Kreupele dieren, mensen en goden inde mythologie van Indonesië en elders
I»
Het geloof in de magische kracht van kreupele dieren, mensen en goden, is verspreid over
de gehele wereld. De Chinezen geloven dat de uil Towei een vogel is met een menselijk
gezicht met slechts één poot. Gedurende de zomer verbergt hij zich en alleen in de winter
kan men hem zien. De mens, die veren van hem bij zich draagt, hoeft niet bang te zijn voor t
de bliksem.
De vogel Pivang heeft ook een menselijk
gezicht en heeft slechts één poot. In zijn
bek draagt hij het vuur, waar Pivang komt
breekt de brand uit. De Dajaks van Borneo
zeggen, dat hun rijstvogel vroeger werd ge
beten door de koning der wilde dieren en
dat hij sindsdien slechts de beschikking
heeft over één poot. De Toradja's van
Celebes kennen de haan met lamme vleugel.
De volkeren van India de kreupele koe
(grawala). De bewoners van Bali het scheve
huis (gubug pentjeng); die van Java de lekke
palingmand (buwu bolong). Er is geen twijfel
aan of het beroemde batikmotief Parang-
roesak is verbonden eveneens met gods
dienstige mutilaties. Oorspronkelijk mocht
het alleen worden gedragen door personen,
die zich onderworpen hadden aan de volle
initiatie, waarin zij werden gemutileerd. In
Samosir kent men een beschermende geest
die een kreupele linkervoet heeft (het kwaad
is altijd aan de linkerkant). Deze voorbeel
den kunnen gemakkelijk worden uitgebreid.
We zullen ons beperken tot een speciaal
aspect van dit thema n.l. betreffende de
kreupele meester-smid. De meest beroemde
smid van de Javaanse Mythologie is Menak
Djingga, een dwerg met een laag voorhoofd
en een kreupel been. Die regeerde in Blam-
bangan, Oost-Java. Hij was onzichtbaar,
omdat hij een speer bezat van geel ijzer.
Eens dorst hij zelfs in zijn eentje op te mar
cheren tegen de machtige stad van Modjo-
pait om een schone prinses te schaken. Hij
trouwde, Retna Rasa Wulan, de Maanvrouw.
Kreupele demonen brengt men in verbinding
met de afnemende maan, die gewond is
door de zon. Een gelijke figuur is de pries
ter Durna; hij bezit magische kennis van
wapens en heeft de macht over het vuur.
Zijn schoonbroeder Krepa is eveneens een
grote kenner van wapens en is smid van de
goddelijke strijdwagens. Ondertussen is de
beste vriend van Durna, Drupada, zeer be
kwaam in de kennis van wapens en bezit
een pijl die vuur kan maken. Dezelfde ge
weldige Durna echter is kreupel, heeft bo
vendien een gebroken arm, gebroken neus
en slechts één oog; hij is min of meer de
pendant van de mismaakte clown Semar,
die in sommige verhalen optreedt als een
priester met grote kennis van oorlog. Durna
en Semar sterven op hetzelfde moment en
zijn mystiek genomen identiek; hun zonen
Aswatama en Petruk zijn de enigen die er in
slagen hun vaders te volgen door de hemel
poort. Semars zoon Garèng, heeft juist als
Durna een kreupele voet en misvormde
arm.
In het verhaal „lakon" Murwakala, dat wordt
opgezegd om ongelukken te bezweren, ver
schijnt een misvormde gamelan-speler,
Pandjak Dalang Klungkungan. Het woord
pandjak betekent helper van de smid.
Behalve kreupele tovenaars kent men in de
Javaanse Mythologie ook kreupele heksen.
In het verhaal Petruk is Koning (Petruk da-
dos Ratu) vernemen wij hoe de heilige brief
Kalimasadat werd geroofd. De sluwe Petruk
slaagt er in de brief terug te krijgen. Op
zijn terugweg volgt hem de tovenares Bitti-
bitti en neemt hem de brief af. Petruk ver
andert zich nu in een djambuboom en Bitti-
bitti aangetrokken door de heerlijke vruch
ten, legt de brief zolang op de grond en
klimt in de boom. Petruk herneemt plotseling
zijn ware gedaante, pakt de brief en rent
weg. De heks is niet in staat hem te volgen
omdat uit de boom vallende zij kreupel is
geworden. Het is mogelijk dat ter herden
king van haar men de kratondans „diju
dengklik" uitvoert, welke wordt gedanst door
een vrouwelijke demon met een kreupel
been. De Chinese God van de Literatuur is
Kuei Hsing kreupel).
LOERAH SEMAR
Tussen de kreupele rijstvogel van Borneo
en de Chinese vuurvogel, het embleem van
de smeden, bestaat een gelijkenis. De kreu
pele smeden in China en Java staan in
nauwe verbinding tot elkaar. De schakel
tussen hen wordt gevonden in Champa.
Aldaar wordt een verhaal verteld over twee
demonische smeden welke vochten om Nai
Bala, de Maanvrouw en de beschermster
van het gezin, de pendant van de Javaanse
Ni Towong.
Een voorbeeld. Javaanse krissen bestaan
uit vijf soorten, vertegenwoordigers van de
vijf stammen en de vijf voorouders. De
houten heften en de metalen klingen gede
coreerd met een arend en slang symboli
seren vuur en water, het mannelijke en
vrouwelijke symbool. Alvorens een zwaard
te maken moet de smid zich verenigen met
een vrouw; dan moet hij zorg dragen dat de
elementen vuur en water na verhouding
worden gerepresenteerd in het wapen. Wij
komen tot de volgende conclusie:
De heer R. ran Goens krijgt in de
hiernevenstaande verklaring voor „Se-
mar messem" de feitelijke betekenis J
hiervan, welke dus niet slaat op de
f vernietiging van zijn vijanden, maar op
4 de populaire liefdes-amuletten die men
f naar hem heeft genoemd. Hij initieert
n.l. de jonge mensen in de kunst der J
1 liefde. Hij is inderdaad een nar, maar
veel ouder dan de wereld en ook wijzer
1 dan de goden. JC. H.
1) in de Indonesische Mythologie verschij
nen gemutileerde personen en dieren, die
over magische krachten beschikken; in de
regel zijn zij kreupel, blind, hebben één oog,
of een half lichaam;
2) dikwijls zijn zij smeden of narren; in de
Burmaanse Mythologie treft men een blinde
smid aan;
3) oorspronkelijk vertegenwoordigden zij de
demon van initiatie of de sponsors der can-
didaten.
De best bekende nar op Java is Semar. Hij
is ouder dan de wereld en veei machtiger
en wijzer dan de goden. Zijn karakter is zeer
erotisch; hij leert de jonge mensen de magie
der liefde. De meest populaire liefdes
amuletten worden genoemd Semar Mèssem
glimlachende Semar). Gedurende sommi
ge pelgrimages naar de toppen der vulkanen
moet men hem aanroepen en worden schui
ne moppen getapt. Anders krijgt men een
ongeluk. Semar is de speciale beschermer
der dynastieën; hij woont in de krater van
een vulkaan, het huis der smeden. Zijn zoon
Petruk is kreupel. Een legende vertelt dat
hij slechts één dag koning is geweest.
Vroeger werd in sommige delen van Java
gedurende het rijstplanten een pop van deze
nar gemaakt en werd hij vereerd als koning.
Na een dag echter werd deze pop wegge
gooid. Deze ceremonie zou een rijstveld
zeer vruchtbaar maken.
Semar en Petruk verschijnen zeer dikwijls
in een wajangspel bij het einde van een
dramatische scene. Zij doen met hun mop
pen te niet de zwarte magie welke is te
voorschijn geroepen door het drama. Som
tijds vergezellen zij de zielen naar de onder
wereld en zijn dus verbonden met de dood.
In Celebes vertelt men, dat een kreupele
smid de wacht houdt bij de ingang van het
land der afgestorvenen, en al de slechte
zielen tegenhoudt.
In verschillende Indonesische mythen ver
schijnt (in Java Lalang Sedjiling, in Samo
sir Si-Adji Bahir-bahir) de eerste mens op
aarde op dezelfde tijd inwijder en ingewijde,
gelijk de kreupele smid schept hij somtijds
de wereld, maar ondergaat hij kwellingen
door deze taak. Slechts door zijn gemuti
leerd zijn of dood verschijnen de planten en
dieren, enz. De smid en de clown zijn beide
aspecten van de culturele held. Laat ons
denken aan de éénogige Vulkanus, de
kreupele Hephaistos, de dwerg, die het
zwaard van Siegfried smeedde. Bovenmen
selijke en phallische clowns vindt men in de
mythologie van sommige Indiaanse stammen
in Amerika, terwijl oorspronkelijk de Euro
pese narren ook over magische krachten
beschikten. Koning Carnaval is niet alleen
(Lees verder pag. 23)
18