agen op de PASAR MALAM torn? fori! IN HOUTRUST j
Tempo Doeloe
VÉ
ÜH
-
>>ooooocooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooo>ooooooooooooooooooocooooooooooooooooooooooooooo
Het maakt niets uit, dat ik pas geboren
werd toen alles reeds voorbij was.
Dat ik het Land slechts heb aanschouwd
door kinderogen.
Dat is geen geldig argument.
Ik hoef slechts naar een vergeeld portret te
kijken, mijn armen er naar uit te strekken
en binnen de omlijsting te stappen.
Dat is heel gewoon.
Ik hoef slechts langzaam te verdwijnen in
het lichaam van de vrouw op het portret;
van het kind op het portret. In de lichamen
van al die vergeelde mensen.
Dat is heel gewoon.
Dat kan ik, omdat ik me zo vaak in boeken
heb verstopt, waarin de mensen leefden uit
die tijd en zij me altijd zeer welwillend hun
lichamen en zielen in bruikleen gaven.
Ik kan het ook, omdat ik de herinneringen,
van oude weemoedige harten, mij toege
ëigend heb. Dat is waarschijnlijk wel hun
bedoeling geweest.
Dat is mijn goed recht.
En wanneer ik daar gebruik van maak,
worden oude mensen jong. Ik sluit mijn
ogen net zo lang totdat ik op hun benen
lopen kan, met hun monden spreken, met
hun ogen zien en met hun zielen voelen.
En dan gebeuren de dingen opnieuw.
Soms dwaal ik met mijn grootmoeder, de
vrouw van het portret, wier lichaam ik im
mers het mijne maakte, door tuinen en stra
ten en huizen van weleer. Ik voel de soe
pele koele stof van de sarong-koker om
mijn benen. Ik woon in ontelbare huizen.
Met vloeren van marmer, van rode en groe
ne tegels. Soms hebben zij bilik wanden.
Ik ben helemaal niet opgewonden of nieuws
gierig, omdat ik immers alles ken en niets
mij vreemd is.
Met gesloten ogen laat ik weer de jaren
snel voorbij gaan, tot ik weer kind ben.
In Tempoe Doeloe.
Ik sta weer op een vlot. Op de rivier, die
oneindig geel is. Onder mijn voeten de ron
ding van de gladde pisangstammen. Of
soms, wanneer ik aan het zwerven ben,
krullen zich mijn tenen naar benee omdat
de hete grond mijn voeten brandt.
Zoveel heb ik beleefd. Ik ben arm geweest.
En rijk. Al naar mijn eigen wens.
In Tempoe Doeloe.
Al de herinneringen, de mensen en ik, wij
zijn even oud.
En wij zijn even jong.
Dit is wat de generaties voor mij, mij heb
ben nagelaten. Dit is mijn erfenis.
En omdat al dit een deel was van hen, die
voor mij kwamen, zo zal het voor altijd van
Aan dit ongewoon rijp en intelligent
stukje van een nog heel jonge vrouw
wijden wij graag aparte aandacht. On
gewoon, omdat zoals wij weten, de
Indische jeugd over het algemeen (nog)
niets van Tong-Tong moet hebben
ouderwets, voorij, we moeten voor
uit kijken"enz. enz.).
Niet alleen is Tempo Doeloe echter
doodgewone Geschiedenis en waarom
zouden we op school ijverig geschiede
nislesjes leren van andere volken en de
onze niet?) maar het biedt een verdie
ping van het geestesleven voor ieder
met een meer dan oppervlakkig ver
stand. Zolang er nog jonge mensen zijn
als Marijke Steevensz (en het zullen er
zeker meer zijn) hoeven wij voor de
toekomst niet te vrezen. De ,,balk uit
het hout" zal vroeger of later zeker
roepen bij een ieder, die niet helemaal
van steen is"REDACTIE
mij een deel zijn en van alle generaties na
mij.
Dat is heel gewoon.
Dat is logisch.
Daarom maakt het niets uit, dat ik, dat alle
mensen, altijd geboren worden wanneer
alles reeds voorbij is.
MARIJKE STEEVENSZ
Kunt U ook zo heerlijk wegdromen bij oude foto's? Bij deze foto, die we van
de heer M. C. Horsting voor ons archief kregen komen zoveel gedachten
bij je op.
Deze foto is genomen in 1895 van een plantersfamilie. Goed beschouwd is het
maar een armzalig huisje met de biliken wanden en het atappen dak, het afdak
van gegolfd plaatijzer. Vergelijk het eens met een modern flatje van alle
gemakken voorzien! Maar toch... hoe rustig en stil moet het zijn geweest. Geen
radio van de buren die je liever niet zou horen, geen geklap van deuren van
de onderburen. Geen grote mond van de mevrouw helemaal beneden omdat je
met plantjes gieten een paar druppels op haar schone plat heb gemorst.
En dan de tuin. Hoe gloeiend rood moet de flamboyant op de achtergrond
(links) geweest zijn als hij in bloei stond, hoe verfrissend al het groen van de
struiken. Ja, we weten het, er zullen nare dingen genoeg geweest zijn die we
hier niet hebben. Kakkerlakken of schorpioenen misschien, eindeloos veel
muskieten, wie zal het zeggen. Maar zo op een afstand van tijd en ruimte kan
je gemakkelijk al die rare dingen wegdenken en even wegzwijmelen in heim
wee. IKS
r OOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOO'
O
O
O
15