Prof. A. de Waart:
Volksgezondheidszorg in Ned. Indië tot 1942 (slot)
In bepaalde delen van Indië leed 11/2% der bevolking aan lepra. Het totaal aantal lepra-
lijders werd op minstens 50.000 geschat. Sinds 1927 werden 45 leprozeriën geëxploiteerd.
Vermelding verdient, dat twee Indonesische artsen SARDJITO en SITANALA een zg. dikke-
druppel-methode uitwerkten, waardoor de diagnose van lepra werd vergemakkelijkt.
Verplichte aangifte van lepra voldeed in Indië niet aan de verwachtingen en werd daarom
na enige jaren afgeschaft. In Batavia werd omstreeks 1935 een lepra-instituut gesticht,
waarvan gehoopt mocht worden, dat het zou bijdragen tot onze kennis omtrent de versprei
ding en de preventie dezer ziekte.
Een groot succes voor de bestrijding van
volksziekten is geworden de systematische
behandeling van de framboesia met neo-
saivarsan. De framboesia is een besmette
lijke tropenziekte, die in de meeste streken
van de Archipel zeer veel voorkwam, en
die gepaard gaat met afzichtelijke, lastige
en pijnlijke huidverschijnselen, gevolgd
door verminkende littekens en invaliditeit.
De ziekte is verwant, maar vermoedelijk
niet gelijk aan syphilis en plant zich door
nauw contact bij een arme, vervuilde en
nauw opeenlevende bevolking voort. In de
meeste gevallen bleek een enkele injectie
van neo-salvarsan de uitwendige verschijn
selen als sneeuw voor de zon te doen ver
dwijnen. Deze injecties, waarmede jaarlijks
6 700.000 lijders werden behandeld, wer
den dan ook bij de bevolking vanwege het
direct zichtbare resultaat zeer populair en
deden in het algemeen het vertrouwen in
de westerse geneeskunde toenemen. Men
zegt wel: de injectiespuit met neo-salvarsan
heeft vele muren van vooroordeel opge
ruimd.
Bij de strijd tegen de geslachtsziekten ver
dient vermelding die tegen het granuloma
inguinale, een afzichtelijke venerische aan
doening, destijds veel voorkomend onder
bepaalde volksstammen op Nieuw-Guinea.
Het ziekteverwekkende micro-organisme is
sedert 1905 bekend en verschilt geheel van
de verwekker van syphilis. De ziekte werd
waarschijnlijk vanuit Australisch N. Guinea
geïmporteerd. De afwijkingen, die in de
genitaalstreek optreden (zweren en vermin
kingen) laten zich hier niet beschrijven. De
mortaliteit was groot. Sommige stammen
van 50.000 leden werden in korte tijd gere
duceerd tot 10.000 en minder. Verspreiding
der ziekte werd bevorderd door van onze
opvattingen afwijkende gewoonten en leef
wijze der bevolking (samenleven van man
nen en jongens, homosexualiteit, sexuele
orgiën). CNOPIUS begon in 1920 met suc
ces de behandeling (en daardoor ook de
preventie) door injectiekuren met braak
wijnsteen (tartarus emeticus). De bestrijding
werd voortgezet door de Indische artsen
HAKIM en SOEPRAPTO en door het echt
paar THIERFELDER. Hospitalen, elk voor
200 granuloompatienten) werden met be
hulp der bevolking gebouwd; hulppersoneel
werd opgeleid. Voldoende preventie was
niet mogelijk zonder de bevolking tot een
andere leefwijze te brengen. Modeldorpen
van eengezinshuizen werden gebouwd, het
leven in gezinsverband bevorderd. Totem
feesten en daarmede samenhangende
sexuele excessen werden zoveel mogelijk
verboden en tegengegaan.
De preventie zal permanente controle eisen.
Het schijnt dat nieuwere geneesmiddelen
(sulfapreparaten, antibiotica) een afdoende
bestrijding eenvoudiger zullen maken.
Onder de bevolking heersten in ernstige
mate oogziekten, vaak blindheid ten gevolge
hebbend. Aan de bestrijding hiervan heeft
TYSSEN vooral op Sumatra en Celebes
zijn leven gewijd. Wanneer men als blind
beschouwt personen met een gezichts
scherpte minder dan 1/30, moest, zoals
MULOCK HOUWER in 1940 aangaf, het
aantal blinden in Indonesië worden geschat
op 700.000. Per 1000 inwoners waren
er 20 a 40 maal zoveel blinden als in Neder
land. MULOCK HOUWER noemt 90% van
de blinden in Indonesië „onnodig of ver
mijdbaar" blind. Trachoom is een der
voornaamste oorzaken van deze blindheid.
Waar het meeste trachoom heerst, zijn ook
de meeste blinden. Van de zijde van Over
heid, Zending, Missie, Leger des Heils en
particulieren werd de bestrijding der blind
heid langs de weg der trachoombestrijding
geëntameerd. De moeilijkheden bleken
groot, zowel door het grote aantal lijders,
de niet eenvoudige diagnose en behande
lingsmethode, als door onvoldoende mede
werking van het onontwikkelde deel der
bevolking. Hygiënische propaganda, ook bij
de onderwijzers en bij de schooljeugd, werd
gevoerd, maar men bereikte hiermede
slechts een deel der trachoomlijders. 10%
der Indonesische schooljeugd had tra
choom. De opleiding van deskundig hulp
personeel, de zgn oogverplegers, werd in
de laatste jaren krachtig ter hand genomen.
In sommige streken van Indië speelde als
oorzaak van blindheid de xerophthalmie
een belangrijke rol. Het hoornvlies wordt
daarbij tenslotte troebel, gaat verzweren,
verlies van het oog ten gevolge hebbend.
De oorzaak is hier onvoldoende toevoer
of opname van vitamine A, het is dus een
deficientieziekte, die voorkomen kan wor
den door systematische verbetering van de
voeding.
Ook uit andere overwegingen bleek het
voedingsvraagstuk van groot belang. In ver
scheidene streken van de Archipel bleek
ondervoeding voor te komen, vaak met
hongeroedeem. Onder de Indonesische be
volking maakte de zuigelingensterfte bijna
de helft der totale sterfte uit. Weliswaar
hadden de infectieziekten daarin een groot
aandeel, maar ook onvoldoende of ondoel
matige voeding van moeder en/of kind. In
dien een moeder tekort aan vitaminen heeft,
bestaat ook tekort aan vitaminen in haar
zog en zal zij met dat zog het vitamine
tekort aan haar kind kunnen overdragen.
Verbetering van deze toestanden werd na
gestreefd door DE HAAS en zijn mede
werkers en bv. door de Chinese vereniging
Jang Seng Ie met haar prenatale en post
natale consultatiebureaux. Het sloot aan bij
de verloskundige zorg, waar wij straks op
terugkomen.
Dat ondoelmatige voeding ook op andere
wijze gevaren kan opleveren, bleek bv.
door het optreden der bongkrek-vergiftigin-
gen op Midden Java, ontstaan na het eten
van een beschimmeld klapperprodukt. De
vergiften in dit volksvoedingsmiddel bleken,
blijkens onderzoekingen van MERTENS,
VAN VEEN en GREVENSTUK, te worden
geproduceerd door bepaalde bacterieën en
speciaal op het hart en de suikerstofwisse
ling in te werken. Sedert dien kon de
bevolking deskundig worden voorgelicht.
Wij wezen reeds op het in 1934 gestichte
Instituut voor Volksvoeding, dat door syste
matisch onderzoek der Indische voedings
middelen, het uitgeven van desbetreffende
tabellen tot voorlichting der bevolking, ook
via de scholen, krachtig begon bij te dra
gen. Toereikende en toch goedkope menus
werden voor verschillende streken opge
steld, teneinde tot een zowel quantitatief als
qualitatief toereikend voedsel voor de be-
(Lees verder pag. 7)
Aan zuigelingenzorg werd het nodige gedacn. mot gunstig gevolg