'm* INTRANED (v.h/HESTA, CRANS Co.) De Chinese "massacre" in 1740 en de verantwoordelijkheid daarvoor, zowel van Valckenier als van Van Imhoff (II) ta DJOIÜA •/&Co Briljanten ringen Mido polshorloges Passage-, Reis- en Vrachibureau Den Haag - Plein 22 - Telefoon (0 70) 18 42^50 Valckenier gaf last alle Chinezen, die voor enig misdrijf in de gevangenis zaten, te doden, uit vrees voor een oproer. Zij, die in een hospitaal lagen, liet hij de straat opzenden, wat onder deze omstandigheden met een doodvonnis gelijk stond. Van Imhoff, die later de verantwoordelijkheid geheel op Valckenier trachtte te schuiven, gaat echter evenmin vrij uit. Hij had tijdens de paniek het opperbevel over een afdeling soldaten aan de Dienst- poort, vlak bij de Chinese wijk, en stak geen hand uit om een einde te maken aan de plunder- en moordpartij. Bovendien stemde hij in met het besluit, waarbij ieder, die het afgeslagen hoofd van een Chinees van buiten de stad aanbracht, een premie zou krijgen. Eerst de 11de oktober, de derde dag van de moordpartij, besloot de Regering daar tegen op te treden. Zij gelastte de plunde raars, naar hun kwartieren terug te keren, doch nog enige dagen daarna liepen ben den de geplunderde huizen na te zoeken. De 22ste kondigde de regering een amnes tie af: alle Chinezen, die binnen een maand de wapenen inleverden, kregen pardon, en mochten zich weer in de stad vestigen, ter wijl de overigen als vijanden zouden wor den beschouwd. Slechts een paar honderd gaven aan de oproep gehoor en keerden naar de stad terug. Hun werd een afzon derlijke kampong, ten Zuid-Westen aan de stad grenzende, als woonplaats aangewe zen, thans nog bekend als het Chinese kamp. Het aantal vermoorde Chinezen wordt ge woonlijk op 10.000 geschat, een getal, dat stellig veel te groot is, ook al rekent men diegenen mee, die bij de strijd in de Omme landen zijn gevallen. Volgens het „somma- rium" dat is de statistiek, die aan het ein de van elk jaar werd opgemaakt van het aantal inwoners der stad, verdeeld naar landaard en sekse, woonden er in het begin van 1740 nog geen 5000 Chinezen binnen Batavia. Was er 'n man G.G. geweest van 't formaat van een Coen, dan zou deze „massacre" zeker niet hebben plaats gehad. Nu stond het geheel meer in het teken van de vijand schap tussen Valckenier en Van Imhoff. Valckenier, verbitterd over de herhaalde verwijten en de oppositie van enkele leden, onder leiding van Van Imhoff, ging er toe over deze laatste met de leden De Haaze en Van Schinne, de 6e december te doen arresteren. Zij werden de 10e januari als gevangenen met de retourvloot naar Neder land gezonden. Intussen waren duizenden Chinezen buiten de stad blijven rondzwerven. Na enige ma len te zijn afgeslagen, trokken zij Oost waarts Java door, op welke tocht vele al daar gevestigde landgenoten zich bij hen aansloten. Zij maakten zich meester van Rembang en Joana, vermoordden de daar wonende Europeanen, sloegen het beleg voor Semarang. Nog ernstiger werd de toe stand voor de Compagnie, toen de Soenan van Mataram er zich mede be moeide. Pakoe Boewono II, die sinds 1727 zijn vader was opgevolgd, liet zich door zijn raadslieden overtuigen, dat dit nu het gun stige tijdstip was, om zich van de Hollan ders te ontslaan. Toen zij op vele plaatsen succes hadden, sloot hij zich openlijk bij hen aan. Zo was de toestand toen het Opperbestuur in Indië in andere handen overging. Valckenier had in begin 1740 ontslag gevraagd en ontving nu bericht, dat dit hem eervol was verleend. Tot zijn op volger was benoemd Van Imhoff, die als gevangene in Nederland was aangekomen. Valckenier vertrok 6 november als admiraal van de retourvloot, nadat de Raad van Indië Johannes Thedens tot waarnemend G.G. had benoemd. Van Imhoff was er bij aankomst in Nederland in september 1741 in geslaagd de schuld voor de „massacre" geheel op zijn tegenstander te schuiven, dat zijn gevangenneming en opzending was ge weest „informeel, nul, kragteloos en van geener waarde.",zo luidde het dictum van de bewindhebbers. Valckenier daarentegen, was in de Kaap Kolonie, gearresteerd en werd weer naar Batavia teruggezonden, maar nu gevankelijk, waar hij op 2 novem ber 1742 op het kasteel werd gevangen gezet en niemand mocht ontvangen. Op 28 mei 1743 arriveerde Van Imhoff als nieu we G.G. en als een nieuwe Hercules die de Augiasstal zou reinigen. Hier zij slechts vermeld, dat hij tegenover zijn vroegere tegenstander, thans een ellendige gevange ne, generlei edelmoedigheid of zielegroot- heid heeft getoond, maar hem integendeel zijn verdediging onmogelijk heeft gemaakt, misschien wel uit vrees, dat zijn eigen aan deel in de „massacre" van 1740 in een ander licht zou verschijnen. De fiscaal eiste in maart 1744 tegen Valckenier de dood door het zwaard en confiscatie van al zijn bezittingen. De beklaagde besteedde 9 maanden aan het opstellen van een verde diging, die uit niet minder dan 12233 artike len bestond Het proces bleef slepende en er was nog geen uitspraak gedaan, toen Valckenier op 20 juni 1751 overleed, na bijna 9 jaar preventief te hebben gevangen aezeten. In 1755 verklaarde de Hoge Rege ring de tegen hem gevoerde criminele actie wegens de dood „geaboleerd". Wat deze Chinezenmoord aangaat met alles wat daaraan vastzat, is en blijft dit een zwarte bladzijde in de geschiedenis van de V.O.C. en de inleiding tot een gevoelige achteruitgang. J. C. H. Bronnen: Dr. F. W. Stapel, De Geschiedenis van Nederlandsch-lndië. Dr. F. W. Stapel, Gouverneurs- Generaal van Nederlandsch-lndië. Prof. Dr. H. T. Colenbrander, Koloniale Geschiedenis, II bl. 189. M. L. van Deventer, Geschiedenis der Nederlanders op Java, II bl. 102 e.v. Dr. J. Th. Vermeulen, De Chinezen te Batavia en de troebelen van 1740. teyn Vlamingstr. 5 - Den Haag - Tel. 11.66.77 Ruime keuze in: (22 kt. goud) Reisadviseurs voor zowel individuele als groepsreizen per vliegtuig, schip, trein en autobus. Speciaal voor: Intercontinentale reizen - Emigratie - Bezoekreizen naar kinderen overzee - Vakantiereizen. Inlichtingen over passagetarieven, visum bepalingen, visumaanvragen etc. worden U gaarne en gratis verstrekt door ons kantoor te 22

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1964 | | pagina 22