Gedachtenwisseling over discriminatie EXCLUSIEVE tong tong KERST- EN NIEUWJAARSKAARTEN STATUS "Zou je je dochter willen laten trouwen met een neger?" Deze vraag is eigenlijk een dwaze vraag, want er zijn veel soorten van negers, zoals er veel soorten zijn van blanken, gelen, roodhuiden, welke soort mensen dan ook. En een neger dokwerker is heel anders dan een neger advo caat, zoals een blanke boerenknecht heel anders is dan een blanke dokter, zoals een gele trem- mer verschilt van een gele leraar. De verschillen in beschaving, ontwikkeling en sociale hoogte wordt in gesprekken over waardeverhoudingen van de rassen altijd volkomen verwaarloosd. Nu de vraag die u stelt onderaan blz. 5 van Tong Tong 30-9-64. Dat men over een doch terspreekt en niet over een "zoon" meen ik te moeten terugbrengen tot het begrip bij pri mitieve volkeren dat de vrouw een verovering is van de man, zodat de man de veroveraar is. Dit heet officieel niet meer zo bij ons, maar er leeft toch nog wel een dergelijk gevoel; waar schijnlijk het sterkst bij die groepen, die niet het hoogst staan in ontwikkeling. Zou hier niet sprake zijn van een soort ata visme? /J .Kernkamp-Engelberts INNERLIJKE BESCHAVING Waarom zeggen mensen altijd: "Zou je je dochter met een Neger, Arabier, Chinees, Indo, Italiaan, Spanjaard, etc. etc. willen laten trou wen." Hier komt m. i. de kwestie naar voren, dat een meisje, je dochter dus. in een huwelijk meestal de lijdende partij is, en een zoon de leidende partij. Is de man dus van een andere nationaliteit dan je dochter, dan moet de vrouw de man vol gen naar veelal andere landen, andere omge vingen, andere milieu's. Is de stand lager of geheel anders dan die van de vrouw, de man minder ontwikkeld of anders ontwikkeldkomt die dochter terecht in negerwijken, kampongs, sloppendan is het voor de ouders van hel meisje een angstige gedachte: Zal mijn dochter daarin kunnen aardengelukkig worden, kan ze zich aanpassen of krijgt ze heimwee? Hoe gedraagt de (vreemde) man zich in zijn eigen milieu tegenover zijn vrouw? Is dat vernisje van "onze beschaving' voldoende dek om m'n dochter gelukkig te doen zijn, die hierin gebo ren en getogen is. Een vrouw of meisje heeft in een huwelijk met andere rassen meestal niet veel in te brengen; haar leven kan moeilijk worden. Een zoon uit een zeker milieu blijft meestal in eigen land, in eigen ontwikkelingssfeer, blijft het hoofd van het gezin. 't Gaat dus eigenlijk minder om blank, of zwart, of bruin, 't gaat om innerlijke bescha ving. Hebben beiden 't in zich, dan gaat 't al tijd goed. mevr. A. Bruyn-Heyl OUDERWETS Eigenlijk is het een ouderwetse vraag. Deze stamt nog uit de tijd dat de man alles te ver tellen had en de vrouw hem gehoorzaam te volgen had. Als je als vrouw trouwde met, laten we zeggen, een Mohammedaan, had je zijn levensopvatting te volgen, zijn zeden en gebruiken, en als je zelf heel anders was op gevoed moest dit wel leiden tot conflicten en verdriet voor de vrouw. En dit is geloof ik wel zo met alle andere rassen onderling. Een man had hier dus niet zoveel last van. Een vrouw volgde hem toch immers? Zij moest zijn normen aannemen. Zo geloof ik ook, dat een vrouw eerder van geloof verandert terwille van een man dan omgekeerd. Ik heb hiervan natuurlijk geen statistische gegevens, maar wat ik in de loop der jaren in mijn ei gen omgeving heb gezien, was het altijd het meisje dat omzwaaide. Vandaar dat de ouders meer bezorgd waren voor hun dochters wat dit betreft dan over hun zoons. En die vraag is blijven voortleven. i£a NIET MEER VRAGEN Over de vraag: "Zou je je dochter willen laten trouwen met een negerllnlanderllndolzo'n Blanda, enz." zegt Tjalie zelf: "Het is altijd een hatelijke, afstotende vraag geweest, die veel onheil veroorzaakt heeft." Waarom dan nogmaals die vraag gesteld en wederom hout bij het vuur (de haat) gelegd om zodoende het vuur Weer te doen oplaaien en gaande te houden? Geen zinnig mens zal antwoord geven op de vraag, die nog niet aan de orde is; een vraag dus over een aangelegenheid, waarmede hij (nog) niet persoonlijk geconfronteerd wordt. Ieder meet met z'n eigen meetinstrument. Kan aan zijnlhaar oordeel enige waarde worden ge hecht? Of aan dat van anderen (die wel huw- 1 De uitnodiging om een oordeel uit te Ij f spreken over de vraag: Zou je je I dochter willen laten trouwen met een T neger?" heeft verrassend veel brie- j f ven binnengebracht, waarvan wij er I hier enkele opnemen. Het is opval- T lend dat juist de VROUWEN zich het j I flinkst weren. Mannen maken zich er I gauwer van af door te zeggen: "Ik j t ben ertegen", en dan alVrouwen I beseffen dat discriminatie gezinnen t en geslachten kan vernielen of op- j j bouwen. Dat in deze mannenmaat- I schappij (want dat IS zo} op het ter- T rein van de discriminatie door onver- j schilligheid, mindere gevoeligheid of I gebrek aan dieper inzicht veel ge- f vaarlijk onheil wordt gesticht. Is het I verder niet typisch dat de vrouw zon- f der uitzondering het BESCHAAFD- j I HEIDS-CRITERIUM stelt, terwijl man- I nen altijd zitten te modderen met T wetjes - van - gelijkheid - voor - alle- j I maal" bare dochters hebben) wanneer blijkt, dat zij geen grondige kennis beziten van de omstan digheden, zeden en gewoonten van de neger? Wat voor nut heeft dan dit opinie-onderzoek onder de T-Tlezers? Waarom problemen ge schapen waar geen problemen zijn? Nogmaalshet beantwoorden van een vraag die nog niet gesteld is, vind ik ONZIN. Laten we er niet bij stilstaan (bagimana nantinja) maar rustig verder gaan met ademhalen. De mens overdenkt zijn weg, maar de Heere Stuurt zijn gang. Manupassa Het probleem IS er, getuige (o.m.) onder staand bericht uit een Nederlandse krant van 27 augustus: AMSTERDAM. - Ongeveer veertig procent van de mensen, die zich bij de Algemene Stu denten Vereniging Amsterdam, Asva, hebben opgegeven als kamerverhuurder, wenst niet aan kleurlingen te verhuren. Bij circa tachtig procent van de verhuurders, die zich bij het Maatschappelijk advies- en inlichtingenbureau in Amsterdam melden, worden kleurlingen ge weigerd. Het Amsterdamse Mai-bureau heeft op grond van gesprekken met andere Mai-bu- reaus moeten constateren dat de toestand in andere grote steden als Utrecht en Den Haag procentueel niet van die in Amsterdam verschilt. Lees verder pag. 4 JP1""IllIIIIIIUIilllllllHIIIIIIUUIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIlllIllllllllllllllllllllllllllllllllllllll 3 DUBBELE KAARTEN IN KLEUREN MET BIJPASSENDE ENVELOPPEN SAMEN VOOR f.1,75 Aan de binnenzijde van de kaarten: een nieuwjaarswens. 1. Kebogan: 141/2 23 cm, 2. De drie wijzen: 10 x 22 cm, 3. Chinese Draak: 12 x 151/2 cm, "Een gelukkig en voorspoedig Nieuwjaar". "Prettige Kerstdagen en een gelukkig Nieuwjaar". "Een gelukkig Nieuwjaar". Behalve bovenstaande Nederlandse teksten, dragen de kaarten even eens een, respectievelijk, Indonesische, Arabische en Chinese heil wens, in overeenstemming dus met het karakter van de afbeelding op de kaart. Laat dit keer Uw goede wensen eens NIET vergezeld gaan van de ge bruikelijke sneeuwlandschapjes en de overbekende Kersttaferelen, maar laat deze kaarten, die een synthese zijn van Oost en West, de vertol kers zijn van Uw gedachten. Te bestellen bij Tong Tong, door storting van f. 1,75 per groep van 3 kaarten, op giro 6685, met de vermelding op giro- of postwissel strookje: "Kerstkaarten". Bij bestellen van 3 of meer groepen tegelijk, dus bij 9, 12, 15 enz. kaarten, is de prijs maar f. 1,50 per groep. Illllülllllllllllllllllillllllll'lllllllllllllllllllllllllllllilllllllllllllllllllillll 3

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1964 | | pagina 3