Tjerita Tjemara
Poekoel teroes
KODOMO-KOMODO
Eeuwen rolden de kerstbomen door de lan
den.
Ze vielen onder bijlen, stonden in huizen
en kerken .glansden op pleinen en wegen.
Vielen en werden vertrapt en verbrand als
elk ding dat eens vereerd werd.
Eeuwen en eeuwen lang.
Er waren altijd meer bomen dan mensen en
elk mens kon z'n eigen boom grijpen, aan
bidden, mishandelen en doden onder de
leuze van offer of traditie, schoonheid of
symbool.
Altijd en elk moment kiemde ergens een
broos sprietje onder dor blad en rottend
mos tot een miniatuur boom
Altijd en elk moment verenigden natuur
krachten in onbegrijpelijke samenwerking
om bomen op te bouwen. Elk takje, elke
wortel volmaakt berekend op groei, kracht
en schoonheid.
Alle eeuwen groeiden bomen in roekeloze
overvloed overal ter wereld - om en door
de mens en zijn wereld.
En de mens zag en nam.
Hij brak de natuurhoorn en schiep de feest-
boom, de joelboom, de offerboom, de kerst
boom - de levensboom -
De natuur nam de boom op in haar grote
wereld en gaf hem daar tientallen jaren,
honderden soms.
Wat is tijd voor de natuur?
Zo groot, zo rijk en overdadig is de natuur.
De mens nam de boom op in zijn kleine
wereld en gaf hem daar een paar dagen,
een week soms.
Tijd is kostbaar voor de mens.
Zo klein, zo arm en zuinig is de mens.
De mens die miljarden bomen vernietigde,
legt kwekerijen aan om z'n heimwee naar
vernielde schoonheid en sprookjessfeer te
kunnen bevredigen. Om ook hierin handel
te drijven en z'n vreemd roulette spel van
arbeid-voor-den-brode te kunnen doen door
draaien.
Dieren en bomen die vroegere eeuwen aan
de goden offerden worden nu opgeofferd
aan het kind.
En het kind ziet alleen het licht, lacht en
droomt zich een hemel met engelen: Kerst
mis.
Boven alle bomen dalen de nachten en over
hen jagen de winden, de regens voeden
hen en de zon doet hen groeien.
De mens maakt gebruik van al deze krach
ten voor z'n eigenzinnig spel dat hij met
gewichtige woorden opblaast en als rituele
bezwering volvoert.
Een goede toekomst eist ook een goed ver
trouwen
Dat is een hoeksteen waarop men moet
bouwen
Gaat recht door zee al is de stroom vaak
tegen
Uiteindelijk rust hierop de zegen.
Sergeant de Blauwe
Met betovering, vervloeking of zegebede,
met runen, gebedsmolen en bidkralen.
- Verschuiven van gewicht, overwicht,
evenwicht -
Miljarden bomen kunnen ten ondergaan
zonder iets te veranderen aan het grootse
rythme van de natuur.
Miljarden mensen kunnen hun leven uitle
ven zonder iets te veranderen aan dit even
wicht dat zich altijd herstelt.
Boven en om het kleine rythme van de
mens golft die ontzaggelijke strijd die hij
benoemt en kleineert om te durven denken
dat hij hem beheerst.
"Moeder natuur" die eeuwig onbewogen
haar schepselen vormt en weer terugneemt:
bomen - mensen.
G. BAREL
TWEE TONG TONG UITGAVEN
BE 'PJGER
IN HET
VOLKSÖEliOOF
C. HAIÏ.M'lfiKO.
ïsrr sus* ïsssg
Code: kr
Prijs: f. 2,95
Porti f. 0,30
totaal: f. 3,25
Code: tij
Prijs: f. 4,25
4- Porti: f0,30
totaal: f. 4,55
Te bestellen bij TONG TONG,
Prins Mauritslaan 36 - Den Haag
Giro 6685
Die eerste nacht in het kamp Tonangoe
in Birma, enige kilometers van Tambyuza-
yat, stond ik met enkele anderen op wacht,
gewapend met een stok. Waarvoor we
wacht moesten lopen begrepen we niet:
krijgsgevangenen, die op wacht stonden!
Enfin, we zaten bij elkaar in de open lucht
en liepen af en toe een rondje. We ver
veelden ons stierlijk. Sterke verhalen waren
niet van de lucht, de een snoefde nog har
der dan de ander. Varkens van 100 kilo
wisselden af met tijgers als "nog nooit he-
sien".
Tegen een uur of twee kwam uit de Jap-
penbarak een Jap zwaar schommelend op
zijn korte benen naar ons toe. De saké-
lucht was al van verre te ruiken. Hij had
iets in de hand. Wat wisten we toen nog
niet. "Daar heb je het gedonder", dachten
we. Men had ons gewaarschuwd voor dron
ken Jappen. Intuïtief stonden we op, alle
spieren gespannen .kaken op elkaar, klaar
om de klappen te incasseren. Onze wacht
commandant brabbelde iets onverstaan
baars en salueerde.
"Oké, oké," en de vrije hand wuifde ons te
gaan zitten.
Daar zaten we dan, op een rijtje, de Jap
vöör ons, zwaaiend op zijn beentjes.
"Me kodomo three", begon hij de conver
satie, "You?".
We snapten hem niet, niemand antwoordde.
"O, ik weet al peh, hij heef drie boeaja he-
dood", verbrak de jaher de stilte.
Tot de Jap: "Ha three, big ones ka?"
Jap verontwaardigd: "O, no, no. No big one
Kodomo-ka".
"Kodomo, toch varraan?"
"Neen joh, dat zijn Komodo-varanen. Jij
wist het weer hoor".
"En dan, lijk op elkaar toh", verdedigde de
jaher zich. "Kodomo apa-ja?"
We wisten het niet. Dat zag de Jap ook en
hij aan het uitleggen. Via baby-gehuil, dat
door de lallende stem door ons niet als zo
danig werd onderkend en draagbewegingen,
snapten we eindelijk, dat meneer ons aan
het vertellen was, dat hij drie kinderen had.
"Ah, you three kodomo", juichten we.
Een grijns, die enkele gouden tanden ont
blootte en de ogen tot nog kleiner spleetjes
trok .toonde 's mans vreuge over het resul
taat van zijn uitleg.
Toen wendde hij zich tot de eerste: "You
Kodomo?"
"Yes, four", antwoordde nummer 1.
"Four-ka? Very good".
Toen de jaher, een verstokte vrijgezel:
"You kodomo?"
"Ik? Ben je bedonderdNo".
"No...ka?" En dreigend kwam de Jap op
hem af. Klats, de jaher had de klap te
pakken. Hij moest op een afstand staan,
enige passen achter ons. En de Jap ging
verder met te vragen hoeveel kinderen we
hadden. Wie kinderen had noemde het aan
tal, wie er geen had, loog er op los.
Toen kwam de clou. Zorgvuldig werd het
pak, dat hij al die tijd onder de arm droeg
geopend en we zagen de door ons zo fel
begeerde plakken bruine suiker te voor
schijn komen. We kregen zoveel stukken
suiker, als het aantal kinderen bedroeg,
dat we hem hadden opgegeven.
Nauwelijks was de Jap weggewaggeld, of
de jaher sprong op.
"Varrek zeg. Tjobah, ik had eerder hewe-
ten, ik als Pa van der Steur. Ajoh, bagie-
dong. Ik al di lel si". Ex. P.O.W. 446
15