Ridder M.W.O Ridder-Diploma.- "Uitgereikt aan Johannes Karei Ferdinand Rugebregt, Sergeant der Marechaussée geboren te Haroekoe (Am- boina) den 7 October 1879, benoemd tot Ridder 4e Klasse der Militaire Willemsorde bij Koninklijk Besluit van 9 Januari 1907, No. 36, als hebbende zich onderscheiden bij de krijgsverrichtingen in Atjeh en Onder- hoorigheden Voor ons is hij Oom Janes. De oom met "het Ridder". Ik herinner me (ik was toen 7 jaar oud), dat mijn zusje, mijn twee broer tjes en ik hem van de trein haalden aan het kleine station van Magelang. Dat was in 1925 en Oom Janes was toen al 10 jaar ge- pensionneerd. Hij was employé op de kof- fieonderneming Tjandi Sewoe in het Blitar- se. Als echte "buitenman" stond een kan toorbaan hem absoluut niet aan en na zijn militaire loopbaan werd hij planter. Hoe meer afgelegen de onderneming, hoe liever het hem was. Daar midden in de rimboe, dicht bij de natuur, daar was hij zichzelf. Een man van weinig woorden (al kon hij boeiend vertellen als het zo te pas kwam), wars van strijkages (al bezat hij een na tuurlijke hoffelijkheid); goedig van aard, kon hij soms fel uitschieten; een weinig gecom pliceerde natuur in een wat ruige bolster. Zo nu en dan zakte Oom Janes af naar "de stad". Zoals die dag in Magelang. Daar stond hij op het perron, een kleine stevig gebouwde man, met een fiere knevel, de stijve strohoed iets schuin op het hoofd en aan de linkerrevers de buitenmodel M.W.O. Hij omhelsde ons en drukte onze wang even tegen het ereteken. "Als je groot bent moet je dit ook halen", zei hij tegen mij en het broertje dat na mij komt (wij waren de oudsten). We knikten dapper, maar begre pen er niet veel van. Wij waren alleen maar blij dat hij er was, zoals kinderen zich intens kunnen verheugen in een logeer partij van ooms en tantes. Ook later toen wij al veel groter waren en in Bandoeng woonden, kwam Oom Janes af en toe bij ons logeren. Als hij eenmaal goed en wel geïnstalleerd was en alle nieuwtjes met mijn ouders waren uitgewisseld, dan kwam er steevast een avond dat hij begon te ver tellen van zijn Atjeh-tijd. Hij diende onder Van Heutsz bij het Korps Marechaussee, het korps van de "bloedvingers", de man nen van het "snapan pendek, klewang pand- jang". Snelvoetige, taaie, uitgezochte rim boevechters. Hij vertelde van een lange, lange reeks van slopende patrouilles, een grootse onverbiddelijke natuur, dodelijke vermoeidheid; van gebrek en teleurstelling, verlatenheid en de eenzaamheid van het commando. Van enerverende gevechten van man tegen man -hard, bloedig. Een Atjehse klewang-aanval: "De Atjeher sloeg toe. Ik pareerde met mijn karabijn in mijn linker hand, met de klewang in mijn rechter sloeg ik zijn arm met het slagwapen in de hand af. Met zijn ene arm bleef hij mij attaque ren, tot ik er met een klewangstoot een eind aan maakte..." Tweemaal werd Oom Janes licht gewond, een klewangsnee aan de duim en een piek- stoot in de knie. Hij heeft ook de angst gekend, de verlammende bezorgdheid voor eigen lijfsbehoud: "Als wij aanvielen, bad ik eerst dat ik gespaard mocht blijven en dan ging ik er op af". Uit al zijn verha en klinkt de trots op zijn Korps door, maar ook een oprecht respect voor de fanatieke, ver metele tegenstander. En na talloze patrouil les en gevechten komt die opdracht, waar voor hij de M.W.O. krijgt. "Een infanterie-patrouille van 17 man was in een hinderlaag gevallen en door een bende van 300 Atjehers in de pan gehakt. Alle geweren werden buitgemaakt. Direct daarop verspreidden de Atjehers zich, zoals hun tactiek was, in kleine groepen. Ik moest met mijn 15 marechaussees erop uit..." In nuchtere woorden staat die actie in het Ridder-Diploma vermeld: "17 December 1905. Verrassing en vervolging eener vijandelijke bende in Beneden Peusan- gan. Als commandant eener brigade marechaus see, met veel initiatiej, beleid en moed, zijne brigade aan te voeren, ivaardoor 9 leden eener vijandelijke bende in eene woning omsingeld en neergelegd en 2 geweren M-95 buitgemaakt werden. Bij de daarop ingestelde achtervolging der gevluchte bendeleden met groote voortva rendheid en volharding zijne manschappen voor te gaan. waardoor nog 8 leden der bewuste bende konden worden achterhaald en der pa trouille opnieuw 2 geweren M-95 in handen vielen. Van 15 tbn 22 Januari 1906. Patrouille in het Peusangsche en SawangscheAls commandant eener brigade marechaussée, door de uitsteken de wijze, waarop hij de hem gegeven opdrach ten ten uitvoer bracht, in belangrijke mate bij te dragen tot het succes, dat 17 vijanden on schadelijk werden gemaakt" Zo verdiende hij de M.W.O., de hoogste Nederlandse onderscheiding. Waarom ik lllllllllllllllllllllllll!lllllllllllllllllllllllllllllllllll!ll!llllllllllllllllllli;illllllll!lllllll!l<l!lilll!ljl!lll!lllllllll!IIIU!! 150 JAAR M.W.O. j Anderhalve eeuw bestaat de Militaire 1 Willemsorde voor Moed, Beleid en 1 Trouw. Hoevelen van ons weten wat 1 1 het inhoudt "Ridder M.W.O." te zijn? Hoevelen beseffen hoe moeilijk het 1 is tijdens een gevecht te handelen 1 I volgens de begrippen Moed, Beleid j cn Trouw? 1 Wij hebben getracht op deze twee pagina's de inhoud van deze begrip- S I pen te belichten, zodat "een ieder I I den Ridder M.W.O. in deze zijne 1 I hoedanigheid kan erkennen en hem g 1 kan bewijzen al den Eerbied en de 1 Achting aan deze waardigheid ver- 1 schuldigd". REDACTIE IÏÏ!l!lllll!lllllllll!lil!llllllllllllllll[llllllllllllllllil!lll[|||||[|||||||||||||||||||||||||||||]l!lllllllll[llll|[|||||llllllllltliïï over Oom Janes schrijf? Omdat het 150 jaar geleden is, dat de M.W.O. werd inge steld. En omdat ik nu, na 40 jaar, iets begin te begrijpen van moed, beleid en trouw. Ik wil hem een saluut brengen. In hem wil ik eren alle Ridders M.W.O. die er nog zijn, en die er niet meer zijn. Daarmee voldoe ik aan een verzoek, een verzoek waarmee elk Ridder-Diploma eindigt: "Verzoekende een ieder den voornoemden in deze zijne hoedanigheid te erkennen en hem te be wijzen al den Eerbied en de Achting aan deze waardigheid verschuldigd". MAUS RUGEBREGT Foto rechts: 1907 - Johannes Karei Ferdinand Rugebregt, Sergeant der Marechaussée wordt benoemd tot Ridder 4e Klasse der Militaire Willemsorde. Foto links: 1925 - voor ons is hij Oom Janes. De oom met "het Ridder". Ik herinner me (ik was toen 7 jaar oud), dat mijn zusje, mijn twee broertjes en ik hem van de trein haalden aan het kleine sta tion van Magelang..." I -- -• -

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1965 | | pagina 9