De Piekerans van een Straatslijper ANAK KOMPENIE Verv. van pag. 5 dat we in de loop der tijden wel meer ver rassingen zullen tegenkomen. Een ander en nieuwe buurt - een stuk min der traditioneel dan Malabar Hill - is Cum- bala Hill waar de Amerikaanse invloed en bouwtrant overheerst. Tussen Malabar Hill en Cumbala Hill is de Breach Candy shop ping centre met het Breach Candy Hospital, de Breach Candy Club en de ITS. Consu late General. Dit is wel het hartje van het Westerse bastion. Meer en meer van die nieuwe buurten verrijzen voor de rijke vreemdeling en de rijke Indiër. Maar hoe dan leeft de "gewone Indiër" in Bombay? Mijn indruk is dat ze in de dui zenden flatwoningen van Bombay wonen. Het zijn vier of vijfverdieping woningen waar het gewoon krioelt van Indiërs. Dit is een karakteristiek van India, dat de werker woont in stenen huizen; het geheel geeft de indruk van Soerabaia "van over de rode brug", alleen zijn de flatgebouwen groter en niet wit maar blauw of geel. Zo op het oog dus woont de Indiër in Bombay aan zienlijk beter dan zijn Aziatische broeders buiten India. Maar dit is natuurlijk niet het juiste beeld, want een publicatie weet te vertellen, dat in Bombay alleen al er 21/2 millioen mensen op straat moeten slapen Dit mag dan wat overdreven zijn, maar als het er maar 1 millioen waren dan wordt het wel duidelijk, dat Bombay met proble men te kampen heeft. En behalve straat slapers hebben we nog te doen met de be woners van kampoengs - hier "hutments" geheten aan de stadsrand. Nu moet U voor al geen idee krijgen, dat dit te vergelijken is met een Indonesische kampoeng, welke in mijn herinnering onopvallend verborgen lag en vooral proper was. Deze "hutments" zijn gewoon onbeschrijfelijk smerig. Boven dien zijn ze zo ongelukkig geplaatst, dat ze direct zichtbaar zijn en zo laag gelegen dat in de moessontijd het merendeel ervan onder water staat en het komt geregeld voor dat de bewoners verdrinken. Buurten waar de "Indos" wonen zijn Colaba en Dadar en op de een of andere manier is het te zien, dat deze buurten Eurasiers her bergen. Het heeft iets ouds en iets gemoe delijks. Dadar is overigens ook de buurt van de Katholieke Goanesen. Dan is er tenslotte de Mohammedaanse buurt, waar men vrouwen ziet in "purdah" en op elke straathoek een moskee, waar de mensen wat ernstiger uit hun ogen kij ken, waar het druk is met kleine straat- nerinkjes en de atmosfeer wat beslotener is. De stad, de kotta dus, kenmerkt zich door aanhoudend druk verkeer en door een ver bazingwekkende variatie. Er zijn typische Batavia lanen, Engelse dorpspleinen, Engel se "machtsgebouwen" er is zelfs een ave- nida de Rio Branco waar men zich zowaar in Rio de Janeiro waant. Alleen heet deze avenida hier Marine Drive maar het is beter bekend als "Queens necklace"; er zijn hier voorts aloon aioons voor de sporten en volksbijeenkomsten waar het Koningsplein een dameszakdoekje bij lijkt. Maar een opsomming van gebouwen en buurten is niet een goede beschrijving van een stad. Wat voor indruk geeft de stad, hoe voelt men er zich, is het mooi, lelijk of maar zo zo? Opinies hierover zijn na tuurlijk sterk persoonlijk. De meeste Ame rikanen vinden het "interesting" maar wil len zo gauw mogelijk weer naar huis, omdat er hier zo weinig te koop is, de Russen vinden het machtig want er is zoveel te koop, de Hollanders vinden het in Kenya of Indonesia of waar dan ook waar ze net vandaan komen VEEL mooier, maar kan keren hevig als ze van hier naar elders worden overgeplaatst. De enigen die zon der reserve het aardig vinden hier zijn de Fransen. De Engelsen zeggen eenvoudig niets maar dicteren hier het societyleven. En wij nieuwbakken Amerikanen cum Indos, cum oud Aziaten? Wij hebben ons Azie niet teruggevonden, misschien bestaat dat oude Azie van ons niet meer. In elk geval in Bombay hebben we het gemoedelijke "go- jang kaki" en sateh van de straat nog niet beleefd. In plaats daarvan, zakelijke Indiërs, kort aangebonden en hardwerkend THANS WEER VERKRIJGBAAR: (2e druk) door Lin Scholte Het levensechte verhaal van ujemini, een soldatenkind, een „anak kolong", in de tangsi geboren en opgegroeid. Prijs: f 2,95 0,30 porto 3,25 en van de straat eten laat je wel snel na de eerste kennismaking met de Bombay Belly. Trouwens cholera en typhus zijn nog steeds Bombay specialiteiten, ingeent of niet. Dysentrie heeft eenvoudig iedereen. Dus ook geen water direct uit de kraan drinken. Weet U nog wel, dertig jaar ge leden dronken wij al water uit de kraan in Sidoardjo zelfs. Daar staat weer tegenover de variatie, de enerverende "hustle" van de stad, de sport- gelegenheden als je daarvan houdt, er zijn machtig veel bioscopen, enkelen vertonen Amerikaanse films. Er is uitgaansleven en de Taj Mahal is centrum van de meeste activiteiten. Maar wij oud indisch-gaste.n zijn wel geïnteresseerd maar voelen ons hier niet thuis, omdat we meenden iets van onze oude liefde hier terug te vinden en dat is niet het geval geweest Men kan zich ongestraft in het Westerse bastion terugtrekken en het leven zo in richten, dat men als een Amerikaan leeft met de wasmachine en airconditioner of als een Hollander met hagelslag. Men kan op en neer rijden tussen uw kantoor en uw Amerikaanse flat en Uw uitspanning zoeken in de Willingdon club of de Bombay Gym khana, ver dus van de Aziatische werke lijkheid. Het punt is: is men dan ooit in India geweest, heeft men niet een gelegen heid voorbij laten gaan? Maar het contact zoeken met India op de gebruikelijke wijze is niet eenvoudig. Een van de manieren is het eten van de straat en als U weet wat goed voor U is dan doet U het niet. Maar afgezien van het gevaar voor Uw gezond heid is het niet erg gemakkelijk om van de straat te eten. Er zijn maar weinig waroengs en wat ze te bieden hebben is naar mijn mening hoogst onsmakelijk. Het is allemaal gedrenkt in zure room of zure melk waar de Mahratha verzot op is. Men kan sirih pruimen en katjang arab kopen maar dat is dan zowat alles wat te koop is. Hier gaat dus wel een contact mogelijkheid verloren. Er is ook de onbeschrijflijke vuilheid in de "volkskwartieren". Nu weet ik wel, dat het in Indonesia ook niet allemaal even zinde lijk was, maar die vuilheid ken ik. Viezig heid welke men niet kent is wel heel VIES. Er is ook stank meestal veroorzaakt door de Indiër die er geen been in ziet om aan de openbare straatweg zijn behoefte te doen. Hieraan moeten wij dus nog wennen voor dat we wat dieper op het echte India kunnen ingaan. JAN L. BALL tlllllllllllllllllllllliliiUlllllllllllllllllllllllllllllllllllillllllllllllllllllilllllllllllllllPllilllllllllHIHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIINIIIIIIIIWIIIIIffllllliniHNIIIIIIIINIIINIIIIIIIIIIIIIIIIIIiHiiilillllUlii'ltlill'IIININIIIIIIHininlllliillllllllNIII^ I ZE ZIJN ER WEER: i door Tjalie Robinson I Nu deel I en deel II samen plus 10 oude nog niet 5 eerder in boekvorm verschenen Piekerans waaronder 1 het "Vleesverhaal" dat op diverse shows als voor- dracht zo'n succes heeft gehad, verder nog een onbekende "Tante Koos" en het kostelijke "Leven als handelaar". Dubbeldikke pocket met ruim 600 pagina's, geïllustreerd met omslag in 3 kleuren: Prijs: f 8,75 f 0,75 porto f 9,50 j Alle 85 opstellen zullen U stuk voor stuk weer doen schaterlachen. Gun Uzelf na deze barre winter wat hartverwarmende lectuur en kom al lezende weer op i "temperatuur"! iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiumm"unitutmin 6

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1966 | | pagina 6