ETEN? DRINKEN? RONDOM DE TONG TONG IN DE KEBON (Schetjes uit het plantersleven op Sumatra) 1. OUWEJAARSAVOND IN DE KEBON Lodewijk was vanuit zijn nieuwe stand plaats weer eens overgewipt naar zijn vorig ressort Bangun Purba, om er "Oud en Nieuw' te vieren ten huize van de Tuan "siener" in Sialang, afdeling van de grote Engelse rubberonderneming in Serdang. Be halve gastvrouw en gastheer, het planters echtpaar Smakker, trof hij er twee andere vertrouwde vrienden aan, namelijk de plaat selijke controleur, van de Leeuw, met ega. In de voorgalerij van het huis op palen zette het gezelschap zich neer voor het eer ste vrolijke gesprek over Indische koetjes en kalfjes. Lodewijk viel met de deur in huis, ver telde van het avontuur dat hij vroeger op de dag in de dienstwagen had beleefd. "Een klein avontuur weliswaar," zei hij, "In alle eer en deugd in elk geval, maar een grap pige kant zat er wel aan, dat zullen jullie moeten toegeven." En op zijn ene kapotte sok wijzende, diste hij zijn verhaal op. Als nieuwjaarsgeschenk voor zijn gast heer en gastvrouw had hij vóór zijn vertrek op de plaatselijke vispasar een grote dikke paling laten kopen. Zijn chauffeur, of ker- net, een Indo-Chinese jongen, had er van pisangstam en lidi's (kokosbladnerven) een handig kooitje voor het transport per auto van gemaakt en het palinkje erin gewurmd. Na kilometers rijden langs de stille we gen door de rubbertuinen, in de donkere avond, had Lodewijk - die eerst heerlijk rustig achterin had gezeten, met het cadeau in het mandje aan zijn voeten - plotseling met een lichte kreet van pijn zijn ene been opgetild, "als door een adder gebeten" zoals het in boeken staat. Onderzoek met de electrische staaflamp, gericht op zijn pijnlijke enkel en omgeving, wees weldra uit dat er deze keer geen sprake was van een adder, al had het er wel veel van weg. De gladde aal had namelijk uit zijn ge vangenis weten te ontsnappen en had om duistere redenen (honger?) de sok en de enkel daaronder met zijn scherpe tandjes doorboord. Met zijn kortstondige vrijheid was het gauw gedaan, waarna de tijdelijk onderbroken tocht werd voortgezet. Na het verhaal kwam Lodewijks geschenk op tafel. Het beest zag er nog even dik en vet uit en werd door de familie Smakker dankbaar aanvaard, waarna het een gedeel telijke vrijheid kreeg in een grote zinken wasteil in de kamar mandi. De overgang is de paling noodlottig geworden, want de volgende dag bleken de levensgeesten van het beest geweken. Nog steeds echter spreekt Lodewijk over dit tragische einde van zijn avontuurtje als over "het Indische palingoproer". SAMUDRADATTA Vervolg van pag. 8 teren. Hij liep nu weer op de markt; hij wou eens gaan zien of zijn vader nog niet naar huis ging. Toen kwam er opeens, midden op de weg, een rij hossende en zingende meiden en mannen aan. Hij wou snel uitwijken, maar hij kon niet gauw genoeg helemaal wegkomen in de volte. Toch scheerde de sliert nog net langs hem heen. Maar terwijl hij, suffig, nauwelijks wetend wat er gebeurde, de rij langs hem heen zag hossen, zag hij de kerel die aan 't eind liep, het dichtst bij hem, eensklaps de vuile, grote, bezwete hand uitsteken, en voor hij 't wist, had die hem zijn mirleton ontrukt en zag hij de schooier de toeter aan de mond zetten. Het geluid smolt weg in de zee van geluiden. Hij zag het gedrang zich weer achter de sliert sluiten, en hij hoorde zingen: "En dat we toffe jongens zijn, dat wille we weten!" Toen werd ook hij weer voortgeduwd. Het was alles zo vlug in z'n werk gegaan, dat hij nu pas goed tot het begrip kwam wat er gebeurd was. Hij moest zijn lege handen bekijken om te weten, dat hij niet gedroomd had: de toeter was weg! De tranen sprongen hem in de ogen, en meer zich latend meenemen met de stroom dan bewust lopend, kwam hij bij zijn vader. Maar toen hij deze zag staan, vrolijk z'n laatste mirletons aanprijzend, toen veegde de jongen gauw met zijn mouw zijn ogen weer uit. "Heb je de jouwe niet meer?" vroeg zijn vader, nauwelijks op hem lettend. "Ze hebben hem me afgenomen", antwoord de hij dapper, onverschillig. Om hen heen groeide het kermisgelal tot een bacchanaal. Overal pinkten nu gouden lichtjes door de asgrauwe stofwalmen heen. De lichtjes van de draaimolen verschoten en doken weer op. De wapperende vlam men van petrolie- en carbiedlampen joegen wolken stank en rook uit. In de hitte en de zweetlucht, die hingen tussen de lijven, hosten en drongen de mensen voort, met oorverdovend gejoel, gegil en getoeter op de verschillend gestemde lawaai-instrumen- ten. Draaiorgels speelden door elkaar, en kooplui schreeuwden, hun waren aanprij zend. Van tijd tot tijd kon de menigte niet verder; dan hoste men maar zonder vooruit te komen. Met glimmende gezichten kwa men ze uit de smoorhete, baklucht-door- walmde poffertjeskramen, en koelden zich dan weer af aan de zuurkraam of met 'n fles bier. De kleine jongen voelde zich onpasselijk worden. Het leek hem als een hels visioen. Angstig verborg hij zich achter zijn vader voor de joelende mensen, die de laatste mirletons wegritsten. Toen trok de menigte langzamerhand af, naar het vuurwerk. Meer en meer kwamen gapingen in de mensen-massa. Een vreemde stilte ontstond. "Ga je mee naar 't vuurwerk kijken?" vroeg z'n vader. En de twee lege manden over zijn rug gooiend, nam hij z'n jongen bij de hand. LEO FAUST CONVENT O.L. VROUW v.h. CENAKEL te TILBURG Met Pinksteren, van vrijdagavond 27 tot maandagavond 30 mei a.s. heeft onder leiding van de Eerwaarde Pater Coenen o.f.m. in het Tilburgse Cena- kel (Koningshoeven 27) een retraite plaats voor dames -- gerepatriëerden uit Indonesië. Bij eventueel voorkomende financiële bezwaren kan beroep worden gedaan op een fondsje, door oud-retraitanten onder de gerepatriëerden gesticht en aan het Cenakel overgedragen. Dit is geen probleem! Dat kunt U volop, want er is weer van alles: bami kwa, saté, loempia, gado-gado, goelé kambing, bami goreng, petjel, nasi rames, soto, martabak en de meest ondenkbare hoeveelheid snoe perijen en overheerlijke dranken, en nog véél meer op de PASAR MALAM TONG TONG. Tjendol? Kopi toebroek? Té-ès? Bier? Stroop? Limonade? Es-lilin? Es Shanghai? Tjendol Tapé Wat U maar wilt. En alles op de PASAR MALAM TONG TONG 22 t/m 25 juni Houtrust Den Haag

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1966 | | pagina 9