DE EER
van een VROUW
Rondom de Tong Tong in de Kebon
HUIZINGA
LEONHARD
door
De Gouverneur van het gewest en Me
vrouw rijden in hun nieuwe auto door het
Sumatraanse oerwoud. De Gouverneur is
danig uit zijn humeur. Ten eerste omdat hij
Mevrouw heeft mee moeten nemen op
tournée en ten tweede omdat de nieuwe
auto allesbehalve voldoet! Het koelwater
kookt nu al voor de derde keer! De stoom
ontsnapt sissend uit de radiator en zij zul
len alweer stil moeten houden om hem te
laten bekoelen!
Maar nog voor de Gouverneur kan be
velen te stoppen, remt de chauffeur met
een ruk. De Gouverneur en Mevrouw
schieten voorover van hun zitplaatsen.
Wanneer zij ziedende van verontwaardiging
zijn opgekrabbeld, is de chauffeur nergens
te bekennen, maar des te duidelijker zicht
baar is een kudde olifanten, die met flap
pende oren en slingerende slurven aan
komen wandelen! Zij hebben volstrekt
geen haast. Zij slenteren doelloos voort en
rukken hier en daar terloops een telegraaf
paal uit. In de gouverneur wordt eerst de
ambtenaar wakker, en hij roept boos, maar
vol ontzag: '"Wilt U dat wel eens laten!"
Maar de ambtenaar heeft nog niet gespro
ken, of de mens ontwaakt en roept angstig:
"Vooruit Sofie, schiet op, vluchten!"
Er is plaats noch tijd om de wagen te
draaien en dus vluchten de Gouverneur en
Mevrouw te voet de heuvel op, die zij zo
juist zijn afgekomen. Boven kunnen zij niet
meer. Zij blijven naar adem snakkend staan.
Mevrouw is een zenuwcrisis en de Gouver
neur een ziekteverlof nabij. Maar zij ver
geten zowel het een als het andere, want
aan de voet van de heuvel gebeurt het
vreselijke. Daar staan de olifanten als on
behouwen lummels op hun grote platvoeten
om de auto. Zij vinden het stille dier
hoogst belangwekkend en zij branden van
verlangen om het aan te raken, maar zij
durven toch niet recht. Zij staan besluite
loos te draaien, tot een van hen zich
nieuwsgierig naar voren dringt (natuurlijk
een wijfje!) en met de slurf de gloeiende
radiator betast. Dan verscheurt de gillende
schreeuw van een vrouw die wordt aange
rand de stilte. Zij heeft haar lange neus
deerlijk gebrand! Het verraderlijke stille
dier heeft haar gebeten! Maar nu worden
de goedige lummels bloeddorstig gepeupel.
Woedend trompettend dringen zij op. Op
geheven slurven dalen met een doffe dreun
neer op het stille dier. De kap vliegt door
de lucht, de voorruit rinkelt in scherven,
de spatborden kreukelen als papier onder
reusachtige poten, portieren worden inge
trapt of uitgerukt, een wiel rolt eenzaam de
weg af en de bagage van de Gouverneur
en Mevrouw wordt naar alle windrichtingen
verspreid.
Het duurt niet lang. De auto stoot één
klagende kreet om hulp uit, als een neer-
suizende slurf de claxon treft, maar dan is
het einde ook nabij. Weinige seconden
later is zij een stoffige hoop blik, en de
wrekers van de eer van een vrouw sloffen
weg, snuivend maar voldaan. Heel even
kraakt het oerwoud waar zij binnendringen,
dan bengelt alleen nog de pyjama van de
Gouverneur in een onwezenlijke stilte aan
een hoge tak.
(Schetsjes uit het plantersleven op Sumatra)
III HET SCHOT IN DE KEBON
De houten tong-tong in de rubberkebon
had plechtig twaalf slagen uitgezonden. In
het assistentenhuis keken vijf jonge men
sen, die er Ouwejaarsavond vierden, el
kaar vrolijk aan. Eén van hen, de Lodewijk
van 't palingoproer (zie TT nr. 21, dd. 15/5),
hees zich uit zijn rotanstoel, greep naar
zijn heupzak, en voor de anderen er weet
van hadden, had hij over de houten balus
trade van de voorgalerij, schuin omhoog in
de richting van de kebon, een schot gelost
met zijn kleine dienstrevolver die hij voor
dit doel met voorbedachte rade had mee
genomen. "Slamat tahun baru", zei hij
toen tot de enigszins geschrokken omstan
ders. En pas tien seconden later ontlaadde
de spanning zich in een opgelucht gelach.
De domper op de vrolijkheid volgde su
biet. Wéér liet de tong-tong zich horen,
volgens Smakker uit de richting van de
koelieverblijven. En ditmaal was het geen
plechtig gedreun, maar bracht het hout dui
delijk alarmgeluiden voort.
Het gezelschap verbleekte eendrachtig.
Had het in het wilde weg afgevuurde schot
iemand geraakt? Assistent en plaatselijk
controleur verontschuldigden zich, na de
eerste paniek, en gingen op onderzoek uit.
De dames trokken zich onder bewaking
van de koene schutter achter in het huis
terug. Daar hebben zij in alle onrust wel
een half uur afgewacht, visioenen gehad
van een gewonde op een draagbaar, tie
rende mannen, bloed, of nog erger.
Het viel gelukkig mee! Bij het dobbelen
in de koelie-verblijven, ter gelegenheid van
Nieuwjaar door de Tuan Besar toegestaan,
was twist uitgebroken tussen twee Javaan
se dobbelaars. Er was een messengevecht
gevolgd; er was bloed gevloeid, maar niet
met liters, en het geschil was inmiddels
weer bijgelegd. De vrolijke avond kon
doorgang vinden.
Nog lang is dat startschot van het Nieu
we Jaar in Serdang in de herinnering voort
blijven leven. SAMUDRADATTA
Njl!illll!!l[|!!ll!lll|l!!l!l![ll[lilll!ll!ll!lllll!llll!!lllll!llllllll||llll!ll||ll|E!l|l!|!|[|[|||lllll|llll!lllll!lllllll!l!lllll[]|j
TENTOONSTELLING
INDONESISCHE DOEKEN
Van 18 juni tot 17 oktober 1966 zal I
S in het Textielmuseum, Espoortstraat
182 te Enschede een tentoonstelling
gehouden worden van doeken uit 1
I Indonesië. j
B Deze omvat o.a.
weeftechnieken (Ikatten)
verftechnieken (Batik, Plangi, Tritik)
en gegevens over de handelsbetrek-
kingen.
1 Voor deze tentoonstelling werden
i verschillende voorwerpen in bruik-
S leen afgestaan door;
het Tropenmuseum te Amsterdam en
het Museum voor Tropische Land- 3
i bouw te Deventer.
Het Textielmuseum is geopend:
3 dinsd. t/m zaterd. 10-12 en 14-17 uur
zondag 14-17 uur 1
Miiliiiiiwiiiii>iiiiiiiiiiiiiiii!iiii!iiiiiiiiiiiimii»ii!iiiiiiiliiiiiniiililliii>iiillliiiiiiilii<:>'iiii:i
11