vertrouwde vrijheid te misbruiken, handelt
de mens niet volgens Gods Wil, begaat hij
een grote zonde, waarvoor hij eenmaal ter
verantwoording zal worden geroepen. De
plicht tot natuuronderzoek heeft in de eeu
wen dat het geloof krachtig was, geleid tot
een spectaculaire opbloei van allerlei we
tenschappen, waarover hier niet verder be
hoeft te worden gesproken. Nimmer is bin
nen de Islaam de beoefening van natuur
wetenschappen belemmerd door voorstellin
gen als die van een geocentrisch wereld
beeld. Het zich verdiepen in de natuur
brengt een muslims geleerde niet tot on
geloof, daar hij beseft, dat het diepere
inzicht in en de grotere kennis van de
Natuur, als zijnde Gods Schepping, hem
steeds dichter tot God zal doen naderen.
In de natuur neemt de mens een uit
zonderingspositie in. Hij is aan de top
van de schepping gesteld en verschilt er
van door de hem gegeven rede en vrijheid
van handelen. Maar deze positie houdt niet
in, dat God hem verder aan zijn lot heeft
overgelaten. Weliswaar is zijn verblijf op
aarde en is de mens sterfelijk, omdat het
aardse leven gezien dient te worden als
een voorbereiding, maar juist daarom heeft
God hem tevens een onsterfelijke ziei mee
gegeven. De menselijke ziel komt recht
streeks van God en zal eenmaal terug
keren tot zijn oorsprong. Daarom zegt een
muslim bij het afscheid van een gestorvene
ook: Inna lillahi wa ilaihu radji'un; d.i. wij
zijn uit God en tot Hem keren wij terug,
of: bij Hem komen wij tenslotte weer uit.
De uiteindelijke positie van de ziel is af
hankelijk van de wijze waarop de mens
de hem verleende vrijheid gedurende zijn
aards verblijf heeft gebruikt of misbruikt.
Goed leven wil dus zeggen zijn vrijheid
goed gebruiken: zijn leven zo inrichten,
dat dit een waardig leven wordt.
De Islaam leert, dat God de mens er reeds
van de vroegste tijden af op heeft gewezen
hoe te leven om dit tot een waardig leven
te maken. Hij deed dit door het zenden
van boodschappers. De boodschap die zij
hadden over te brengen, ontvingen zij zelf
door openbaring. Aan alle volken is op ver
schillende tijden zo'n boodschap verkon
digd. Bij sommige volken is de boodschap
verloren gegaan. Bij andere brachten latere
generaties zulke veranderingen aan, dat de
oorspronkelijke bedoeling van Gods bood
schap onherkenbaar was geworden. Vele
boodschappers, ook Profeten genoemd,
worden in de Qor'aan vermeld. In Hfst. 4
163, 164 lezen wij: "Wij hebben geopen
baard aan u, zoals Wij geopenbaard heb
ben aan Noeh (Noach) en de profeten na
hem; en Wij hebben geopenbaard aan Ibra
him (Abraham) en Isma'il en Ishaaq (Izak)
en Ja-qoeb (Jacob) en de stamvaders en
'Isa (Jezus) en Ajjoeb (Job) en Joenoes
(Jonas) en Haroen (Aaron) en Soelaiman
(Salomo) en Wij hebben Dawoed (David)
een Schriftuur (de Psalmen) gegeven".
De belangrijkste boodschappers voor een
muslim zijn Abraham, Mozes, Jezus en als
laatste Muhammad. Hoe ziet een muslim nu
in grote trekken de inhoud van de door
hen gebrachte boodschappen?
Het is Abraham geweest, die voor het eerst
tegenover de astrale eredienst van zijn
Zo lang Nederland bestaat, hebben Nederlanders de Zeven Zeeën bevaren om VRIENDEN te zoeken
onder verre volken. En ze te vinden vaak over gekruiste zwaarden of verleidelijke geldbuidels heen.
Zij hebben andere talen leren spreken, vreemde spijzen leren waarderen, "heidense" gebruiken leren
doorzien en waarderen, en vreemde geloven omhelsd.
Dit is de kant van het Hollandse leven waar Tong Tong van getuigt. Het is ons dus een vreugde
en een eer één van die Hollandse "avonturiers" tot onze vaste medewerkers te mogen rekenen, evenals
het hém een vreugde en een eer was in het verre Pakistaanse dorpje Kach'ha, 30 mijl van Lahore,
als een vriend en broeder ingehaald te worden.
Mellema, een Fries, vér van het "heitelan", die lessen geeft in het Javaans aan Javaanse leerlingen
in Djokja, en bidt in het Arabisch met vrienden in Pakistan. Hoe is zoiets bestaanbaar in verzuild
huiselijk Holland! En toch heeft het altijd bestaan, bestaat NU en zal blijven bestaan. Daarvan getuigt
Tong Tong op zijn eigen manier.
vader de leer van de Enige God heeft ge
steld en sindsdien is deze ware godsken
nis nooit meer verloren gegaan. Na hem
bracht Mozes dezelfde boodschap opnieuw,
ditmaal uitsluitend aan de Joden en hij gaf
hun de goddelijke richtlijnen om naar te
leven (De "Tien Geboden"). In de loop
der eeuwen hebben de Joden de openba
ring niet zuiver weten te houden. Vele pro
feten hebben hiertegen gewaarschuwd en
tenslotte is het Jezus geweest, die trachtte
de afgedwaalde schapen tot de kudde terug
te brengen. Jezus boodschap was in wezen
een correctie op de Mozaische Wet, zoals
die zich onder het gezag van de Schrift
geleerden had ontwikkeld. Pas na het in
grijpen van Paulus, die zich van de Joden
afwendde en zich tot de "heidenen" dat
zijn de Romeinen en Grieken, wendde, is
het Christendom na de afschaffing van de
Mozaische Wet zich als een universele re
ligie gaan aankondigen. De Christelijke
Kerk verviel echter na enige eeuwen in
één onvergeeflijke fout: men vergoddelijk
te de brenger van de heilboodschap en
begon hem te aanbidden hoewel hij, even
als alle vroegere profeten, een mens was
geweest, zij het dan ook een mens, uitver
koren om de boodschap over te brengen.
Andere misbruiken slopen in, ook al waren
deze met de beste bedoelingen in het leven
geroepen, zoals monnikendom en wereld
verzaking. De Islaam leert, dat men alleen
in de samenleving met anderen kan bewij
zen wie men is. Godsdienst en maatschap
pij raakten hun onderling verband kwijt en
kwamen meer en meer los van elkaar te
staan. Beide groepen van "Schriftbezitters",
zowel de Joden als de Christenen hadden
dus deel aan de waarheid, maar beide
waren op bepaalde vitale punten op dwaal
wegen geraakt. Gods genade is echter zo
groot, dat Hij andermaal een boodschapper
zond, om nogmaals de waarheid onder de
mensen te brengen: de waarheid aangaan
de God, en de waarheid aangaande mens
hoe deze in de wereld heeft te handelen
tegenover zijn Schepper en tegenover zijn
medemens. Die laatste boodschapper was
Mohammad, die zich in zijn boodschap van
het begin af gericht heeft tot de gehele
mensheid, niet met de bedoeling een nieu
we godsdienst te stichten, maar om de
mensen terug te brengen van hun dwaal
wegen, van hun afgoden aanbidding en
tot de erkenning te doen komen van de
Enige God, de Almachtige Schepper.
Daarbij heeft Mohammad de mensheid een
zeer bijzondere, nieuwe boodschap ge
bracht, waarover een volgende keer iets
zal worden verteld.
Vindt U Tong Tong vernieuwd en
verbeterd van vorm en inhoud?
Denkt U dat sommige van Uw
vrienden, die eens voor Tong Tong
bedankten, met deze her-orientering
zó ingenomen zouden zijn dat ze
zich opnieuw zouden willen abonne
ren?
Zoudt U ons dan een kaartje wil
len toesturen met de adressen van
deze vrienden, zodat wij hen dit
nummer gratis kunnen toezenden ter
hernieuwde kennismaking?
En zoudt U dan, als U ze tóch om
privé redenen een brief schrijft, ons
blad willen aanbevelen of althans
hun opinie willen horen, waarom het
desondanks "neen" blijft?
Wij stellen veel prijs op Uw hulp,
maar ook op Uw voorlichting. Tjalie
sendiri madjoe, tida bisa. Met U
samen, bisa! Ons blad MOET blijven
leven! Reik ons de hand. RED.
5