Pater Ver geest Dominee Hamel Groet uit Indonesië DIT ALLES HEEFT MIJN LEVEN VERRIJKT Mannen, maak er een knal-reunie van. Hoofdschotel: "Weet je nog oudpje?" Maar: netjes blijven hoorl "The Roaring Father" van Burma-Siam, is geestelijk 100% van de partij. Jullie zijn nette lui, om me 500 woorden toe te delen, per slot is dat mijn stiel niet waar? Alleen hoop ik, dat de eindredactie even dit proza aan een deugdelijke correc tie onderwerpt. Laat me niet in mijn tjawatje staan, we zijn niet meer aan de railway!! Jaal "Hoe het verder afliep?" Sportsclub-Djakarta-Makassar, met uit schieters naar Ambon, Hollandia, Menado, Bandjarmasin, Surabaja, Djakartal Neem je de bocht?! Kleding: grijsgroen veldtenue. Garut II. En "Wimpie Wellfare" naast je met Hollandse Moonriders en Schiedammer Mekong tegen de malaria. 1950: einde van de Voorstellingl We hebben tent en materiaal verkocht! De artiesten hebben zich over de wereld ver spreid, om daar hun acrobatentoeren te demonstreren en zijn voor een groot ge deelte heel aardig op hun pootjes terecht gekomen. Enkelen zijn driftig hun pensioen gaan genieten, anderen doken in een net burgerpakkie in Nederland, om zich daar een toekomst op te bouwen!! Voor mij werd het: "terug naar mijn penaten", i.e. de missie van Sumatra, met als standplaats Bukit Tinggi (Fort de Koek) als "gemeen" pastoor. "Vrienden" meenden: "Dat zal je niet mee vallen vadertje", en je moet ook beslist even wennen, om de enige Hollander ter plaatse te zijn. Daarna 'afgezakt" naar Sibolga, met als surprise de opstand onder Kolonel Simbolon. Chinees vuurwerk op Tjap Go Meh, is er kinderspel bij. Twee, driemaal van bezetter veranderd, maar met de schrik vrijgekomen!I 1958-1959 En welbesteed verlof, prettige contacten vernieuwd; alleen: een jaar is tekort. Op de terugweg plan om een be zoek te brengen aan Siam. Had een visum voor twee weken. Op het program stonden: Kanchana Buri, Nakom Patom en de stad Bangkok, maar mijn "toelating" in Indonesië kwam in het gedrang. Ik moest me haasten om de Irian Barat-troubles nog mee te maken, dus dat bezoek aan de erevelden van onze achtergebleven makkers ging niet doorll Na "ommekomst" werd het Tandjung Balai aan de kroeng Asahan, hetzelfde slootje, als de Sumatra-partij maar al te goed zich herinnert bij Porsea. In die tijd werden de rijen van Nederlanders op de ondernemin gen en in de handel erg uitgedund. "Wij" konden doorwerken en hebben haast geen last ondervonden. Maar per slot heb je een Nederlands paspoort! Lengte: 1.75 Mtr, Haar: grijswit. Bijzondere kentekenen: gene. (Voor wie me niet kennen! vanzelfl). En nu terug tot 1968, waarin we een grote jasme hopen te beleven. We gaan door met rustig ademhalen. Anderhalf jaar geleden stokte dat even, tijdens de staatsgreep van Aidit c.s. We stonden allen "en bloc" en velen van ons "met name" op het lijstje van "ongewenste elementen'. Maar het pakte voor hen fout uit, ofschoon het volgens onze smaak wel wat "ruw spel" was. Heb geen territoriale eisen meer, of het moest zijn: nog een keer in mijn leven te gaan naar Burma/Siam en daar te bidden op de graven van onze achtergebleven kamera den, die deze reünie niet mee kunnen ma ken en die wij weten in betere gebiedsde len. Hoop dat ze dezer dagen via pers of radio nog even in herinnering worden ge bracht. Dat was toch onze belofte toen wij daar weggingen! Veel liefs uit Indonesië en saluutjes aan allen, van Leeuwarden tot Mistreeg. Aan allen, wier namen onuitwis baar staan gekerfd in de bast van ons hart. We gaan nog even door met "Geestelijke snuisterijen uit te delen", willen nog niet bij de "zere-benen-compagnie zolang het "effe kan". Arigato gosarimasl PASTOOR VERGEEST Binnenkort komen en kele honderden ex- krijgsgevangenen te Scheveningen bijeen. Dat wordt een ontmoe ting om nooit te ver geten, want allen die daar bijeenkomen heb ben de periode der in ternering meegemaakt. De mannen denken dan terug aan meerdere kampen waar zij gedu rende de jaren 1942/45 zaten een tijd van zware beproeving. Een beproeving in een veelvoud van vorm: ar beid waar men nooit aan had gedacht, zich niet toe in staat achtte, werd verricht. Een Jap met een knuppel in zijn hand herinnerde ons er voortdurend aan, dat wij niet "vrij" waren. Doodvermoeid keerde men terug naar het werkkamp waar men in de slechtst denkbare barakken een plaatsje vond om het vermoeide lichaam neer te vleien, een potje te koken met behulp van gezochte wilde planten óf "wat ook", als 't maar eetbaar was en het toe te voegen aan het door de Jappen verstrekte voedselrantsoen (muffe rijst en soms bonen). Een tijd van beproeving, want niet alleen de vermoeien de arbeid, doch óók de zorg die velen zich maakten over hun verliefden, hield hen voortdurend bezig. In diè tijd leerden velen te bidden. Geen "gepreveld" gebedje, maar éérlijke taal, een roepen tot God, die immers alles over heerst. Door dat simpele bidden ontdekten velen dat "afstand" erdoor doorbroken wordt; en hoewel zij de geliefden niet za gen, zij zich toch als "heel dichtbij hen" voelden. Velen bezweken in die kampen. Hun laat ste wensen, hun groeten, hun gebeden J. Carel Hamel werden ons toevertrouwd, om die over te brengen aan hun geliefden bij een mogelijk weerzien. Jarenlang ben ik bezig geweest deze nabestaanden te ontmoeten en hen te troos ten en te sterken in hun Godsvertrouwen. Jaren zijn sindsdien verstreken, het groepje overlevenden wordt steeds kleiner en het was een goede gedachte van de heren A. Heyn en H. K. Engel om zoveel mogelijk van deze overlevenden weer bijeen te brengen voor een hernieuwde ontmoe ting. Ik hoop er ook te zijn! U ook? Tot ziens dan! J. CAREL HAMEL 8

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1967 | | pagina 8