van tijd en ruimte brieven van tijd en ruimtebrieven van tijd BOEREN Radio BOLLAND Uw artikel in Tong Tong van 15 april "Boe ren" is mij uit het hart gegrepen. Ook ik stam uit een boerengeslacht; bracht mijn jonge jaren in een boerendorp door, speelde met de boerenjongens op de deel, of in het los hoes waar mensen en dieren in één ruimte gezellig bijeen woonden, heb de strijd van de boeren in het einde der vorige eeuw tegen armoede en ontbering van dichtbij meegemaakt, ze bij duizenden met hun scha mele bagage als emigranten naar de U.S.A. zien vertrekken, en tenslotte het enthousiasme in het hele land medebeleefd, toen Koningin Wilhelmina het aandurfde om de "Gelder land" naar Zuid-Afrika te sturen en zo Presi dent Kruger de schande te besparen in handen van de Engelsen te vallen. En ik heb 20 jaar lang door de Oost gezwor ven van Sabang tot N.Guinea, en van dichtbij meegemaakt, hoe de Indische Tani met nooit aflatende ijver over de hele archipel zijn werk zaamheden verrichtte. En ik constateer in deze tijd een stijgend contrast in de werklust van een groot deel van ons volk in vergelijking tot de tijden in het eind der vorige en begin dezer eeuw. U herinnert zich ongetwijfeld dat enkele maanden geleden in verband met tewerkstel ling van werklozen bij wegen- en dijkenbouw, geweldige protesten werden aangeheven tegen het werken met schop en kruiwagen, en uit drukkingen als "mensonterend" en "menson waardig" werk waren niet van de lucht, de kranten stonden er vol van. (Natuurlijk keur ik ook af, dat werk, dat vlugger met machines kan worden gedaan, niet met de hand moet gebeuren, al ware het al leen maar omdat het strijdig is met een goed begrip van "Efficiency" maar uitdrukkingen als "mensonterend" i.v.b. met werk met de schop, noem ik mensonwaardig! Ik roep hier in de herinnering terug, dat Ne derlandse boeren in de laatste eeuwen, met schop en kruiwagen, onze polders, de Scher mer, Beemster, Warmer en zelfs de Haarlem mermeer hebben ingedijkt, drooggelegd en in cultuur gebracht. Zonder dat werk van die boeren zou het hele westelijk deel van Nederland waarschijnlijk tot in de buurt van Utrecht onder het water van de zee staan. En verder dat diezelfde boeren tegen het eind der vorige eeuw, toen er hier geen droog brood te verdienen viel, met duizenden naar de U.S.A. emigreerden, en daar, ook met schop en kruiwagen het mach tige Empire van de U.S.A. bouwden. POEKOEL TROES E. J. MULLER Op mijn artikel over Boeren I en II hebben wij ongedacht veel commentaar ge had en verreweg méér bijval dan critiek. Die ene critische brief "stelde vast" dat deze tijd van mechanisatie een einde had gemaakt aan de primitieve boer" en deze ook ingepast zou zijn in de "reeks van arbeidsprocédées voor algemene consump tievoorziening" (samen met b.v. de produ centen van textiel, zeep, knopen, schoeisel, etc. etc.). Na lang in Amerika gewoond te hebben moet ik toegeven dat het moderne boeren bedrijf daarop lijkt. Wie daér de boer in monteurs-overall met diverse ingewikkelde machines over zijn akker ziet rijden, waar mee hij ploegt, bemest, egt, zaait, wiedt, oogst, verpakt; wie de enorme garages ziet i.pl.v. stallen, met monteurs i.pl.v. ploegers en dorsers, denkt dat inderdaad de moder ne boer eigenlijk een machine-arbeider is. Maar die doorvoelt toch eigenlijk erg weinig van het fundamentele boer-zijn, het leven met aarde en natuur, het geluk van die wonderlijke maatschappij van mens dier plant, die bestaan heeft sinds Kain en Abel. Zo zijn ook vissers en jagers "een ander soort mensen", die leven in een harmonisch evenwicht met de natuur, die zelfs houden van "de strijd met de stugge aarde", de ontberingen van de zee, de beproevingen van woeste jachtterreinen. Daartegenover staat de urbane mens, die volslagen critiek- loos en harteloos "massaproductie en slacht" heeft van vee, dat vetgemest, ge kist, "gehormoniseerd" en aan gruwelijke lopende banden gekeeld wordt zonder ein de. En dan laag neerziet op boertjes en botte vissers en wrede jagers...Achter de politiek schuilen afschuwelijke aantastingen van menselijke waardigheid en natuurlijk evenwicht. Zelfs bij mij, schrijftafel-idioot, ervaar ik iets van een onvervangbaar geluk als ik wroeten mag in aarde, als ik jonge kiempjes zie ontluiken, als ik vruchten plukken mag van zelfgeplante bomen en struiken. Maar dan begrijp ik hoe honderden millioenen anderen op de wereld dit veel sterker moe ten voelen dan ik. Voor wie het een habi tus geworden is, een levensbestemming. Ik kan geen vreugde voelen om de moderne Amerikaanse en Russische staat, waarin de kleine zelfstandige boer is uitgeroeid en boerderijen voedselfabrieken geworden zijn. Wie aandachtig historische en moderne werken leest over de verhoudingen in de wereld tussen welvaartsstaten en welvaarts- idealen, ziet curieuze verschillen in aard, filosofie en bestaansdeterminering, die vre de en oorlog veroorzaken. Modern: Als we onderzoeken welke percentages van het volk in b.v. het Midden Oosten agrarisch, industrieel of anderszins (b.v. mercenair) actief zijn, vinden we in V.N.- rapporten: Egypte Israël Turkije Agrarisch 50,6% 15,3% 81 Industrieel 8,4% 22,2% 9,5% Andere 41,0% 62,5% 9,5% Hiermede hangt nauw samen de "opeen hoping in steden" (urbanisatie): Urbaan 31 76,4% 28,5% De mechanische mens (de veelgeroemde "homo faber") laat zich gemakkelijker bij- eendrijven in stenen hokken dan de boer, die zoals ik in Indonesië, Mexico, Ma rokko gezien heb liever arm buiten leeft dan "behoed van de wieg tot het graf" in de stenen stad. Historisch: Wie de geschiedenis van b.v. Indonesië ver genoeg doorsnuffelt ontdekt een merk waardig patroon in conflicten. Die merkt b.v. dat er alle eeuwen door min of meer scherpe wrijvingen zijn geweest tussen het uitgesproken agrarische Java en de meer mercenaire Malaysiërs en Chinezen. Een van de opvallendste conflicten is o.m. de grote botsing geweest op het eind van de 13de eeuw tussen de eerste Javaanse em pire-builder Kertanegara en het eveneens agrarische Tjampa ("Achter-lndië") contra de mercenaire volken van Malayoe en Chi na. In welk laatste land de wereldvermaarde Kublai Khan de scepter zwaaide. De ont knoping was fantastisch: de Javaanse Ar mada onder leiding van Kebo Anabrang, die noordwaarts "stoomde" om Melayu te veroveren "miste in alle standen" de Ar mada van de "Tatars" die op hetzelfde tijdstip naar Java voer... Op dat tijdstip ook viel Kertanegara ten offer aan een samenzwering en hadden de enorme Chine se legers "vrij spel" in een door onderlinge verdeeldheid gespleten Java waar Widjaja van Madjapait, Wiraradja van Madoera en Djaja Katong van Kediri tegenover elkaar stonden...of te juister tijd mét elkaar? In elk geval vielen de verenigde Javaanse troepen de verenigde Javaanse troepen de Chinese legioenen aan die zoals dat in het Engels heet "utterly routed" werden. En ook nu: conflicten van Indonesië met Malaysia en China... Er zijn andere sleutels tot een dieper inzicht in de problemen van het huidige Indonesië dan het kijkraampje van de Hol landse politiek... Achter het "verzet" van de Hollandse boeren zit dezelfde tragiek als van de Urkse en Harderwijkse vissers, die maar knopenmakers moesten worden. En tot op zekere hoogte ook dezelfde ellende als van de Indischgasten die maar moesten ver geten en assimieren en ook mechanische mens, Peek Kloppenburgpakjesdrager en Bataschoentjes-sjouwer moest worden. So- cialesteun-vee en stemvee. Daarnaast werkt de voedselproductie vaak zo slecht dat tonnen bloemkool, komkommers, enz. enz. "doorgedraaid" moeten worden, terwijl de groentenprijzen omhooggeperst blijven. We moeten minder urbaan en minder arrogant denken en praten over boertjes, ze een zekere medezeggingschap geven in het leiden van de welvaart van de staat, (zie volg. pag.) Wegens enorm succes opnieuw in Uw be langstelling aanbevolen de nieuwe L.P. In donesia met o.a.: Nasib tambangan, kront jong air Laut, Djiko untuang, Stambul djom- pang, etc. f 17,50. Een nieuwe originele krontjong gezongen door Miss MARIATI, fant.l slechts 11,90. Bezoekt onze stand op de Pasar Malam, wij hebben daar 'n spec. L.P. PASAR MALAM. Stationsweg 1 43 - tel. 0 70-60 17 03 Stationsweg 77 - 070-6015 12 DEN HAAG 9

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1967 | | pagina 9