„BRANI MATI GALAK" EN EEN BLAD DAT IN DEZE GEEST LEEFT "Goede zet, zeg, dat artikel over Olivierl Brani mati galak deze, wah sehl doet me denken aan het portret van Darlang... Ik heb werkelijk genoten van dat stuk. Twee maal gelezen. Een vent uit één stuk. Komt tegenwoordig niet meer voor, Tjalie... Van Raalten, Terneuzen Verreweg de meeste lezers realiseren het niet zo, maar stukken als over Olivier en reacties als van v. Raalten zijn de quin- essence van Tong Tong. Het herdenken van onze "djago's" van toen en het nog steeds aanwezig zijn van lezers die ze begrijpen, dat méékt Tong Tong. Pas als we zulke feiten tegenover elkaar stellen als de wereldreis van Sir Chiches- ter of de branie tocht van "onze" Hans Maurenbrecher - en aan de andere kant die veelbewierookte provobooten in Hol land, die netjes aan de kant blijven liggen "veilig van de wieg tot het graf", wordt het conflikt duidelijk. Ah, de "progressieven" met hun namaak avonturier baarden en a- vonturierskleding, maar veilig thuis en met maryuana - wat een verschil met de woud lopers van Zuid-Sumatra of de Iban Da- ssyaks in Borneo die mijn jachtgenoten wa- renl Déér kon men een lint of een bloem in het haar dragen omdat de manlijkheid van zuiver karaat er alleen maar door ge- ëpateerd werd. Hier zóveel gebrek aan manlijkheid dat men zich vermommen moet als man.... wat een wereld! Door 70% van onze lezers en 100% van onze niet-lezers wordt Tong Tong niet be grepen. Denkt men aan een conflict over maatschappelijke assimilatie of over "de Indo uithangen" of over "eeuwig ruzie ma ken", terwijl er op zijn hoogst alleen spra ke is van: respect voor de vergeten en zel den gekende zuivere Indo, die een pracht- mens was en een prachtbouwer van het oude Indië. Neen, niet de stadsblaaskaak of namaak-Parijzenaar, maar de vent die ver buiten in de oedik wegen aanlegde met een handvol werkkrachten, woonde in een hok van gegolfd plaatijzer met een moentji. die alleen maar volkstalen sprak omdat er nooit een Europeaan kwam (behalve af en toe een nuffige a.r.), maar die straten en brug gen in uitstekende staat hield en in zijn vrije tijd met zijn Mauser de dessa's vre dig en welvarend hielp te zijn. Njo's die posthuiscommandant waren in de verste oeloe. Kalm, degelijk, onvermoeid en onop vallend voor een "salaris" waar eeuwig jankende arbeiders in Europa geen hand voor uit de mouwen zouden willen steken... en een levensfilosofie en een karakter bouwden zonder weerga... DE WARE PIO NIERS. Kijk - en dat steekt blijkbaar. Dat een volksgroep waar men het al eeuwen over eens was dat die minderwaardig was - zó zelfs dat elk levensteken in die groep min achtend kon worden afgedaan als "minder waardigheidsgevoel" - dat alleen de Indo's die het best konden imiteren en assimileren voor "vol" (of liever: alttijd bijna vol!) kon den worden aangezien, dat die volksgroep, die (smalend) Indo of "minder nog" Sinjo genoemde Adik door Tong Tong kalm ver dedigd wordt, terwijl de "fatsoenlijke ver dienstelijken" niet geprezen worden. Het steekt dat er ergens een blad is dat niet meedoet met de algemene pluimstrij kerij (waar de echte Hollander zélf al ziek van is) en niet meedoet met het valse en lege gezeur over Beethoven en Bach, maar durft te zeggen: IK houd van Belloni en Goh Dumas. Die in het grote koor van dierenbeschermers (en meteen op-etersl) rustig zegt: "en ik houd van jagen", die in het gezwijmel over de Franse tafel nuchter zegt: geef mij maar tahoe- telor Kediri; die niet meedoet aan het algemene "épater Ie bourgeois" en déarom versleten wordt voor pro-kleine boeng. Het heeft er NIETS mee te maken! Er is veel geroddeld over Tjalie (die het evenmin als Olivier tot iets gebracht heeft - al kan ik niet in zijn schoenen staan!) - en de lezers van Tong Tong die ook wel minnetjes zijn moeten. Maar geen van de "kritikers" heeft de moed kunnen op brengen om één dag te neuzen in onze re gisters, want dan zou men gedwongen zijn een sembah te maken, Eén ding is duidelijk bij het doorlezen van onze registers: dit is een ander soort mensen Bij Tong Tong is nóch het tjap te vinden van het Haegje, noch van Pipo-de- Clown-Nederland. Geen enkele maatstaf gaat hier op, behalve die van het mens zijn, eerlijk, kalm, onverstoord maar volwaardig. Zeur niet over de "grote groep van een half millioen Nederlanders": kwaliteit wordt niet bepaald door aantallen. Kom niet aan met registers van staat van dienst of met salarisschalen. Kijk naar wat deze lezers groep in Nederland heeft gedaan! Een zelfstandig en onafhankelijk tijd schrift gesticht, Een uitgeverij gesticht, Een handelmaatschappij gesticht, Een onafhankelijke leeskring gesticht, Een Pasar Malam gesticht, En meer nog waarover wij voorhands nog niet spreken. Boekan Boeng! Boekan sombong ni! Dit is alleen maar "aftellen op de vingers". En als U dat doet, kijk dan naar wat mijn heer de kritikus in deze jaren heeft gepres teerd. Dan hoeft er niet meer gekatjauwd te worden ook. We hebben dit gedaan zonder ooit onze huid te verkopen. Aan geen enkele politieke partij, aan geen religieuze overmacht, aan geen rijk concern, aan geen subsidiever- strekkende staat, aan geen raciale of semi- raciale groep. We hebben Totoks en Indo's, Nederlanders en Indonesiërs in onze gele deren, Friezen en Chinezen, Christenen en Mohamedanen en Boeddisten en "god- delozen", Duitsers en Joden. En wij bijten elkaar niet en nooit. We hebben allemaal onze centjes opgedokt voor de duurder wordende abonnementen van dit blad tot zelfs de armste AOW-er toe zonder morren. En wie "rijk" was, gaf ongevraagd en vaak zonder om te zien ruime extra's. Bij Tong Tong is niet het kruideniersvingertje dat be nauwd een dubbeltje afschuift en meteen de andere hand ophoudt voor een gulden. Hier zijn nog steeds de kóntjo's van toen froeher... heb je ze ooit gekend? Nee? OORDEEL DAN NOOIT! In Tong Tong wordt hormat gebracht aan mensen als Linschoten en Coen, aan Bèr Ledeboer en Teun Ottolander, aan Van der Tuuk en von Stein Callenfels, en aan Junghuhn, aan Bosscha en Dézentjé, aan du Perron en aan Berretty, aan Douwes Dekker en aan nóg een Douwes Dekker, aan militiematroos Karsten die geexecu- teerd werd met een uitdaging op zijn lippen en aan luitenant v.d. Veen die liever dan te capituleren per prauw de Indische oceaan overstak naar Madagascar., lust u nog peul tjes? Merkt u dat hiervoor de maatstaven van braaf Den Haag te klein zijn? Van vei lig en fantsoenlijk Holland? Zelfs al zou je ze rare sinjeurs willen noemen, vergeet niet dat het SINJEURS waren, meneer. Niet meneer, Meneer, maar Sinjeur, meneer! Signor. Heer! Dus komt in Tong Tong een Olivier "uit de verf". En zo'n kleurloze onbekende In do, die ergens in de koesoet-koesoet rond dwaalde in khaki en met een Winchester op zijn nek... Ja, een gek blad, dat Tong Tong. "But we love it, boys we love it as nothing else in this smooth smooth smooth and dead world..." T.R. KOKKIE Kokkie heeft haar hele leven in de dapoer doorgebracht, JVaar zij niets dan eten koken sajoer, rijst en sambal dacht. Zo luiden de eerste regels van een lang gedicht waarin, als ik me niet vergis kok- kie's sirihpruim aan het dwalen ging. Een abonnee, mevr. Hooghoudt zoekt al jaren naar het volledige gedicht, wie zou haar kunnen helpen? Stuurt U het naar Redactie Tong Tong? Hartelijk dank bij voorbaat! TONG TONG TEGELS ZIJN ER WEER! De bestellers en bestel- sters hebben hopelijk hun tegeltjes reeds in goede orde ontvangen, we hebben extra ons best gedaan op stevige verpakking. Voor nieuwe bestelling: giro aan Tong Tong 6685, met vermelding "tegel". Prijs per stuk f 4,20 (incl. porto). 2 stuks 8,20 3 st. 12,30. en als U er badkamer of keuken mee wilt betegelen dan geven we U een speciale prijsl 18

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1967 | | pagina 18