Fietsrennen in Indië van 30 oktober 1967 in handen en tot verrassing voorband met een nijdig gesis leeg. De 2e prijs, twee stel binnen- en buitenbanden, uiteraard grote maten, kwam dus zeer van pas. Nu werd de club P.R.M.V. Prean- ger Rijwiel en Motor Vereniging op gericht en behalve dus rijwielrennen werden op het raceterrein voor paar den Tegalaga ook zeer spannende motorrennen georganiseerd, met zulke kleurrijke figuren als Gerrit de Raad, Helant Muller, Rous en Meeuwenoord, Helbach en anderen. Ik was nu verloren en dacht alleen maar in fietstermen en was op de wegtours afwisselend 2e, 3e of 4e, steeds met mijn rheumatisch hijgende Fongers, nu zelf opgeverfd en op nieu we banden, totdat Van Galen, mis schien het niet prettig vindende dat in de hogere regionen een renner met 'n gewone fiets ronddwaalde, hetgeen voor de standing van de club niet goed was, mij een echte racefiets, een Cho- bert, in bruikleen gaf. Uit dankbaarheid won ik de eerst volgende wedstrijd een 100 km. race, waarin de hele Goenoeng Misigit was opgenomen. Raes was hierin 2e en dat hij, sterke, onvermoeibare, verloor, kwam doordat ik me in de eindspurt even liet afzakken, waardoor hij niet meer oplette en te laat in de gaten had dat ik vlak achter hem explodeerde in een ,,alles-uit" eindspurt. Sorry, Eddy, waar je ook bent, ik Aangepord door een foto in Tong- Tong van 30 okt. j.l., waar ik alleen de latere mastodont in de rensport Eddy Raes herkende, wil ik een poging doen om iets van Indië's fietssport uit de vergetelheid te halen. Fietsracen werd in Indië, speciaal in de periode die ik nu voornamelijk ga beschrijven intensief beoefend. Er waren drie perioden. De eerste, met Berlaut, Brunsveld, Wim v. d. Putten, good old v. Beekom, Harms en Raes, stierf een zachte dood na de eerste Batavia-Bandoengrace die door Berlaut werd gewonnen. Ik was toen nog maar een hansjopje dus weet ik over dit tijdperk niet veel te vertellen. In 1926 meen ik werden de heren Landau, Breedveld en Van Galen door nieuwe inspiratie geprikkeld. Er moesten in Bandoeng weer ren nen komen. Van Galen, eigenaar van de fietsenwaroeng Sneep, loofde prij zen uithij moest tenslotte de ver koop van zijn sportfietsen stimuleren! De animo zat er onmiddellijk in en de rijke jongens gebr. Burki, Max van der Poel, e.a. reden al gauw met hun blinkende ,,Francaise Diamant", Alcyon etc. de arme burgerjongens de ogen uit te steken. Wel ik bleef door die sporttoestan- den niet onberoerd, was toen 18 jaar, en had met mijn solide, stevige, maar massief zware Fongers vele bergtocht- jes gemaakt. Ik liet me inschrijven voor een 45 km. race naar Oedjoeng Broeng v.v., gestimuleerd door het gulle geschenk van een gebogen stuur dat ik op mijn bezadigde Fongers monteerde. Velen kwamen aan de start en splits ten zich direct in 3 groepen, n.l. la chende en spottende cracks uit de vo rige wielertijd, de geldadel met modern gereedschap en de grote massa plebs met geïmproviseerde ijzerwarenwinkels compleet met duozitjes, bagagedra gers, achteruitkijkspiegels, en bij die groep stond ik me te schamen. Direct na het startsein werd er door de met echt materiaal uitgeruste wie- Iers een rotvaart ingezet in een se rieuze poging om Jan Rap en maat kwijt te raken. Ik wist, hoewel de eerste 10 km. in een coma, hoe dan ook er bij te blijven en voelde in het heuvelterrein me zelfs bijkomen. Het optimisme dat ik tot het eind bij de kopgroep zou kunnen blijven, begon in mij te groeien en toen in Bandoeng het tempo scherp werd op gevoerd, kon ik er waarachtig nog 'n schepje bovenop gooien, tot opeens ik voor mij nog alleen Max v. d. Poel zag, die ik ook al begon in te halen. Maar opeens was alles voorbij en was ik op mijn eerste race no. 2 aan gekomen. Terwijl ik me stond te verbazen en vele gelukwensers met mij, liep mijn had nooit van je kunnen winnen als ik niet mijn hoofd had gebruikt. Toko Sneep voer er natuurlijk wel bij en de rennen werden door het uit vallen van de museumstukken heel wat geruislozer. Niet alleen in Bandoeng, maar ook in Midden-Java - Semarang en Djokja, Oost-Java, Soerabaja en Malang, met een wielerbaan werd enthousiast ge reden en fietsen gekocht. Het bleef niet uit, we werden uitgenodigd, om mee te doen aan een 300 km race, Soerabaja - Grissee - Bodjonegoro, te gen zulke rijders als Ondang (Sema rang), Peters, zich om onbekende re denen noemende ,,Daricarière", Den Turk en vele andere sterke kerels uit Soerabaja. Uit ons arsenaal konden we putten uit de hard rijdende en knokkende Burki's, de stugge doordouwer Raes, de snelle echter niet serieus trainende v. d. Putten en ik, die nog op school ging. Daar Raes en ik in de afgelopen maanden veel hadden gewonnen en door armoe in de verenigingskas wer den wij alleen voor de training aange wezen. Maar nu kwamen pas de problemen. Raes werkte en moest dus zich vrij zien te maken voor de race. Ik zelf functioneerde op de H.B.S. uitgesproken middelmatig, zonder eni ge, door cijfers aangeduide, speciale interesses. Mijn vader, die een „gebalde vuist opvoeding" prefereerde, boven die van zag ik op blz. 17 een foto staan van een groep "wielrenners" Op Uw vraag "Wie kan er meer van deze foto vertellen" wil ik U gaarne van dienst zijn, schrijft E. B. Raes. Deze foto genomen in 1923 door Wim van Damme (eertijds een all round sportsman, o.a. voetballer, tennisser, watersportbeoefenaar, deelnemer aan diverse autobetrouwbaarheidsritten en stelt voor de 5 eerst binnengekomen deelnemers aan een wielerwegwedstrijd Bandoeng- Tjitjalenka vice-versa 60 km. De wielrenners op de foto van links naar rechts zijn: van Beekom (later bekend als voetbal scheidsrechter), Brunsvelt van Huiten, Tan Kiat Beng, Karei Ligtvoet en Eddie Raes (de later bekende wielrenner) Deze wedstrijd werd door de laatste gewonnen, getuige wel de klappertak op zijn zadel, bij gebrek aan een lauwertak. Ie Prijs was een klokje. 6

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1968 | | pagina 6