"QÉj
MIEREN
8
J. G. YSSEL DE SCHEPPER
ALLE VERZEKERINGEN
Leven in Indië was óók Leven met Mieren. En weet U wat nou zo gek is? In
AL onze jaargangen van Tong-Tong hebben wij geen één verhaal of anecdote
of ervaring gevonden, waarin lezers vertellen over mieren in hun leven. Alleen
dat ene mopje konden we vinden: van het kindje in de tuin dat opeens onge
durig doet en baboe roept verschikt: „Semoet! Semoet!" En de (baroe) Holland
se njonja roept: ,,Ze moet niet. Ze is net geweest!"
Maar laten we hier eerst Tante Bet riëteit, die eeuwig onze etenskasten
(zo is haar schuilnaam) aan 't woord
met twee ervaringen. Dan weet U wat
we zoeken en komen er ook vast her
inneringen van U op de proppen.
Te ke-nès (ijdel).
Wij waren gelogeerd op de suiker
onderneming PETAROEKAN. Op een
dag zouden wij, mijn persoon en twee
vriendinnen foto's maken. Elegant ge
kleed gingen we op stap. Ver hoefden
wij gelukkig niet te gaan, want het park
dat aan de fabriek hoorde bood unieke
gelegenheid. Prachtige felkleurige dub
bele Canna's, Bougainville, Olean
ders stonden er in de zon te pralen.
Pergolas overgroeid met uitbundige
bloeiende witte en rode bruidstranen
en sterk geurende Clematis, alles
scheen ons te noden. De ene shot na
de andere werd door mij genomen.
Nu was de beurt aan mij om te pose
ren. Deze moest beslist iets heel
aparts zijn. Ik ging weer tegen de Cle
matis staan, nam een prachtige tak
vol bloemen in mijn hand, lovely smile
ontbrak niet, net als er afgedrukt zou
worden, tjekiet! tjekiet! adoeh se
moet rang-rang overal! Als een haas
ik er vandoor op huis aan. Thuis ge
komen riep ik „help, help", waarop
een der jongere meisjes uit het gezin,
naar me toesnelde. Met vereende
kracht werd elke semoet rang-rang 'n
kopje kleiner gemaakt. Toen ik daarna
naar buiten kwam verspreidde ik een
sterke kajapoetih lucht. De venijnig
heid van die soort mieren is mij sinds
dien bijgebleven.
TANTE BET.
Over kajapoetih gesproken.
Veel, veel later, werd een van mijn
honden door semoet rang-rang geatta
queerd. Het beest zat er van kop tot
staart vol mee en was bijkans dol van
pijn. Door ervaring in het verleden
wist ik te handelen. Ik nam kajapoetih,
mengde dit met kokos-olie en wreef
er mijn hond helemaal mee in. Ik had
succes. Niet lang daarna lieten de
mieren door bedwelming los. Ja, waar
voor kajapoetih in die tijd niet goed
was. Het had bijna in alle huisapothe
ken plaats nommor satoe.
TANTE BET.
O, o, die rangrangs. ALLE jongens
in de vrije natuur in Indië hebben daar
hun ervaringen mee gehad. Hoe me
nige hoopvolle klimtocht in een rijk
volgehangen vruchtboom is daar op
gestrand. Hoe menig zalig picknickje
is er in paniek door uiteen gebarsten!
Ai, en dan die heel kleine semoet-
api!
En die veel kleiner, onschuldiger va-
belaagde - en daar waren geen mie
renkommen onder de kastpoten tegen
bestand! - en dan b.v. in het brood
kroop. Als je dan zo'n zalig kadetje
uit de kast griste (die ouwerwetse,
bleke dubbele „billetjes" weetunog?),
en er meteen je tanden in zette, dan
had je ineens zo'n nameloos vieze zu-
rig-zoete smaak in je mond - oeah! -
en zat je een half uur lang die miertjes
uit je kadetje te kloppen!
En dan hebben we vast nog heel
wat meegemaakt met rajaps.
Ach kom, pieker nog eens goed en
laat al onze lezers mee lachen - of
huilen!
Leven in Indië was leven in huis met
allerlei soorten insecten: de wanhoop
van elke „Baroe": walang-sangits en
djangkrieks en kakkerlakken en mag
joost weten wat voor ongedierte nog
meer. En de tjitjaks en de tokehs!
Lezers uit de buitengewesten zullen
zich beslist nog wel de enorme kevers
herinneren die 's avonds op de petro-
maxlampen aan kwamen snorren en
soms met het geweld van een mitrail
leurkogel in de huiskamer „explodeer
den".
En weet u waar u ook maar heel zel
den over geschreven hebt? Over slan
gen in huis! O nee, niet altijd over
reuzenslangen en oelar santja's en
over oeler welangs, maar over allerlei
soorten slangen die opeens in huis ge
signaleerd werden en dan de nodige
hilariteit veroorzaakten. Ajo, vertel op,
adik-adik-koe!
In heel mijn leven in Indië ben ik al
leen maar éénmaal door een tawon-
ndas ge-samber wat je noemt. Tawon
bij en Ndas hoofd. Dat waren
vrij kleine bijen (of wespen?) die het
altijd op je hoofd gemunt hadden, als
een straaljager kwamen aangesnord
ergens vandaan, en dan ging 't eerst:
„Tok!" één honderdste seconde en
dan: „Ngiong-ngiong-ngiong!" uren
lang met verschrikkelijk snijdende pijn,
dat je gewoon stond te tandakken als
een krankzinnige Petroek, terwijl de
tranen je over de wangen liepen. Wie
in een hele zwerm tawon ndas kwam,
overleefde het niet meer, is mij ge
zegd. Ik weet niet of het waar is.
Kortom: wie vertelt ons korte, anec-
dotische ervaringen met „klein onge
dierte" uit Indië? Schrijf op!
In het volgende nummer hebben we
alvast een stukje van „Boong Bart-
man".
„CORRUPT"
Ik las in een internationaal weekblad het
artikel van een engelse columnist en essay
ist Levin, die het volgende uitte over Viet
nam en alles wat daarmede samenhangt.
Levin beschreef het volgende: Het was vrij
dag, een normale rustige werkdag op mijn
bureau in Londen. Het was rustig winter
weer, we liepen onze routine-werkzaam
heden af, en aan het einde van de werk
dag zat ik met kennissen op een overdekt
terras te genieten van een goede dronk
en keken naar de vrijdagavonddrukte.
Thuis was ik aan mijn weekendhobbies be
zig, 's avonds genoot ik een gezellig avond
maal met mijn vrouw. Daarna bezochten
we het theater en besloten de avond lui
sterend naar een orkest in een exclusief
restaurant. En plotseling schoot het door
mijn hoofd, dat terwijl wij hier genoten van
alle goede gaven van het leven, er jongens
lagen te sterven in Khe-sahn, Con-thien, in
Viet-nam. En een gevoel van trots en dank
baarheid doorgloeide mij, dat, doordat daar
jongens bereid waren te sterven in een
vreemd, vijandig land, onder de meest er
barmelijke omstandigheden, zij ons hier in
staat stelden van het leven te genieten. En
mijn volle medeleven en waardering ging
naar hen uit. Tot zover Levin.
En nu kom ik aan het woord: Als de heer
Levin toch zo heerlijk gesteld is op dit ge
zellig leventje, met zijn vrouw uit te gaan,
heerlijk te genieten en te sollen, en dat zij
dit God zij dank mogen doen doordat an
dere bloedjes van jongens zich kapot laten
schieten, dan is de Dankbaarheid van Le
vin corrupt!
Het volle besef van de afschuwelijke ellen
de in Viet-nam plus het genot van alle goe
de gaven van het leven hier, kunnen samen
onmogelijk „trots en dankbaarheid" ople
veren. Dan moet er iets reddeloos corrupt
zijn
Wally.
DOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOi
u
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
Alg. Ass. bedrijf „Argo"
Kantoor en woonhuis Corn, de Witt-
laan 83, Den Haag, Telef. 55 71 72
5ÖOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOO(
In verband met de voorbereidin
gen van de Pasar Malam zal
onze Toko in mei en juni op elke
zaterdag GESLOTEN ZIJN.
Door de week open van 9 uur
v.m. tot 4 uur n.m.
9