Scheepje in de haven
De lezer heeft er geen idee van hoe vaak wij in gesprekken of brieven moeten
aanhoren dat met "het verlies van de "kloppartij" van Hier en Gunder Tong
Tong één van zijn spannendste attracties kwijt is" en dat op zo'n manier een
nuttig opvoedingselement verloren gaat".
Ons antwoord op deze argumenten de reeds bestelde electrische rijstko-
is dat we er doodgewoon tjapeh van
zijn en dat dit sóórt copy niet alleen
eindeloos is, maar eindeloos naargees
tig en ten leste meer kwaad doet dan
goed. Het is bovendien helemaal niet
typisch Indisch", want het verschijn
sel doet zich overal voor. Sommigen
menen: in Nederland méér dan waar
ook.
Dichtte een van Nederlands groot
ste dichters, Marsman, in zijn "Polder
land" niet:
"O, dertigstromenland,
bet volk dat U bewoont
versombert in krakelen,
die geld en God verdelen
purper en doornenkroon."
En als dus de zo aangeprezen assi-
milatie óók met zich mee zou brengen
dat long long nóg meer "verkrakeeit
dan dit werk reeds is. doen wij dan
met 'n twistende Van Hier en Gunder"
ons Indische Karakter juist geen scna-
de?
De lezer kan er namelijk van op aan
dat het nog steeds wemelt van onaan
gename en valse critiek op ons werk.
Dat de bron van twist en nijd nog lang
niet opgedroogd is. Dat dit soort men
sen met een verbazingwekkende fris
heid en onvermoeidheid steeds weer
wat nieuws vindt om te katjauwen.
En dat deze "wolven nog steeds schuil
gaan in lieve lamshuiden" en "opko
men voor recht en eerlijkheid". Voor
waar, eigenlijk een grootsheid van
geest die groter werkterreinen verdient
dan deze kleine Tong Tong. Het merk
waardige is alleen:
1. dat de fouten en gebreken die men
zo gemakkelijk in de eigen groep waar
neemt en veroordeelt, alle in vaak
veel grotere mate in de hele maat
schappij bestaan, maar daar niet wor
den onderkend en zeker niet aangeval
len, "sebab koerang brani",
2. dat zulke kwaadsprekers nog altijd
zo'n wijd en lijdzaam gehoor hebben.
De Indischman heeft een schijnbaar
ongelimiteerd vermogen om kwade
praat aan te horen.
Dit schijnt niet te veranderen.
Het is niet alleen onder Indischgas-
ten zo. Het is OVERAL zo. Het is een
"BESCHAVINGS-ZIEKTE". Het is het
beeld van 22 voetballers en 100.000
beurtelings juichende en scheldende
toeschouwers. Verbeeld je dat die
voetballers gingen terugschelden! Dan
was er ook geen voetbal meer, im
mers? Wat er op de tribunes ook ge
beurt, SPEEL DOOR
We kunnen een paar voorbeelden
noemen uit een heel pak:
A. Een lezer belt ons op en zegt dat
ker van Philips toch maar liever niet
genomen wordt omdat 'n kennis heeft
verteld dat volgens een uitspraak van
de Technische Raad "of zoiets" de
rijstkokers ondeugdelijk en zelfs le
vensgevaarlijk zijn. Tong Tong moet
zulke dingen niet doen... We doen via
de Consumentengids navraag bij de
betrokken instantie en bellen zelfs
Philips op, maar natuurlijk is er niets
van waar. Ook via tientallen Philips-
dealers worden de rijstkokers heel
normaal verkocht. Achteraf schaam je
je eigenlijk voor dit wantrouwen. Maar
U weet ook wel: intussen gaat het ge
klets toch wel door en we verkopen
minder. Ziet U: punt 1 (zie boven) pre
cies hetzelfde wat bij anderen geac
cepteerd wordt, is bij óns fout. Hierop
"Van Hier en GunderenHelpt dat
wat?
B. Er zijn mensen die beweren dat
Tjalie voor zijn reis naar Indonesië (in
1965) het zo opofferend bijeen ge
bracht geld door zijn lezers misbruikt
heeft door het bezoek aan Indonesië
te bekorten om van dat geld 'n snoep
reisje om de wereld te maken, leder
ander zou een retourtje genomen heb
ben...
Maar nu: wat kost een retourtje? Ik
zat destijds in Los Angeles en moest
(om zakelijke redenen) over Holland
naar Indonesië toe. Dure reis. Daar
een retourtje van zou gewoon onbe
taalbaar geweest zijn. De goedkoopste
reis was inderdaad "om de wereld".
Een waarheid die massa's zakenlieden
en touristen al lang kennen, omdat ze
inderdaad in "wereldomspannende" af
standen kunnen denken en niet alleen
in afstanden van Amsterdam-Medem-
blik v.v. Elke flinke vent kan bij elk
reisbureau deze waarheid ontdekken.
Maar men roddelt liever.
Tweede punt: in Indonesië logeerde
ik bij ontelbare vrienden GRATIS. Ik
heb nooit een cent hoeven uit te geven
voor welk hotel ook, voor geen pien-
tjoek rijst. Ik had daar jaren achtereen
kunnen logeren zonder dat het me een
cent gekost zou hebben. En iedere
goede Indischman WEET dat dit waar
heid is. Ik hoefde dus geen centjes
van het verblijf in Indonesië af te pak
ken om er een wereldreis mee te ma
ken.
Als ik dus plotseling deze reis af
gebroken heb, moeten er bijzonder
ernstige redenen geweest zijn om me
van dit onschatbare genoegen te be
roven. Redenen die ik niet aan ieders
neus kan hangen en zeker niet zwart
op wit heb willen zetten, maar die mijn
lezers zonder verdere navraag hebben
geaccepteerd (al heb ik aan vele goe
de vrienden die er apart met me over
KOK SENG A
Uit het boekje van de Indische ge
schiedenis van de Lagere School her
inneren velen onzer zich nog de naam
van de roemruchte Formosaanse zee
rover Coxinga (Kok Seng A) en het
drama van dominee Hambroek die te
rugkeerde naar een zekere dood, om
dat hij zijn erewoord gegeven had.
Maar van de boeiende geschiedenis
van de Nederlandse handel met de
Chinezen op Formosa weten wij verder
niets. Daarom zullen vele lezers wel
geinteresseerd zijn in Jef Last's "Strijd,
Handel en Zeeroverij", De Hollandse
Tijd op Formosa. Geïllustreerd, 120
pag. f 7,50.
Wie ook maar de hemelen bestudeert
met een telescoop en geen God vindt,
hij zou de menselijke geest niet ge
vonden hebben wanneer hij de her
senen met een microscoop had onder
zocht. George Santayana
Wij moeten van het verleden de vuren
nemen en niet de as ervan.
Jean Juares
gesproken hebben wél veel uit de
doeken heb gedaan; aan vrienden,
mind you!). Maar het gekke is, dat
juist de mensen die géén abonnee zijn
en géén cent ergens voor over hebben
gehad, deze verdachtmakingen uitspre
ken. Vindt U dat niet absurd? En moe
ten we daar dan in Van Hier en Gunder
op ingaan? Het hoort niet in Tong 'l ong
thuis!
C. Elk jaar weer met de Pasar Ma-
lam zijn er weer "meebouwers" die
vinden dat er van de organisatie niets
klopt, dat diverse tarieven veel te hoog
zijn, dat er met twee maten gemeten
wordt, dat we schatrijk worden enz.
enz. Gelukkig zijn Rogier en Ellen (die
de Pasar Malam practisch geheel al
leen opbouwen en leiden) in de school
van Tong Tong opgegroeid, dat wil dus
zeggen: ze hebben met ons blad "aan
de weg getimmerd" en doen het met
de Pasar Malam ook létterlijk! Dus zijn
ze aan stekeligheden gewend geraakt
en poekoelen teroes.
Het merkwaardige is dat de zelden
gehoorde lof vaak van een volkomen
onverwachte kant komt. Reporters b.v.
die Indië nooit zagen, Indische proble
men niet kennen en van Tong Tong
nauwlijks gehoord hebben, staan bij
een interview verbaasd dat zulke jon
ge mensen (als Rogier en Ellen) met
zó weinig "jaarbeurservaring" en zon
der kapitaalkrachtige organisaties ach
ter zich zo'n onderneming elk jaar
maar weer aandurven. En ikzelf heb
meermalen van uitgevers van naam
moeten aanhoren dat het een wonder
is dat ik met zo weinig abonnees zo'n
tijdschrift op poten weet te houden.
Zie verder volg. pag.
4