OUDE BOMEN (III) Als ik tijd heb, lees ik vaak artikels, die mijn interesse hebben, voor een tweede keer over. Hoe dikwijls gebeurt het niet, dat je door drukte de krant, week- of maandbladen maar vluchtigjes doorneemt. En als je dan eens rustig zit, denk je: "Hè, dat stuk of dat blad ga ik nog eens overlezen, omdat er iets in staat, dat me getroffen heeft". En zo was het deze keer "Oude Bo men" in Tong Tong van 30 juni j.l. van mevr. X (ik denk tenminste dat het een mevrouw is, want zo schrijft een man niet, of ik zou me sterk vergissen). Een zin uit dit stuk deed me erg on aangenaam aan n.l.: Het is aan oude ren om lief te zijn voor de jongeren en niet omgekeerd. Het lijkt me zo on dankbaar om als jongere zijnde steeds liefde te moeten ontvangen, zonder wederliefde te geven. De schrijfster vindt zichzelf hard en moet dus diep in haar hart voelen, dat hier iets mis is, iets dat haar toch wel hindert bij het neerschrijven. Lieve mevr. X weest niet zo onvriendelijk in Uw voordeel. Probeer nog eens terug te kijken, naar al die lieve dingen, die U vroeger vast wel van Uw ouders mocht ondervin den, voordat U met ze in conflict kwam. Er zijn mensen die met 80 jaar nog jong zijn en anderen, die op die leeftijd oud en moe zijn. Dat ligt toch helemaal aan het leven, dat ze achter de rug hebben en aan hun aard? De een is vrolijk, de ander wat terugge trokken en stil. De een heeft het ge makkelijker gehad dan de ander, die misschien steeds in het hoekje zat, waar de slagen vielen. Staat er niet geschreven: Eert Uw vader en Uw moeder? Dit is een gebod, zonder enig voorbehoud! Hoe ze ook zijn, eert ze, heb ze lief. Laat ze zoals ze zijn, pro beer niet ze om te buigen, naar het model zoals U ze graag zou willen hebben. Het zijn Oude Bomen vergeet dat niet. En denk niet, dat Tjalie geen seconde tijd heeft om aan z'n oude dag te denken. Als ik zo z'n grijze kop zie, geloof ik zelfs, dat hij er vaker aan denkt dan U of ik, al zou het alleen maar zijn, omdat zijn Tong Tong nog steeds een zorgenkind is, dat met wan kele beentjes maar dapper voorwaarts gaat. Hij zou het echt ook wel kalmer- aan willen doen, maar wie zal zijn kind met zoveel ouderliefde leiden en be schermen? (Heb ik gelijk of niet Tjalie) E.T.-S. Het conflict tussen de ouderen en de jongeren is zo oud als de mensheid. We zullen er dus alle eeuwen mee leven. Begrip komt er tóch nooit. Hoe enorm veel boeken van wijsheid, bio grafieën, historische studies hebben voorgeslachten deze nieuwe generatie niet nagelaten. Onze bibliotheken pui len ervan uit. En toch gaan we elke generatie weer elkander met verkeer de daden, met haat en nijd en met oorlogen te lijf. Het is dus waar dat de ouderen de jongeren niets leren kunnen. Evenmin is het waar dat de jongeren het altijd weer beter weten en dus beter zullen doen. En alle jongeren worden oud. En terugziend op hun leven zullen zij we ten wat ze fout hebben gedaan en wat goed moet zijn. Maar dan zullen zij weer tegenover jongeren staan, die niet naar hun kunnen of willen luiste ren en dus weer... en zo gaat de levensmolen maar voort! Wat is leven? Hoewel het steeds verandert, blijft het hetzelfde. Wat ou de mensen moeten doen, is milder worden. En genoegen nemen met min der, steeds minder. En tóch gelukkig zijn. "Well...we try...!" T.R. HOE EEN MENS ZICHZELF TOT VIS KAN BOMBARDEREN In 1928 deed ik als KNIL-militair mijn intrede in het voormalige Ned. Indië, met als standplaats Tjimahi. Reeds in 1931 huwde ik en werd ons eerste kind geboren. We voelden ons bijzonder gelukkig en tevree, ondanks ons toen nog karige inkomen en hadden de beschikking over een 8e klas Gouvernements-wo- ninkje. Mijn linker en rechter huurlieden wa ren toevallig ook volbloed Nederlan ders, evenals ik gehuwd met een In donesische echtgenote. Het waren bijzonder lieve en prettige mensen. Echter, stond ik aan het be gin van een carrière, zo waren zij na genoeg pensioenrijp en dus beduidend ouder dan ondergetekende. De moeilijkheid daarnaast was, dat zij een stevig biertje dronken en ik daar niet zo van gediend was. Eén ding hadden we echter gemeen, n.l. de liefde voor de hengelsport en zo trokken we er gedrieën vaak al in de nacht van zaterdag op zondag op uit. Het beroemde visserslatijn zal U allen bekend zijn en zo werd er daags te voren dan ook veel aandacht besteed aan het juiste deeg en het wormen bakje. Geliefde plaatsen voor ons waren Situ- Lembang, het meer van Tjiberoei, als mede de vele balongs gelegen tussen en rondom Tjimahi en Bandung. Op zondagmiddag kwamen we dan uit Lembang thuis, niet alleen met kar per, maar ook met bloemkool, radijs enz. enz. waarmede onze fiets afge laden was. Alles voor weinig geld en wat waren we rijk. Gingen we echter naar één der vele balongs, zo was daar meestal ook wel een warong, waar niet alleen heerlijke petjil te koop was en nassi rames, doch tevens limonade en veel bier. Dit laatste vooral tot voldoening mij ner visvrienden. Immers, tot ongeveer 10 uur in de ochtend beet de vis meestal wel, doch naarmate het warmer werd, verdween hun aaslust en nam de dorst bij mijn metgezellen toe. Wel knapten zij door een heerlijk pittig rijsthapje aanvan kelijk wat op, doch het werd steeds warmer, de vissen steeds luier in het happen en derhalve ging 't bier steeds rijkelijker vloeien. Zo heb ik het enkele keren meege maakt, dat één mijner metgezellen er schoon genoeg van kreeg, te water sprong en riep: ZE BIJTEN NIET MEER, MEER SLA MIJ MAAR AAN JE HAAK- JE". Dat e.e.a. gepaard ging tot grote vreugde van het Indonesische publiek, behoef ik U nauwelijks te verhalen. De inspanningen welke ik mij moest ge troosten hen beiden met fiets en buit ongedeerd thuis te krijgen herinner ik mij niet zo precies meer, 'doch het lukte uiteindelijk immer. Of het nuttigen van veel alcoholische dranken nuttig en gewenst is, meen ik te moeten betwijfelen, doch wel weet ik dat het onvergetelijke dagen waren en dat vrijheid en blijheid in die dagen hoogtij vierden. L. J. Gotjé BRUINE BUS Saldo per 1 juli 4.553,85 Ingekomen in juli: A.K. 5,—; J.B. 9,—; S.B. 1,—; H.v.D. 2,50; A.d.L. 6,50; A.W. 6,—; H.deW. 10,F.E. 7,E.b.v.O. 2,50; M.J. 50,—; W.K. 1,50; H.V. 45,—; L.S. 5,—; L.V. 10,—; F.S. 1,30; J.W. 5,—; L.P. 10,—; A.C. 5,—; H.G. 25,—; M.M. 20,—; L.S. 1,50; L.M. 5,—; A.O. 10,—; G.L. 10,—; B.V. 3,60; H.d.W. 10,—; C.v.H. 35,—;J.B.B. 2,50; R.v.D. 2,50; G.J.v.D. 10,—; K.B. 7,—; M.v.d.B. 1 F.M. 2,—; P.M. 2,—; totaal 329,40. Saldo per 1 aug. '68 f 4.883,25 Ingekomen in augustus: H.v.d.M. 25,—; H.P. 13,—; T.G. 6,75; C.V. 20,Mevr. S. 2,Mevr. v.S. 10,J.v.D. 81,fam. v.D. 19,24; H.B. 15,—; M.M.deF. 5,—; E.B.v.O. 2,50; H.R. 10,—; P.C. 9,—; M.C. 11,—; L.K.V.H. 5,—; A.O. 5,—; S.C. 7,—; A.C. 5,—; M.K.v.H. 10,05; W.P.B. 10,—; C.M.B. 5,—; M.B. 10,—; H.K. K. 3,—; E.v.d.V.T. 1,—; J.B. 1,50; K.v. D. 2,50; W.H. 5,25; L.H. 5,—; J.L. 5,—; totaal 309,74. Saldo per 1 sept. '68 5,292,99 19

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1968 | | pagina 19