NOG PAS GISTEREN BIJ DE VOORPLAAT Van kindsbeen af ben ik veel ver huisd door heel Indië heen. En in mijn prilste jeugd heb ik vaak gewoond in een huis als op de voorplaat. Met "srampangan" gekapoerde muren, met een erf dat zo maar aarde was en niks meer. Geen rozentuinen of gazons of betegelde terrasjes. Zo maar een huis van half gedèk en half steen, half in, half buiten de stad, half Europeaan half "Inlander" zogezegd. Zulke huizen stonden in Betawie en Soerabaja, in Taroetoeng en Pamekasan ,in Sapa- roea en Balikdompèt (pardon, Balik- papan). Overal, overal, overal. Zulke huizen stonden er in de vori ge eeuw en in 1950 ook nog. Er heb ben eenvoudige boengs in gewoond, maar ook belangrijke Totoks, als je vér genoeg de oedik in ging. Gene- raalsdochters hebben er hun kinder jaren doorgebracht en jonge bestuurs ambtenaren, gentlemen en Si Patjoel, rijk en arm, cultureel en "biasa". Het hing er maar van af, waar en in welke tijd je ergens in onmetelijk Indië leefde. Als ik nu m'n jongste zoon vertel hoe zulke huizen eruit zagen en hoe ze gemeubileerd waren, kan hij me wel eens half ongelovig en betoel mee warig aankijken: "Hoe arm waren jul lie!" En natuurlijk protesteer ik dan. En terecht, want, weetje, vijftig tot honderd jaar geleden was "de hele wereld" arm. Dus was niemand arm! Als ik alleen maar vergelijk wat een Amsterdamse slagersknecht van nu al lemaal heeft in vergelijking met een Controleur-BB een halve eeuw terug, dan zie je het grote verschil niet alleen in het maandelijks inkomen, maar ook in het hele levenspatroon. Als ik b.v. zo'n achtergalerij-stoepje als op de voorplaat zie, denk ik er opeens aan dat ik wel eens met m n adiks en buurtjongetjes op zo'n stoep zat te fantaseren over wat we alzo zouden willen hebben als...als...nou ja, als je niet alleen miljoenair was, maar ook nog beschikte over een toverfee, want een massa's dingen die nu heel gewoon zijn, bestonden toen nog niet eens in de stoutste fantasieën. Ik her inner me nog goed dat in zo'n gesprek niet alleen de begeerlijkheid bespro ken werd van niet alleen zóveel geld te hebben dat je elke avond naar de bios coop kon, maar dat je thuis een eigen klein bioscoopje had om af te draaien. Om je èr-oo-té te lachen gewoonweg, zulke sprookjesfantasieën. Maar je lacht je nóg èr-oo-tèr als je opeens beseft dat een dikke halve eeuw later zelfs de idiootste sprook jes-fantasieën van toen de gewoonste en vervelendste (en nog méér onte vredenheid en ruzie veroorzakende) werkelijkheden geworden zijn van nu. Letterlijk ELKE vergelijking van van daag met driekwart eeuw terug is ge woon hilariteitverwekkend. B.v. de elektrische wasmachine van nu en het stukje saboen bèko in een oud salmon- blikje bij de put van toen. Het gendih- rek en de lampoe tèmplèk van toen en het stromend water op alle etages en het elektrische licht en alle elek trische apparaten van nu. Het weken lang reizen met gammele treintjes, sampans en tandoe's tóen (apalagi me vrouw al in de toestand! en geen dok toren of apotheken weken in de om trek!) en de luxe-treinen, autobussen en vilegtuigen van thans...o nee, ver gelijk maar niet. Zoals gezegd: je moet alleen maar lachen om zóveel primi tiviteit een mensenleeftijd terug en de betoel nog steeds onvoorstelbare luxe van nu! Wat je je af en toe ook realiseert is dat er door die "ouwetjes" van vroe ger fantastisch hard gewerkt en ge studeerd en uitgevonden is om de wereld van nu te maken. Toen de Sor- bonne nog een vér en haast onbereik baar ideaal was, terwijl de studenten van nu met de zwarte vlag van de anarchie diezelfde universiteit tegen de vlakte halen. O nee, o nee, dit is niet wéér een mopperverhaal van die ouwetjes over de ondankbare jeugd van nu, daarvoor hebben de ouderen onder ons deze gigantische groei van de moderne be schaving té intens doorgemaakt. Voor een jongmens van nu is "nog pas gis teren" óók al alle elektriciteit en vlieg tuigen en de TV. Voor ons is "Nog Pas Gisteren" het huis van de voor plaat. Met (vergeleken bij vandaag) zó enorm veel tekorten, dat je er boek delen vol mee zou kunnen schrijven. Tekorten, niet alleen in wooncomfort en stadsontwikkeling, maar ook in on telbare moeilijkheden, onzekerheden en pijnen en ziekten die min of meer voortdurend ons kleine gezin belaag den. En waar wij maar één uitweg uit wisten: hard werken en hard studeren om het onze kinderen wat gemakke lijker te maken. En dat déden we ook: eindeloos studeren, werken, uitvinden om gelukkiger en rijker kinderen te hebben. En door die gemeenschappe lijke "arbeid tot vervulling van wensen en dromen" ontstond gradueel de mo derne beschaving van thans. Terugblikkend op het huis van de voorplaat (ongeacht of alleen maar de snijvelder Tjoh erin woonde of een jonge Totok officier), en dan schouwend over alles wat bereikt werd in de wereld van thans, moet iedereen toch zeggen: "Boleh bilang tevreden!", ja toch? Maar vreemd, de ernstigen onder de ouderen zien ook de toenemende gevaren die ons leven bedreigen, zelfs na de "zelfmoorden" van twee wereldoorlogen, en de voort durende economische en politieke ge varen van thans. Ook zien zij dat de jeugd niet dankbaar is (niet dankbaar zijn kan) voor wat bereikt is. Ja zelfs willen vele jongeren (vooral onder de studenten) deze hele wereld maar lie ver afbreken, omdat het tóch een rot- wereld" is. En staan masale instortin gen misschien dichterbij dan wij ver moeden kunnen. Wat dan oudere mensen (van die voorplaat) zich af en toe afvragen is: "Als alles tóch kapot moet, als tóch niemand dankbaar ervoor is, waarop hebben wij dit allemaal dan gemaakt!" Waarvoor die ontzaglijke opofferingen van vroeger, waarvoor het lichamelijk en geestelijk lijden in zovele gezinnen! Het is voor niets geweest!... En als dus al dat gezwoeg en "op- geoffer" van vorige generaties niets heeft opgeleverd, wat voor zin heeft dan élk streven, elke ambitie van de generatie van vandaag? M.a.w. is elk cultureel streven van de mens waarde loos? Ik ben bij voorbaat bereid om tegen de opstandige jeugd te zeggen: "Jullie hebben gelijk, wat wij maakten is alle maal fout en beroerd geweest!", maar weet U, alles wat wij opbouwden de den wij te goeder trouw en met een niet klein te krijgen idealisme, dwars tegen duizend-en-één "kan-niets" in. Het was toch logisch dat een moeder, die haar kind ergens heel ver stroom- op de Indragiri kansloos zag sterven aan een onbekende ziekte, hoopte op (en meewerkte aan) knappere medi sche studie, aan knappere wegenbouw en efficiënter transport? Het was toch logisch dat mensen die veel leed za gen als een gevolg van "domheid en ongeletterdheid", hoopten op meer studiemogelijkheden, op meer belezen heid? lees verder pag. 3 ONAFH. IND. TIJDSCHR. 13e JAARG. No. 10 Pr. Mauritsl. 36, Den Haag - Telegramadres: Tong Tong DenHaag - Tel. 070-54.55.00/54.55.01 - Giro 6685 Uitgave: Publ. en Handel Mij Tong Tong N.V. Directie en Hoofdredactie: Tjalie Robinson. Verschijnt de 15de en 30ste van Iedere maand. Prijs per nummer f 0,90. Abt. Nederl.: kwart, f 4,50; halfj. f 9,— Jaar 18,—. Abt. Europa: jaar f 23,—. Abt. buitenl. (p. iaar en p. luchtp.): Australië en Nw. Zeeland f 63,Indonesië f 58,Z.-Afrika en Z.-Amerika f 48,Canada en V.S. f 39, Suriname en Antillen f 33,Abt. buitenl. (p. jaar en p. zeepost): voor alle landen f 28, ZOEKT OP BASIS VAN DE NUTTIGE ERVARIN GEN IN DE GORDEL VAN SMARAGD NIEUWE INTERESSEN IN NEDERLAND TE WEKKEN VOOR DE TROPENGORDEL. De directie behoudt zich het recht voor hen die schadelijk geacht worden voor het welzijn van Tong Tong als abonnee te weigeren of af te voeren. ALLE ABONNEMENTSGELDEN ZIJN BIJ VOORUITBETALING VERSCHULDIGD. ADVERTENTIES KUNNEN ZONDER OPGAAF VAN REDENEN GEWEIGERD WORDEN. 2

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1968 | | pagina 2