Een boeiend, levend Boek Drs. C.v. Heekerem'RODE ZON BOVEN BORNEO' BRANDENDE AARDE Massa's Indischgasten zullen in de loop der "gerepatrieerde jaren" in Hol land en na hun eerste leeshonger ruim schoots te hebben gestild, langzamer hand "bosen" geraakt zijn van de mo derne Europese literatuur. Het "mooi geschreven zijn", dat bij de beoorde ling van lectuur in Europa nog steeds een belangrijke rol speelt, maakt op de doorsnee Indischman weinig indruk. Hij wil "toelèn" hebben, verhalen waarvan vervolg van: "Bij de Voorplaat" ln feite is enorm veel beschavings- comfort van heden geboren uit het streven om menselijke tekorten en menselijk leed te bestrijden en te over winnen. Ik verwerp de algemene opinie dat alleen maar domme hebzucht de mens gedreven heeft tot hogere be schaafdheid. Honi soit qui mal y pense. Ik wéét en ik weet het uit ervaring, dat 80% van onze progressie veroor zaakt is uit begaanheid met het duis tere lot van velen, uit angst voor alle gevaren die onze kinderen bedreigden, ook uit de tarting van menige despe rate moeder, die in wanhoop uitriep: "Waarom moet dit kind, dat ik met liefde gewonnen hem en met pijn ge baard en groot gebracht heb, sterven?" En de vader, die door deze tarting ge troffen werd, dacht: "Ja, dit móet ver anderen. Dit móet beter worden! Het verlies van mijn kind is een aansporing voor mij om harder te werken, ijveriger te studeren, scherpzinniger uit te vin den, om andere kinderen te redden. En om de wanhoop van andere moe ders weg te nemen!" En hij deed het. Ach nee, niet letterlijk zo natuurlijk. Maar er is zeker een totaal-verlangen geweest van hele generaties om te werken aan de lotsverbetering van ko mende generaties. En wat uiteindelijk bereikt is, dat" IS ontzagwekkend. Als het after all tóch verkeerd uitgevallen is, sapa poenja salah?! Duizenden Indischgasten (vooral in de Tong Tong-kring) denken zo. Niet zuur of bitter of veroordelend, maar filosofisch en bezonken. Wij leven met die wonderlijke (en eeuwige) balans in ons bewustzijn tussen het huis van de voorplaat en de moderne flat van van daag. Tussen de plicht om iets te be reiken en de "straf" om het bereikt te hebben. Valt niet mee, ja, Ouwe Garde? Ik heb respect voor jullie (wat de wereld ook denken en zeggen mag) en als een eenvoudige desaman "ber- do'a selamat" ik voor jullie: bid voor de enige nobele zegen die er bestaat: de gemoedsrust en onafneembare vol doening van gewerkt en geleefd te hebben naar eer en geweten. Vaar nog lang well T.R. je weet dat ze echt gebeurd zijn. En puur en rauw opgediend als "lallap", niet doortrokken van bijgeurtjes en smaakjes van culturele of politieke aard. Hij heeft zelf onderscheidingsver mogen genoeg en het kan hem geen laars schelen of iemand van een socia listische of radicale of religieuze kant bekeken moet worden. Dat merkt men zelf wel, als men leest. Om James Bond geeft men geen lor, wél om b.v. de ervaringen van een patrouilleloper. En men maakt geen kabaal over helden of lafaards, maar men wil gewoon de mens proeven, die men dan zelft verlangt in te delen naar eigen smaak of inzicht. De schrijver houde zijn opinie voor zich. En als ver halen helemaal fictie zijn, hoe span nend of hoe schoon geschreven ook, geeft men er geen duit voor. Daarom zal "Rode zon boven Bor neo" van drs. C. van Heekeren, zeker met graagte gelezen worden. Want het is 1. een verhaal van een échte tra gische geschiedenis (de ondergang van de laatste Indische gevechtseen heid in Borneo bij de meedogenloze opmars van Japan), 2. het is samen gesteld uit koele rapporten en per soonlijke herinneringen en brieven. Nérgens is ook maar iets uit de duim gezogen. En waar er tegenstrijdige ge tuigenissen bestaan, zijn ze naast el kaar gesteld zonder enige voorkeur of suggestie van de schrijver. Denk zelf. Oordeel zelf. Punt. Juist daardoor is dit boek een stukje levende en aangrijpende literatuur ge worden, zonder geflikflooi of scheld partij, zonder waardeloos getheoreti seer, zonder "omong kosong". Het is after all ook een stuk van ons eigen leven, een brok ervaringen van per soonlijke kennissen of familieleden van ons. Wij kunnen proeven dat het echt is. En bij het lezen van al deze ware getuigenissen blijft er tijd genoeg over om te piekeren over b.v. hoeveel een cultuurmens eigenlijk waard is als je hem ineens vanuit een vredig en com fortabel leven plotseling tussen Japan ners en koppensnellers zet, tussen overlopers en verraders, en zeker ook tussen fantastische moedige mannen en vrouwen. Niet main-main zoals bij James Bond of Maigret, maar U en ik, en mijn buurvrouw in wat in de Euro pese literatuur "romantische omstan digheden" zijn, maar in dit boek naak te, rauwe werkelijkheid is, letterlijk "op leven en dood". Maar lees zelf, beste lezers. Het boek kost maar een tientje 10, en is méér waard dan massa's beju belde boeken van de dubbele waarde. Ik herinner me hem nog zo goed. Elke dinsdagmiddag kwam hij aange fietst, zette alijtd met een abrupt ge baar zijn fiets tegen de ballustrade van de voorgalerij. Aan de bons wisten we: dat is Ernst. Hij had pianoles bij mijn broer Lud, heel serieus, ook al waren ze even oud en goede vrienden: piano les was pianoles en er werd amper gesproken. Alleen af en toe daverde een staccato lach door de stilte van de voorkamer. Ernst vond het twee maal fout aanslaan van een noot, de meest lachwekkende gebeurtenis op de wereld, en de droge opmerking van Lud die een eindeloos geduld en hu mor bewaarde voor al zijn leerlingen, maakten die fouten gewoon tot een aangename onderbreking van de les. Ernst studeerde voor apotheker. Een verlegen, serieuze jongen met een plotselinge, klaterende lach, dat was alles wat ik als meisje van een jaar of 11 van Ernst wist. Niet lang daarna hielden de pianolessen op, Lud ging weg, Ernst ging weg, alles ging weg. Zo gaat dat altijd. Nog veel later hoor de ik dat Ernst naar Balikpapan was gegaan. "O ja? Als apotheker?" "Ja, natuurlijk, hij hield toch van dat werk?" Vijf en dertig jaar gaan voorbij, vre de en oorlog en vrede. Duizenden mensen raken vergeten, het leven gaat voort met nieuwe levens en nieuwe doden. En ineens krijg ik dit boek van Johan Fabricius in handen "Brandende aar de".. Een verslag over de vernieling, de evacuatie en de strijd op de olie velden in Indië tijdens de Japanse be zetting. Op zijn makkelijk te volgen verhaaltrant verwerkt Fabricius dit stukje documentatie met behulp van persoonlijke informaties, brieffragmen ten tot een boeiend hoewel diep tra gisch verhaal. Het verhaal van honder den mensen die in een gebied ver van Java hun werk deden. Ook toen het werk van opbouw afbraak moest wor den. Napraten heeft weinig zin, de fouten, zo die gemaakt werden, zijn niet meer te herstellen. Alles is herinnering ge worden en in een herinnering nemen personen en gebeurtenissen een vage, neutrale plaats in immers? Het is de betrekking tot die herinnering die telt. Dan zie ik op de laatste pagina van het boek namenlijsten. Zij die vielen op de olievelden. En dan springt in eens die ene naam naar voren: E. W. C. Camerik, ass. Apotheker, Balikpa pan. Ook Ernst! Ik hoor zijn klaterende lach, die ver keerd aangeslagen toon. Het is al zo lanq qeleden, een mensenleven. LILIAN "Brandende aardevan Johan Fabricius 4,incl. porto

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1968 | | pagina 3