M.V.D.W.O.A. Op de lagere school hebben we al lemaal al vroeg het ezelsbruggetje ge leerd: Mijnheer Van Dalen Wacht Op Antwoord, om de rekenbewerkingen te onthouden, Machtsverheffen, Verme nigvuldigen, Delen, Worteltrekken, Op tellen, Aftrekken. Dat ezelsbruggetje stond ook keurig in ons schoonschrijf- boekje. Op het laatste uur van de dag (als het al zo heet en loom was) kon den we dan twaalf malen onder mekaar deze schone en leerrijke zin neer schrijven. Weet je nog? En ik weet niet of het door dat laat ste, sufmakende uur kwam, waarbij je tegen wil en dank mijmerend zat te schrijven, maar op de een of andere manier heeft die regel me toentertijd erg verdrietig gemaakt. Zó, dat ik het nooit meer vergeten heb, ook al weet ik sinds lang dat het "onzin" is. Op de een of andere manier zag ik namelijk voor mijn jonge geestesoog die arme meneer Van Dalen wachten. Wachten maar. Eindeloos. Eeuwig. En er kwam nooit antwoord. De uren gin gen voorbij, de dagen, de maanden, de jaren. Het hele leven ging voorbij en alle levens nadien en mijnheer Van Dalen wachtte maar, wachtte maar. Hij was veroordeeld tot wachten zonder eind. Hij was "Het Wachten" zelf. Ik was pas ongeveer tien jaar toen en precies herinner ik me mijn stem ming natuurlijk niet meer. Maar het Idee had tóen al vaste vorm genomen en ik ben het nooit meer kwijtgeraakt. "It filled me with sadness then, and ever since". Raar, ja? Alleen nu, in Tong Tong, praat ik er weer over. Deels omdat ik me vooral in de laatste jaren steeds hinderlijker bewust ben van de ontelbare lezers die me eens of vaker schreven en die ik NOOIT teruggeschreven heb. Som mige brieven kunnen me wel eens weken of maanden "achtervolgen" met de dwingende vermaning: "Waarom schrijf je niet terug?" Maar in al die jaren weet ik ook dat door de meest onvoorziene en zich soms ophopende oorzaken ik niet tot schrijven kom. Aan de andere kant kan ik af en toe in "een bui van razernij" stapels brieven beantwoorden...om minstens net zo veel brieven terug te krijgen, die wéér op antwoord wachten. Al heel lang nu leg ik er mij bij neer: deze Meneren (of Mevrouwen) Van Dalen zijn ge doemd om te Wachten Op Antwoord. En geloof me: "This still fills me with sadness"... Ook al omdat ik in dit blad spreek met mensen die in hun lange en door vele tegenslagen en smarten getroffen leven ook in andere opzichten tever geefs hebben gewacht op een Ant woord. Van hun geboorteland Indone sië, van God, van een verloren vriend, van 'n weggeraakt geschrift, van 'n niet ingeloste schuld, van een onvervulde hoop...wie kan ze alle tellen, AL die antwoorden waar vruchteloos op ge wacht is, die als het ware de NIET- beantwoording ingebouwd in zich had den op het moment dat de vraag ge boren werd? Het is waar: het vergeefs wachten op antwoord is eeuwig deel van het menselijke leven. Het is waar wat een kleine Njoo bijna een halve eeuw ge leden zich opééns realiseerde op een saaie schoonschrijfles in een saaie on belangrijke school. Vast ben ik toen een seconde later wakker geschrok ken omdat Si Bengkok een tjeplekkan in mijn inktpot mikte en zeker bij de kloppartij om één uur. Kinderen leven zo haastig immers? En zo reëel! Maar dat neemt niet weg dat zij alle af en toe een moment van mijmering hebben, waarin zij schouder aan schouder met het Mysterie van Het Leven staan. Alsof God tussen de schoolbanken waart en je even aan raakt met een lichte vingertip en weer voortgeschreden is met een heel licht ruisen van Zijn gewaad. Zó echt, dat je zweren zou dat je het ruisen écht gehoord had... Nu sta ik schouder aan schouder met duizenden Meneren en Mevrou wen die Op Antwoord Wachten. We morren niet meer. Ook zijn we niet meer verdrietig. We weten dat dit im mers ons hele leven zo geweest is en alle andere levens zo zijn zal. Meer dan dat: dat "Het Onvervulde" het Leven MAAKT, omdat immers, als al les vervuld is, er niets meer is om voor te leven. Dus de dood intreedt. Intussen kunnen wij in vrede wach ten op vervulling of dromen van ver vulling. En zie eens aan: ook dat maakt ons leven toch nog vol. Mijnheer van Dalen hoeft geen zielepoot te zijn. Wat duurt het alleen lang (sinds je kinder jaren!) tot je dat dóór hebt! T.R. KAKEH BODOH Tot onze verbazing en vreugde kregen wij van ettelijke kanten (zodat elke twijfel nu uit gesloten is) bericht dat bovenstaand watervalletje (Kerstnummer pag. 17) INDERDAAD het z.g. OUDE Nymphenbad was. Dat er dus al was, lang voordat het nieuwe Nymphenbad (van pag. 16, Kerstnummer) verrees en dat verreweg de meeste Oosthoekers kennen. Zonder ooit geweten te hebben dat iets verder stroomop dit "oude" Nymphenbad bestond. Dit watervalletje heette overigens bij de Javanen uit die omgeving "Kakeh Bodoh". Die naam moet zelfs in een grote steen gebeiteld staan vlak bij die waterval, maar niemand kon ons zeggen van waar deze naam gekomen is. 9

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1969 | | pagina 9