ZWITSERSE »EN BELEEFDE HOE EEN DE TROi N.v. Azië Zwitserland Technisch Bureau HENNEMAN Maar toen ik laatst het een en ander voor Tong-Tong wilde neerschrijven, dacht ik, dat het voor de meeste lezers beslist niet interessant was; want dat hadden zij toch allen - op hun manier - ook gezien en beleefd. En „vervelende copy" heeft Tjalie Robinson zeker al meer dan genoeg in de prullemand moeten gooien, denk ik? Maar op eens schoot me te binnen, dat het voor mensen, die in Indië zijn geboren, misschien toch wel leuk was te horen, hoe een Zwitserse de tropen beleefde? 40 jaren zijn lang, en helaas is intussen veel in mijn oud geworden hersenen vervaagd. Maar de grote indruk, die dat land, zijn dieren en de tochten op ons maakten, herinner ik me nog heel goed. Wat voelden wij ons klein, net mieren, op de grond van de kraters van de Tangkoeban Prahoe, kijkend naar de sulfatoren en dampent Wat deden wij een moeite, om onze longen vol te pompen met lucht en dan - met het fototoestel - enige meters de berm op te rennen, om een bijzonder prach tig uitgekristalliseerd en grillig zwavel- geval op de film te krijgen, zonder erbij adem te halen! (Het was on geveer een jaar voordat het erge ongeluk met die 3 schooljongens ge beurde, die in een grot met zwavel dampen zijn gestikt.) Wij maakten gelukkig onze foto's in de open lucht. - En dan de tocht op deTjiremai! Op ruim 3000 m hoogte brachten wij de nacht door, in wollen dekens gerold, onder mij onbekende bomen met peulvruchten. Natuurlijk sliepen wij heel weinig, hadden het ook tamelijk koud, want de temperatuur was sterk gezakt na donker worden. Onze brave dragers hurkten bij een flink vuur, na dat zij de geesten van de kraters wat geofferd hadden. Het was een stilte, die je „hoorde", als ik het zo mag uitdrukken. Wij volgden met onze ogen, hoe de sterrebeelden verscho ven boven de boomtakjes. Op eens zei één van ons: „Het lijkt wel een reusachtige Kerstboom!" Dan viel er weer stilte. Totdat een jongeman, die kort geleden uit Holland was ge komen en die nooit iets van Gods dienst of Kerk wilde horen, uit het diepst van van zijn hart zei: „Of je het nu Gerrit of Jan of God noemter is toch iets!" De tropennacht met de hier boven bijzonder schitterende ster ren liet ons allen iets van de Grote Schepping en de kleine mens erin beseffen. Toen wij ruim 2 jaar op Java waren en mijn man gedetacheerd werd op Soerabaja, mocht ik enige dagen in een vacantie-verblijf van vrienden in Nongkodjadjar logeren. Van daaruit ging het, na heel weinig rijlessen, per paardjes naar de Bromo. Wij waren er heel vroeg boven, de bezoekers uit Tosari kwamen veel later. Zo zat ons kleine groepje heel alleen boven op de smalle rand van de krater, achter ons de steile helling met de ijzeren trap, de grote Zandzee, dan het ,,maap-"landschap van de Widódaren, rondom de reuzen kraterrand en vóór ons de steile trechter van de Bromo. Wat een machtige indrukken voor alle zinnen, ogen, oren, neus! Een rollend, donderend geluid steeg uit de diepte op als uit de onderwereld. De damp- zuil in het midden van de krater was bijna scherp in 3 „phasen" en kleuren verdeeld, of misschien in 3 toe standen: in het onderste gedeelte was de damp geheel kleurloos, in het twee de blauw-achtig, vermoedelijk door de vermenging met zuurstof, en in het bovenste derde was het een dikke, witte rookpluim, bijna als een wolk. Soms waaide deze tot bijna onze zit plaats, raakte ons echter nooit. Toch keken wij er met spanning naar. Het geheel was overweldigend. Alweer: wat gevoelde je je klein en nietig, en zo geheel niet meer gewichtig met al je zorgen en vreugden! - Op eens zag ik iets, wat lééfde: een witte vlinder midden in deze woestenij! Bijna niet te geloven! Hij zweefde enige meters onder ons, en wel binnen de krater- wand, maar gelukkig nooit zo ver, dat de dampen hem konden raken. Lang volgden onze ogen dit tengere leven tje, dat hierheen was verdwaald. En wij praatten nog even over de dieren offers, die vroeger hier aan de krater- geesten werden gebracht, en ik hoopte van harte, dat het niet waar was, dat heel vroeger ook mensenoffers ge bracht werden. - Twee minder leuke herinneringen aan de Bromo nam ik echter ook mee: mijn paardje kreeg „een gekke bui" in de Zandzee, ging er vandoor en gooide mij met een reuzensmak op de grond, gelukkig echter pas op de terugweg. Enige ge kneusde ribben, een paar weken flinke pijn en een voor goed kapot Zwitsers horloge waren de resultaten van deze heldendaad! Was U ook wel eens aan de Wijn koopsbaai? Wij hadden het grote voorrecht, om in een vacantie met een vriend uit de thee in de passanggrahan van Palaboean Ratoe enige dagen door te brengen, en wel gedurende de vollemaan-dagen. Overdag fijne wandelingen langs het strand, zoeken naar de bijzonder mooi gekleurde en gevormde schelpjes en koralen, en 's avonds tot heel laat zittend op de voorgalerij, waar wij niet genoeg kregen van het kijken naar de hel verlichte baai met de sterke golf van de branding, die midden in de baai gebroken werd door de onderzeese koraalbanken, en dan in 3 stukken gebroken tegen het strand gerold kwam. En het eigenaardige rollen en ruisen, dat ons nog achter de klamboe liet luisteren en dat beslist bij de her inneringen aan Palaboean Ratoe hoort! In Zwitserland had ik altijd op het vlakke land geleefd, hield veel van dieren en de natuur, en zo was het leven op Java voor mij iets overweldi gend moois en interressants. En al gauw kwamen honden, bango, kaka- toea, Kantjil enz. onder mijn .hoede, en de wekelijkse brieven aan mijn ouders in Zwitserland waren beslist vol enthousiaste berichten over al die beesten en beestjes. Thuis was ik ge wend geweest om rustig alles op te pakken, wat me interesseerde. Op Java leerde ik echter gauw, dat ik geen schorpioenen of slangen mocht vertrouwen, voordat de bedienden had den gezegd, dat het een „oeler madi" of ander ongevaarlijk dier was. Ik be wonderde de Javanen, hoe zij alle soorten kenden. Eens op een warme late middag opende ik de ramen in de achterkamer Handel Mij. Sinds 1916 SANITAIRE INSTALLATIES, TEVENS GASFITTERS ELECTRISCHE-, CENTRALE VERWARMINGS- EN specialisten in onderhoud en vernieuwingen van installaties in reeds bestaande huizen. Volledige garantie, prijs offerten. Atjehstraat 68-72 Den Haag Telefoon 55 03 00 (3 lijnen) Met plezier en groot genot lees ik altijd de Tong-Tong. Daardoor komen telkens weer herinneringen aan „tempo doeloe" in me op maar wat is het lang geleden, die prachtige tijd, die mijn man en ik als heel jong echtpaar op Java mochten doorbrengen! De „Gordel van Smaragd" heeft ons al gauw te pakken gehad, en het was een heel groot verdriet voor ons beiden, toen wij (begin van de malaise-tijd) na 7 jaar werden ontslagen. Van 1922 tot 1929 hebben wij „met open ogen en harten" toch enige fijne tochten op Java kunnen maken. Wat heb ik er een heerlijke herinneringen aan 13

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1969 | | pagina 13