Zomaar een aap? OAH Het enige dier dat ik ooit bezat, of neen ik bezat het niet eens. Oehtje woonde op mijn 'erf. Het was een Gibbon, dus een beschermd dier, dat men niet bezitten mag. Oehtje was daarom geheel vrij. Kon ik het echter helpen, dat ze bij voorkeur om mijn nek hing? Kon ik het helpen, dat de geringste toenadering tot een onbe haard vrouwelijk wezen haar vanuit de hoogste boomtop direct terugbracht naar mij? Onnodig te vertellen, dat Oehtje een gibbonwijfje of liever een gibbon-dame was. Welk een verantwoording om zo compleet een ziel te bezitten! Hoe pijnlijk was elke ochtend het afscheid, met kreten in allerlei nuances, die ik slechts langzamerhand leerde ver staan. Wie over de Poentjak rijdt kan de grijze gibbons (oah) in de bossen horen zingen, ver over "hillen en dil len", hoog en metaalachtig, soms ver twijfeld van klank. Zo'n ochtend- of avondlied, aanstekelijk hysterisch, komt soms voort uit gezelligheids- drang; dikwijls uit onderling opge zweepte, gemeenschappelijke angst een panter of een hond in de buurt. Op een boswandeling, met een hond bij me, werd ik eens een tijd lang ver gezeld in de hoogte door tegelijk ang stige en nieuwsgierige gibbons. Op mijn erf bracht Oehtje dit gegil slechts zelden voort. Eens toen ze een slang zag en een andermaal toen m'n moeka (plompe lori of spookdier) over het dak ging wandelen. Aangezien dit midden in de nacht geschiedde kwam de halve buurt kijken, wie ik aan het villen was. Er was een tijd, dat ik de signaal geluiden en kreetjes goed beheerste. Kort daarna werd ik in de Londense dierentuin voorgesteld aan een oah- wijfje, dat nooit zong. Ik probeerde al m'n geluidjes, waarop de dame me kennelijk als land- of rasgenoot erken de en terugkreunde. Toen ze "opge warmd" was, probeerde ik de lange, hoge eindgil en ze viel prompt in. Samen gilden we allerintiemst totdat de complete directie aangesneld kwam. Er waren heus Londenaars, die dach ten, dat dit nu Javaans was. Oehtje was niet alleen een aap-dame door persoonlijke eigenschappen. Ze was ook van hoge komaf van veel betere standing dan gewone Java- apen. In 't Engels kan je dat beter uitdrukken. Mensachtige apen heten daarin "ape" in tegenstelling tot een gewone "monkey". Een gibbon heeft ook geen staart en kan heel goed op twee benen lo pen. Het was heel grappig om Oehtje als een mens door de tuin te zien wan delen, met de lange armen balance rend. Niet dat ze in de bomen minder behendig zou zijn. Integendeel, er is niets eleganters dan een troep gib bons, die geweldige sprongen en zwaa ien maken en telkens even rechtop over de takken lopen. Gronddieren zijn het zeker niet. Gibbons zijn zachtzinnig en kuis. Apen zijn agressief en demonstreren alle mogelijke smerigheden. Alleen oude mannetjes-gibbons zon der wijfje worden aggressief. Nu snapt U ook waarom ik in de dierentuin zo graag een paar gibbons had. Een particulier, die ze bezit is schul dig, maar de dierentuin heeft officiële machtiging tot verkoop en vervoer. Er zijn zelfs gevallen, dat het beter is om zo'n dier in beslag te doen nemen, bijv. als handelaars leuren met een jong, waarvan de moeder geschoten is. Dat is de gewone vangmethode. Zo kwam ik ook aan Oehtje ei genlijk tegen m'n zin. Jaren lang heb ik geloofd dat Oehtje van zich zelf naar viooltjes geurde. Pas kort geleden vertelde een dame, die indertijd 200 meter verderop woon de, dat Oehtje elke ochtend, als de baas naar zijn werk was, bij haar op bezoek kwam aan de kaptafel en zich liet kammen en poederen. Nu heb ik ook een vermoeden, waar de tandpasta vandaan kwam, die ik af en toe thuis aantrof. Oehtje had er namelijk groot vermaak in om de dop van de tube af te draaien en dan lange wormen er uit te knijpen, die van de dakgoot vielen. Dat Oehtje in de damarbomen langs de Dagoweg klom en takken afbrak om ze naar honden te gooien, was niet gunstig voor de bomen. Haar twee "stambomen" zijn gelukkig weer her steld. Ook overigens heeft mijn reputatie wel eens geleden door Oehtje. Op sommige dagen had ze verliefde buien en ging ze om de nek van vreejmden hangen. Bovendien had juist een jonge moeder geklaagd, dat Oehtje bij de baby in de kinderwagen was gaan zit ten, de baby alsmaar geaaid had en pertinent wilde meerijden. Dus werd voor die dag de bewegingsvrijheid be perkt door middel van een ketting. Twee uur daarna werd ik door de djongos naar huis gehaald met de mededeling: "Oah soedah tangkap sa- toe njonja". Oehtje had de ketting netjes uit de sleutelring losgemaakt en was in een lage Filicium-boom geklom men. De meeslepende ketting was in de takken verward geraakt, zodat Oeh tje vast zat. Er bleef nog juist genoeg ketting over om zich te laten neervallen om de hals van een passerende dame. De ketting bleef boven vast en Oehtje hield de prooi omkneld. Toen ik aankwam stond de dame al een half uur onder de boom en moest ze een uur bij me uitrusten. Het erge was, dat boze tongen be weerden, dat ik Oehtje op dit spelletje gedresseerd had. Oah's houden is niet alleen onwet tig maar is ook in de stad ondoendijk voor een gewoon burger. Een zeer grote kooi is nodig of een zeer grote tuin zonder buren. Bovendien worden Oah's nooit zindelijk (een boomdier heeft niet zoals een roofdier de aan leg om aandacht te besteden aan pro ducten, die hem verraden kunnen). En tenslotte zijn ze veel te gevoelig voor longziekten en buikkwalen. Een glas melk maakt de buik soms al in de war en ook overigens is de voeding moeilijk. Probeer liever geen oah te houden. U zult daarna ook nooit meer aan een ruwe hond of egoistische kat wen nen. Prof. Dr. L. van der Pijl Kata tidak di-pegang-nya, Janji tidak di-tepat-nya. Zijn woord houdt hij niet en zijn be loften komt hij niet na. Hilang bini, boleh di-chari;hilang budi, badan chelaka. Een verloren vrouw kan teruggevonden worden, maar het verlies van karakter is onherstelbaar. 20

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1969 | | pagina 20