DE AARDE VERVUILT SNEL...
Je hebt meerdere snaren in mij doen trillen met je artikelen over "De zwij
gende Tong Tong" en "Wijsheid". Snaren van herinnering en van herkennen.
ik heb wel geleerd, niet direct tot uiting te brengen waar het hart vol van is,
en waar men gewoonlijk alleen over spreekt tot diegenen, die naar je luisteren
willen.
Als je iets neerschrijft, dan wordt het geschrevene ook gelezen door hen,
die het niet met je eens kunnen of willen zijn, en wordt het stuk-gecritiseerd
of niet doorgegeven.
Maar tóch moet ik, moeten wij allen, ons uiten. Omdat ik voel, dat het de
hoogste tijd is, meer speciaal in die beide landen, waar wij het meest voor
voelen: Nederland en Indonesië.
Het weekblad "TIME" wijdde hei
belangrijkste artikel van het nummei
van 2 februari aan wat reeds vele jaren
een ernstige zorg is van elk welden
kend mens: de toenemende vervuiling
van onze planeet. De enorme en stpedi
toenemende) industrialisatie van onze
beschaving verontreinigt de lucht, ver
giftigt het water, vernietigt millioenen
micro-organismen en richt direct of in
direct verschrikkelijke slachtingen en
verwoestingen aan in de biosfeer. Hoe
dicht is het einde van de wereld nabij
We weten het niet.
Periodieke artikelen in de pers wor
den door de massds nauwlijks gelezen,
althans spoedig vergeten. Wie erover
spreekt wordt als "pessimist" aan kant
gezet. Worden wij nooit ouder en wij
zer? Ook in onze lezerskring zijn er
echter genoeg die wakker zijn. Assi
milatie integratie) in het Europese
leven eist ook Europese waakzaamheid
In dit artikel een waakzame Tong
Tong-er aan het woord.
En wel, omdat die beide, (voor In
donesië in het bijzonder Java) zo
angstwekkend dicht bevolkt zijn gewor
den. Naar mijn idee: véél te dicht be
volkt. Als ik afga op de vele tekenen
aan de wand, die men uit de bericht
geving lezen kan. Ik heb geprobeerd
om een waarschuwende stem te laten
horen. Vermoedelijk omdat ik geen
"oplossing", geen "weg uit de perike
len" aanwijzen kon, heeft men volstaan,
mij een overdreven pessimist te noe
men. Maar ik hou hart en hoofd vast,
als men nonchalantweg spreekt en
schrijft over de tijd, dat er (weldra)
20 miljoen Nederlanders in Nederland
zullen wonen.
Dat is volgens mij biologisch, psy
chologisch en zelfs technologisch een
onmogelijke toestand.
Zoals gezegd, liggen Nederland en
Indonesië ons zeer na aan het hart.
Dat hart doet ons zo vaak, zo veel
meer pijn van al de problemen, die je
leest. Is het niet over de universiteiten
en hogescholen, dan is het over de
jeugd dat men zich het hoofd breekt,
of over woonruimte of drinkwater, over
het langzaam verzinken van Nederland,
over het verdwijnen van onze vogels,
ons wild, onze natuur, over de stilte
die men tevergeefs zoekt.
Europoort is een twistappel gewor
den (Drs. Geyer in Elseviers Weekblad
26 juli 1969: De Rijnmond is onleef
baar), in plaats van een groots project,
waarop we zo graag trots zouden wil
len zijn.
Begrijpt men dan niet, dat al zulke
problemen geleidelijk aan steeds meer
onoplosbaar zullen worden, omdat zij
voortvloeien uit het feit, dat we gewoon
met veel te veel Nederlanders op een
te klein plekje grond samengedrongen
zijn?
Hoe zouden wij als Nederlanders in
staat geacht worden, om ooit Java weer
leefbaar te helpen maken? Java, waar
de bossen op de berghellingen plaats
gemaakt hebben voor ladangs van de
toenemende bevolking. En waar onver
mijdelijk in de regentijd overstromingen
in de vlakte moeten volgen, evenals
watertekort in de droge tijd. Zouden wij
hier als oplossing eveneens het tover
woord "industrialisatie" gebruiken en
toepassen? Ik noem het een vals to
verwoord, en ik sta heus niet alleen.
Lees er maar eens de N.R.C. over-
zeesche weekeditie van 22 juli 1969
op na: Prof. Dr. Kuenen: "Industriali
satie en welvaartsverkwisting versto
ren systematisch de biosfeer" (in Ne
derland).
Als je eens wist, hoe blij ik was met
dit geluid, Tjalie!
Ja, ik ben niet opgehouden, er trots
op te zijn, dat ik Hollander ben. We
hebben het recht ons uit te spreken,
en doen het ook.
Laten we eens nagaan, wat er in
andere landen gebeurt. In de U.S.A.
beschreef Rachel Carson ("Silent
Spring", 1962) beangstigende even-
wichtsverstoringen in de natuur, door
een overmatig gebruik van insectici
den. Men noemde haar toen overdre
ven. Maar in "Time" van 11 juli '69
staat opnieuw een artikel over versto
ring van het natuurlijk evenwicht vol
gens het verschijnsel van "biological
magnification": D.D.T., één van de
meest toegepaste insecticiden, en in
Florida op het land toegepast om mus
kieten te bestrijden, komt in minieme
verdichtingen in de zee, hoopt zich op
in plankton, verdicht zich in kleinere,
dan in grotere vissen, en is tenslotte
zo sterk, dat visetende vogels eraan
te gronde gaan, of uitsterven via hun
eieren en jongen.
Terug in ons land: Dr. Briejèr, oud-
Directeur van de Plantenziektenkundi-
ge Dienst in Wageningen schrijft in
1968 zijn "Zilveren sluiers en verbor
gen gevaren" (uitgave Sijthoff) en ont
ketent een stormpje van contra- en
pro-meningen.
Hij kan de voldoening smaken plat
er nu in ernst beraadslaagd wordt over
het beperken van D.D.T.-gebruik in Ne
derland (E.W. 2 aug.)
D.D.T. is maar één van wat door
"Time" de "deadly seven" genoemd
worden: dieldrin, aldrin, endrin, hep-
tachloor, chlordane en lindane. Maar,
zal men mij zeggen, deze insecticiden
zijn toch eens de redders van de mens
heid genoemd, en zij zijn toch onmis
baar geworden bij het produceren van
voedsel voor de 3V2 miljard mensen,
die de aarde nu bevolken!
Hier moet ik helaas mijn schouders
ophalen. Ik ben mij bewust, dat zij
gevoed moeten worden. Maar ik weet
tevens, dat er een limiet is, aan wat
men kunstmatig kan bereiken. Over
schrijden wij die limiet en waar ligt
die limiet! dan veroorzaken wij,
biologisch gesproken, met onze te
grote voedselproductie plagen. Daar
tegen heeft de natuur zo zijn maatre
gelen in de vorm van insecten en ziek
ten. Dan wij weer terugslaan met in
secticiden en herbiciden. En de sluwe
natuur weer terug met immune insecten
en andere ziekten. Enzovoort.
In de U.S.A. begint men goddank
aandacht te schenken aan de uitspra
ken van een aantal ecologen (experts
in vraagstukken van levende wezens
in hun omgeving), die men "the new
Jeremiahs" noemt. Eén van hen schrijft:
"The new technological man carries
strontium 90 in his bones, iodine 131
in his. thyroid, DDT in his fat and as
bestos in his lungs. There is now sim
ply not enough air, water and soil on
earth to absorb man-made poisons wit
hout effect. If we continue in our reck
less way, this planet before long will
become an unsuitable place for human
habitation".
(De nieuwe technologische mens
draagt strontium-90 in zijn beenderen,
DDT in zijn vet, jodium-131 in zijn
schildklier en asbest in zijn longen. Er
is simpelweg niet genoeg lucht .water
en aarde genoeg op de wereld om de
door de mens geproduceerde vergiften
te absorberen zonder enig effect. Als
wij blijven voortgaan op deze roeke
loze manier verder te leven, zal deze
planeet spoediger dan wij denken on
geschikt zijn om te bevolken).
Wij zelf, wij mensen zijn een plaag
geworden. Ook tegen deze plaag zal
de natuur zijn middeltjes hebben...
Tenzij wij onze hersens gebruiken,
en inzien dat wij in het jaar 2000 7
14