n nog meer herinneringen aan prigèn, trètès en kakeh bodoh.
Vakantie in Trètès
Elke keer geniet ik weer van de
oude foto's in Tong Tong.
Ook nu weer van de watervallen van
Trètès. De foto in no. 14 van 30-1-'69
is het oorspronkelijke nymphenbad.
Het latere nymphenbad is een gemet
selde bak met een kunstwatervalletje
en stond rechts boven het natuurbad.
Liep je het natuurbad voorbij dieper
het bos in dan kwam je aan de water
val van Kakeh-bodoh, berucht om zijn
vele patjets (bloedzuigers).
In mijn K.E.S. tijd was ik vaak in
Prigèn/Trètès te vinden, daar twee aan
getrouwde neven van me, de heren
J. Grashuis en A. Smelt een pondokje
hadden, gelegen achter het oude post
kantoortje te Prigèn.
De eigenaar of beheerder van het
nieuwe nymphenbad was de heer Ap
pel. Met zijn zoon Piet ben ik later
in 1926 milicien geweest te Malang, bij
het 8e batt. 6e mitr. comp. Ha die
Piet, waar zit je nu?
Voorbij de passer komende uit Kasri,
linksaf naar dessa Ledok liep een paar
de-voetpad naar de waterval van Pri
gèn; een machtige val, hoog en breed
en wanneer de zon op z'n hoogste
punt brandde, vertoonde zich onder
aan de val een prachtige regenboog.
Een plaats waar wij ook graag naar
toe gingen was de kali Goepit, die door
het bos haast evenwijdig liep langs
het paarde-voetpad achter onze pon
dok naar Trawas.
's Middags na het eten, wanneer de
diverse baboe's Tjoetji klaar waren met
hun was en zelf ook hun bad hadden
genomen, sipat koeping naar de kali,
boeka pakèan en dan ambjoer balok in
het ijskoude water. Adoeh! Senang lol
Schuins tegenover de passar stond
het huis van heer Anton Bouman, eige
naar van autohandel "Bouman" (Fiat-
501) Kedongdóró-Soerabaia en in Trè
tès stond zijn pondok met eigen zwem
bad. Vaak haalden we ook hierin een
koude neus.
Het villadorp van v. Vloten bestond
toen nog niet. Van Vloten zelf leerde
ik later kennen tijdens onze landstorm
periode in Malang - Kloetstraat. Waar
zit je nu, ouwe?
Niet ver van het nymphenbad stond
toen ook het grote huis van de familie
Tan. Op uitnodiging van zoon Otto zijn
we eens met z'n zessen gaan logeren.
Freddy van Spall met H.D., met ach
terop Boy Bentfort van Valkenburg,
Ottah Meyer op NORTON met mij en
Raden (ampoen sobat, loepa jouw
naam) op B.S.A. met Seegers. Banjak
veel lol gehad en teroes makan ènak.
Een jaar of wat later wederom een
week of wat op Prigèn geweest in
onze pondok. Dokter Deetje Weyde-
muller, dr. Albert Tielung, dr. Jan Groo-
tings 50% en Jantje Horst.
Jantje stond toen voor zijn eind
H.B.S., héé sobats, waar zijn jullie al
lemaal gebleven?
Meer dan 50 jaren geleden reisde
je anders dan nu naar Prigèn. Vanuit
Soerabaia per boemeltrein via Sidoar-
djo (gerookte bandeng en rempèjèk
oedang) en Bangil (pastèl, lemper,
krokèt en saté kerang) naar Pandaan
(en geen Balapan mevr. Aartsen-sorry)
en van hieruit per krètèk met 3-p.k. en
zweepontsteking via Kasri naar Prigen.
Als je hier aankwam, kapallen jouw
em.em.
Na oorlog en krijgsgevangenschap in
het land van de witte olifant ben ik
voor het laatst in Prigèn en Trètès ge
weest.
Ik diende als landstormsoldaat 1e
klasse zonder vooruitzichten bij de
L.T.D. 83 te Soerabaia en moest op
een vooravond met m'n kraanwagen
naar Trètès om een kapotte Hudson
(masoek slokan njang dalam) op te
We maken nog even een sprongetje
terug naar Prigèn, Trètès en Kakeh
Bodoh. Toen een paar maanden terug
een lezer hier enkele memoires aan
wijdde in Tong Tong, werden wij
compleet ge-kedjeboer" met inzendin
gen van alle kanten over dit onder
werp. Die natuurlijk allemaal min of
meer hetzelfde vertelden, zodat alles
plaatsen alleen maar zou vervelen. Maar
nu, na een paar maanden, kunnen best
weer een paar herinneringen opgeno
men worden. En zullen vast weer in
slaan
halen. Met mij gingen een p^ar Hol
landse jongens mee.
"Heerlijk naar de kou", zongen ze,
doch awas. Toen we eenmaal boven
waren hoorde ik ze niet meer, uitge
zonderd hun tanden.
Temeer njang vals, adoe keteteren. Ge
lukkig had de familie de Vries (kapi
tein) in de "oase" gehuisvest, nog een
fles port, die door de jongens "sol
daat" werd gemaakt.
Heel laat kwamen we die avond met
de Hudson aan de kabels veilig thuis.
Vaarwel Prigèn en Trètès met je wa
tervallen en bergen Penanggoengan,
Ardjoeno en Welirang en het bekende
stemgeluid voor onze woningen en
pondoks: "djeram ndoro?"
Max Davidsz.
Pondok in Prigèn
In Tong Tong van 15 augustus 1969
nr 3 heeft mijn broer een treffende
situatie-beschrijving gegeven van Pri
gen, Tretes en omgeving, hetwelk bij
menig Indisch Nederlander en ze
ker ook volbloed Nederlander af
komstig uit Oost Java, dierbare herin
neringen zal hebben opgewekt.
Met het ondervolgend artikel hoop
ik, als een soort vervolg op dat van
mijn broer, een sfeer-beschrijving te
geven van het rustieke bergplaatsje
Prigèn, zich voornamelijk afspelend in
en rondom de pondok van oom Ad
Smelt.
Van de grote weg af niet te zien,
geheel verscholen achter de garages
rondom het grote plein tegenover het
huis van Hughan, lag genoemd buiten
huisje, bestaande uit een voorgalerij
zonder frontmuur, doch in de plaats
daarvan een houten ballustrade, daar
achter een grote en een kleine slaap
kamer, van elkaar gescheiden door een
smalle gang en weer daarachter de
geheel open achtergalerij tevens eet
kamer, aan drie kanten omringd door
een laag stenen muurtje. In de tuin
rondom stonden links de bijgebouwen,
terwijl men rechts een vrij en onbe
lemmerd uitzicht had over de hele
Het moderne, gemetselde Nymphenbad in Trètès.
8