JO ZIMMERMAN anak kom pen ie Steurtje Rectificatie Genealogie BEER Ik ontmoette hem in Magelang in 1938, toen ik mijn eerste schreden zette in een gevangenis. Ik was daar aange steld als "baroe" in het vak, maar met de indrukwekkende titel van Admini strateur bij het Gevangeniswezen. Na mij bij de Directeur gemeld te hebben, die mij meteen vertelde dat hij liever een beroeps-administrateur had, ging ik naar het administratiekantoor, waar ik een "veroordeelde schrijver" vond en Joe Zimmerman. Een slanke indische jongen met een vrijmoedige oogopslag, die mij beleefd-taxerend "opnam" en zich correct voorstelde. Toen ik zei dat ik totaal niks wist van administratie in welke vorm ook, gleed een trekje van verbazing en ingehou den pret over z'n gezicht en...het ijs was gebroken. Hij begon meteen met mijn "oplei ding" en liet me de enorme hoeveel heid registers, boeken en paperassen zien, waarvan hij het doel en het ge bruik uitlegde. Onder de hand vertelde hij, dat hij belast was met de werkzaamheden van administrateur tijdens de afwezigheid van zo'n functionaris en dat hij bereid was dat werk voort te zetten totdat ik ingewerkt zou zijn en hij zijn eigenlijke werk van Schrijver weer zou kunnen opvatten. Ook vertelde hij dat hij een Steurtje was, iets waarop hij kennelijk prat ging. En natuurlijk over Pa van der Steur en over het leven van de Steur tjes. De gevangenis bezat geen telmachi ne en toen de boeken aan het einde van de maand moesten worden afge sloten, nam hij me mee naar het kan toor van Pa van der Steur, waar ik werd voorgesteld en Pa een hand uit stak als een kolenschop, waarin de mijne verdween en zei: "Dag kind", waarop hij meteen een glas limonade voor ons liet aanrukken en wij met de telmachine aan de gang konden gaan. Pa was bijna blind, maar dreef met zijn fabelachtig geheugen zelf de om vangrijke administratie van de Stich ting. Joe was, net als de andere Steur tjes, totaal vrij van dat typische min derwaardigheidscomplex, waarmee zo vele indische jongens en meisjes be hept schijnen te zijn. Een fiere, trotse clan, zelfbewust, handig en met een felle onderlinge concurrentie op het ge bied van physieke prestaties. Ze waren erg wild en Pa handhaafde de orde persoonlijk, zonodig op een hardhandige wijze en als hij zijn "straf rapport" hield, waarbij vaak rake klap pen werden uitgedeeld, stonden vele van de "boosdoeners" ongegeneerd op de gang te huilen, iets, wat iedereen heel gewoon vond. Later op de avond nam Joe me mee naar een zaal, waar alle grotere jon gens en meisjes de kleintjes waren al naar bed bijeen kwamen en Pa een korte godsdienstoefening hield, feitelijk een bidstond. Daarna kreeg iedereen van Pa een kus en was de dag voor de Oranje Stichting afgelo pen. Wij gingen terug om verder te werken en daarna het kantoor te slui ten. Gaandeweg begreep ik meer van de liefde en het respect, dat de Steurtjes Pa toedroegen. Hij was in ieder op zicht een VADER voor hen, streng, maar vol liefde en begrip. Joe was natuurlijk de kampioen "pol sen" van het gevangenispersoneel en toen ik aan de beurt kwam, merkte ik hoe potig hij was. Het stemde me lang zaam aan ontevreden dat hij met zijn ijver, intelligentie en administratieve bekwaamheid de simpele rang van Schrijver had, blijkbaar zonder vooruit zichten. Toen de verstandhouding met de Directeur, die behalve een keiharde baas, een prachtkerel was met een groot hart, zo goed werd dat ik het aandurfde, sprak ik hem daarover. Hij zei: "Kijk, van Dijk, dat is nou de "papieren barrière". Jij hebt als ver wende nietsnut zoveel papieren verza meld, datje het in deze dienst een eind kunt schoppen, indien je voldoende presteert. Maar Zimmerman, die een véél beter administrateur zou zijn dan jij, mist die papieren en...is dus Schrij ver. Misschien dat hij over vele jaren eens de rang van administrateur kan halen, wie weet?" En op een goede dag komt Joe bij me met een advertentie, waarin de Luchtmacht vraagt om gegadigden voor een opleiding tot waarnemer en vlieger in de rang van onderofficier. Met zijn BOEKHANDEL TONG TONG ƒ4,15 0,40 porto papiertje zou hij daarvoor in aanmer king kunnen komen en...wat ik daarvan dacht? Ik weer direct naar de Direc teur, die wist dat ik het nu wel alleen aankon en geen bezwaar had tegen Joe's eventuele sollicitatie: Na een paar weken van spanning werd Joe aangenomen en bij zijn afscheid van het personeel, merkte ik pas hoezeer die mensen hem waardeerden. Hij op naar Andir bij Bandoeng, waar hij het goed deed en...ironie van het noodlot, zijn vorming als Steurtje tot een prachtkerel, branie en onverschil lig voor persoonlijke risico's en altijd klaar om te helpen, hem noodlottig werd. Hij was aan het sporten toen er ge roepen werd om een waarnemer voor een "weervlucht" voor het verzamelen van meteorologische gegevens, waar bij tot grote hoogte werd gevlogen. Joe, als altijd klaar om voor wat ook in te springen, stapt met zijn bezwete body in de plane, komt terug met de gewenste gegevens en...sterft na een week of zo aan een dubbele longont steking. Nu kan men wel zeggen dat hij on verantwoordelijk onvoorzichtig was. Maar welk een voorbeeld van wat een Steurtje is: Fier, branie en altijd bereid om te doen wat nodig is, zonder ge dachte aan eigenbelang, gevaar of wat dan ook. Een Steurtje, aan wie alle Steurtjes met voldoening en trots zullen terug denken. En...ik óók. Die Steurtjes, a different breed, maar tevens in vele opzichten een voorbeeld van hoe gróót Kleine Boengs kunnen zijn. John van Dijk I1 Belanghebbenden zullen wel gemerkt hebben, dat er in de Genealogie Beer (slot) van Tong Tong Nr. 22, 1 juni 1970, een foutje is geslopen; in Nr. 3- 11.14 werd vermeld, dat uit die ver bintenis 9 kinderen werden geboren; dit moet ten rechte 8 kinderen zijn, daar Ernestine Beer, geb. te Goron- talo, 4-9-1910 tweemaal is opgegeven, n.l. onder No. 4 en onder No. 9. Dit laatste No. moet vervallen, maar de gegevens ervan horen thuis onder No. 4. Voor de reacties op mijn artikel, veelal met uitvoerige, nadere gegevens van de nakomelingen van de familie Beer, wil ik in T.T. hartelijk dankzeg gen. De samensteller, K. J. E. KIMMIJSER MN SCHOt.TC 10

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1970 | | pagina 10