BOGORV 12 Een uitzichtje dat vijftig jaren oud kan zijn of vijftig uren, want aan deze doorstroming van de Tjiliwoeng door 's Lands Plantentuin is in een halve eeuw niets veranderd. En vele tienduizenden Indischgasten hebben zich aan de oevers van dit rivierstukje vermeid of vanaf de hangbrug van waaruit deze foto gemaakt Hajemee even naar de Plantentuin in Bogor? Ajo! DUS reden we de volgende morgen, 5 oktober 1969 per auto over een uit stekende weg naar het aloude Buiten zorg, thans Bogor genaamd. Aangezien we geen enkel risico wil den nemen het J.A.L.-vliegtuig (Japan Aair-Lines) naar de Leeuwenstad (Sin gapore) te missen, waren we zaterdag d.a.v. met de nachttrein, de BIMA (Biru Malam, de wagons hebben een blauwe kleur) uit Surabaja-Gubeng in Djakarta aangekomen. We hadden door er tijdig bij te zijn, nu gelegenheid die laatste paar dagen nog iets van Djakarta en omstreken te zien. Hoe lang is het nu ondertussen ge leden dat ik voor het laatst in Bogor was? 20 jaar! In 1949 reed ik er met Theo KI. heen, hij op een pruttelende Jawa, (ajo, har der Theo! Ih, ben nog in de Djalan Madura geweest) ikzelf op een snelle 500 cc kopklepper ARIEL (wat de af korting is van: Alles-Rammelt-ln-Eens- Los). Met deze motor van de "zaak" (een bekende gloeilampenfabriek in het zuiden des lands) kon je behoorlijk hard rijden. Graag mocht ik dat dan ook doen op een stille zaterdagmiddag of zondagmorgen buiten de stad of zo maar even naar Priok. De tocht naar Bogor vond ik als steeds erg boeiend en vluchtig gezien leek er van de stad zelf en de entree weinig veranderd te zijn. In het park liepen nog de herten rond. Aangezien we erge trek hadden, werd eerst een roemah tjak opgezocht. werd) neergekeken op het bruisende water. De grote foto maakte G. H. Bartman vorig jaar; de kleine (rechts beneden) werd door E. Smits een jaar of acht terug gemaakt. Wie deze foto's ziet, denkt als Maria Der- mout: "Nog pas gisteren..." Onze gastheer voerde ons direct naar een eethuis, alwaar een kunstenaar kok (of was het een kunstenares-kok kin?) ons na niet te lang wachten van een prachtige goerami een sublieme Ang Siau Hie voorzette. Schitterend van opmaak en kleur, maar vooral hoogst gehemelte- en tongstrelend! Heweldehl! Het was maar een onooglijk restau rant, niet bepaald uitmuntend door sfeer en/of gezelligheid..grauwe kale muren...geen enkel plaatje of schilde rijtje...alleen een foto van President Suharto in een eenvoudige lijst...de stoelen en nogal vlekkerige tafels had den eens betere dagen gekend...maar de Ang Siau Hiel Fraah eskuus lek- kernjall! Je kwam in de "eetzaal" na eerst je tussen twee manggastalletjes heen ge wrongen te hebben en vervolgens een houten trap met versleten treden te zijn opgegaan. Als je mij vraagt hoe of die tent heet, dan zeg ik: Loepa! Ik her inner me een drukke, zonnige straat, met links en rechts veel uitgestald fruit, pisang, papaja, ananas, enzovoorts. Van het balkonnetje kon je er recht op neerkijken. Enfin, na de symphonie Ang Siau Hie genoten te hebben (uiteraard met alles drop en dran) togen we naar DE TUIN. Wat moet ik hiervan zeggen? Veel? Weinig? Dat het een soort plantsoen is met prachtige goed onderhouden lanen en paden, waarlangs statige, torenhoge bomen van een eerbiedwaardige ouder dom groeien? Dat er wondermooie plekjes zijn, waar het goed toeven is? Waar je wandelen kunt naar hartelust? Okay, allemaal okay! Maar weet dan ook dat deze Plantentuin WERELDVER MAARD is en van een ONTZAGWEK KENDE WETENSCHAPPELIJKE BETE KENIS!!! Eigenlijk moest je een degelijk on derlegde botanicus naast je hebben, die je van alles wat hier zo met uit bundige pracht groeit en bloeit zou kunnen vertellen en verklaren. En dan niet zomaar net als wij een uur rond dolen in deze Hof van Eden, maar uren, desnoods dagen lang. Er is zo ontzag gelijk veel te zien! Op de grasvelden speelden en stoei den uitgelaten Indonesische kinderen hun spelletjes, terwijl de ouderen met hun tikars de vele schaduwrijke plek jes onder de bomen hadden opgezocht, waar zij met elkaar zaten te ngomong- ngomong of zomaar liggen in een zalig dolce far niente. Luisterend naar mu ziek uit meegebrachte transistor-ra dio's. Die nergens luid waren aangezet. Ingetogen. Rustig. Voldaan keerden we naar de auto terug. En ik kan U verzekeren, dat ze er nog steeds zijn. Ik bedoel bij de ingang van DE TUIN, de verkopers van gepolijste, gekleurde kanaripitten en je kunt ook nog steeds voor niet veel geld een mooie dasspeld kopen ge maakt van een samber-ilèn (Samber- lilèn of prachtkever). Natuurlijk heb ik mijn Voigtlander 24 x 36 mm, diverse keren laten klikken, wat dacht U. En mijn dia's zijn djempol geworden! Hier zijn er een paar. Een is genomen vanaf een brug over DE kali met z'n grote stenen en pootjes- bodende dagjesmensen, de andere, hoe kan het anders, toekang djoewal bang- koewang, pisang enpeteh! (Kijk Mientje, dat zijn nou de echte Indische spercieboontjes). Wat we meenamen? U heeft het de eerste de beste keer goed geraden; de trots en glorie van Bogor, de goud gele vrucht met een kroon getooid en Dus De Koningin Der Vruchten: De Ananas! Tot ziens Bogor! Tot een volgende keer! Neen, ik heb onderweg geen lajan-

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1970 | | pagina 12