Djojobojo's Indonesië (slot) door: ROBERT HAUSMAN VerwohdèVrijk^ate^tfêrHs, dank zij deze profèTfd Wbsv,1lbddhbélë één van de eerste landen dFe^^êéwWijfel meer hadden dv^-^de '"j&'èiïfiè'fN'tffi Japan. Zo vroen als 1935 werd He verwachte Ja- Vervolgens legt Djojobojo de ge beurtenissen uit die op zijn regering zullen volgen. Het hoeft ons niet te verbazen, dat de voorspellingen won derbaarlijk nauwkeurig zijn want ze werden geschreven met een terugblik van zes honderd jaar. Tot ongeveer 1750 AD gaat het gesmeerd met de profetie, maar dan wordt ze dubbel zinnig en delft in obscure details. Het laatste deel is geschreven in versvorm op de manier van een orakel. Het werd genoemd het 'onheilspellend voorteken van Djojobojo's millennium', suggere rende dat de tijd van Djojobojo het begin van het einde van alle tijden is. "Morgen, als Java omhangen is door ijzer, als voertuigen bewegen zonder paarden, schepen door de lucht zweven, rivieren hun bronnen verliezen en geluiden in de markten verstommen, zal de tijd van Djojo bojo dicht bij zijn". Deze beginfase van de kern van de voorspelling brengt ons ineens in de twintigste eeuw, hoewel de toespeling op de rivieren en de markten nooit afdoende verklaard werden. Daarom wordt alleen de verrassende zinspeling op automobielen en vliegtuigen ont houden en dikwijls aangehaald. De populariteit van Djojobojo nam gestadig toe met de ontwikkeling van gemotorizeerde transportatie geduren de de eerste wereldoorlog. Maar in de late dertiger jaren zette het geschrift de verbeelding van het publiek op sen sationele manier in vlam met de voor spelling, dat 'als Java zo klein is ge- wordërt als een "kelor"-blad (ongeveer de grootte van een dubbeltje) zal ze verov£rdwworden door 'n geel gekleur de riètie È)e bevolkingsaanwas en de goed gëÖV^&niseerde en efficiente ko loniale adjministratie geven een elegan te vferRlafrn^^bor de symbolische in- éénschrompeling van het eiland Java tot een klein blad. Maar natuurlijk was het 4e -.Toend,c,v dreiging van een 'apa/ÜSeHiq^'^'SoQjPjoboi0 steeds beroemder maakte. oanse bezettin het onderwerp van ge lei ne man. Diojobpio's huidige, kleine soldaten van het Noor den" zoals een variant van Djojobojo's gedicht, vermoedelijk met opzet zo ge detailleerd, de toekomstige invallers beschrijft. Gedurende de tweede wereldoorlog trokken de Japanners voordeel van het onbehagen van het Nederlands-Indisch gouvernement door strooibiljetten met Djiojobojo's woorden uit de lucht te laten fladderen. Maar wat voor effect de Japanners ook ten doel hadden, ze bereikten het niet, want wie de strooi biljetten las, merkte ogenblikkelijk op, dat een belangrijk deel van Djojobojo's boodschap mankeerde, ledereen in In donesië wist, dat "als Java zo klein als een "kelor" blad is geworden, zal zij bezet worden door een geelhuidige natie... maar alleen maar zo lang als mais leeft, dan zal zij weer in het bezit raken van haar eigen Javaanse volk". Gissingen wat met "zolang als mais leeft" bedoeld werd, waren uiterst fre quent vóór en gedurende de tweede wereldoorlog. Toen het bleek, dat de bezetting een beetje langer dan drie jaren duurde steeg Djojobojo's aan zien een paar streepjes. Er wordt vol doende mais geplant naast de alom aanwezige rijst om het volk te doen weten, dat een korrel mais zijn kiem- kracht behoudt gedurende ongeveer drie jaren..."zolang als mais leeft". De zinspeling op mais was een vergissing van de anonieme schrijver, die aan toont, dat zijn bewering, dat Djojobojo de auteur was, niet waar kon zijn. Be denk maar, dat de koning in de twaalf de eeuw leefde en dat mais, een unieke Amerikaanse bijdrage tot onze bescha ving pas lang na de ontdekking van Columbus in Azië werd ingevoerd. "Java terugkerend in handen van de Javanen", was een belofte, die de na tionalistische beweging gedurende vele jaren steunde en vervolgens na de oor log de strijd voor de onafhankelijkheid met vuur bezielde. Soekarno klom tot macht met behulp van Djojobojo's be lofte en het rotsvaste geloof van het volk, dat de voorspelling op het punt stond bewaarheid te worden. Maar dit is niet het "happy end" van Djojobojo's gedicht. De befaamde waarzegger gaat voort en beschrijft in details de tijd van verwarring, onrust, spre* van roem vet-spreffl'aenycfr~öiyvw v van BlfléRsigspiIëat Stelaj^ibrtiófedrtgteilwlft^oéiife 6rft*tft%bN§ifen9c, het M^hsnd^^^sleieJsvbBBtuqTetüjlgnferi het maken van plannen voor de verde diging van Indonesië. De bevolkirig.re ageerde apaftfl§c?i98V) 1r01reraWs .nefsw gen S&èit 69 o6?(bgl$*n -verjJedf^im^bHst 0£f ne was toch kennelijk nutteloos weerstaB® .iH fo te hierlpn nan Hp "krnmhgninp neel- en chaos die volgt op de onafhanke lijkheid van Java. Soekarno en zijn re gering dachten het liefst dat de tijd van 1945 tot 1949, de tijd van onrust was, maar de daaropvolgende gebeur tenissen achterhaalden hen. Na de or delijke gezagsoverdracht in 1949 van de Hollandse heersers had 't Indonesi sche bestuur verschillende kabinets crisis en begon toen te kwakkelen. De economische toestand in de vijf tiger jaren begon achteruit te gaan en gallopperende inflatie corrupteerde het hele leven. Vergelijkingen tussen ac tuele toestanden en Djojobojo's be schrijvingen werden hoe langer hoe meer beschamend voor het Soekarno bewind. Op een gegeven ogenblik vond de regering het nodig populaire boek jes uit te geven waarin geschreven stond dat Djojobojo's voorspellingen waren vervuld en niet meer op de toe komst sloegen. Deze officiële uitleg van Djojobojo's werk deed vermoede lijk het gerucht ontstaan, dat het lezen en discussieren van de voorspelling verboden was. "De wereld wordt nauwer, de men sen, op elkaar gepakt, zullen als kaf door de wind uiteengeblazen worden. Vrouwen verliezen hun eerbaarheid, mannen hun ridderlijkheid. Vele man nen wisselen voortdurend van vrouw, vele vrouwen zijn hun echtgenoten on trouw. Tin wordt als zilver beschouwd, goud als koper, de kleine man is niet meer loyaal aan zijn koning. Eerlijke mensen zijn verbijsterd, onrechtplegers hebben plezier. Dat wat goed is wordt afgewezen, wat slecht is, wordt ver eerd. Vele mensen hebben een lage moraal". Onduidelijke en verborgen zinnen zoals deze komen veelvuldig voor en de betekenis wordt duidelijk door de voortdurende materiele en spirituele achteruitgang van het na oorlogse Indonesië. Er is een andere veel aangehaalde uitdrukking: "Heh, ho, van het Javaan se volk blijft de helft, van de Hollan ders alleen een paar, de Chinezen blij ven maar het hoofd schudden, heh, ho". En dit is de uitleg van deze zin. Ofschoon de bevolking van Java bijna verdubbelde in de afgelopen vijftig jaar, werd een zwaar gelag in levens betaald gedurende de Japanse bezet ting en de strijd voor de onafhanke lijkheid en aan epidemiën van pokken, cholera en andere ziekten, die het ei land bleven teisteren. Het is denkbaar dat dit gelag de helft van de toenmalige bevolking bedroeg. De Hollanders en Indo-Europeanen werden gedwongen het land te verlaten, vanwege de onder drukkende maatregelen en in de Soe karno tijd waren er maar weinigen van deze ethnische groepen in Indonesië overgebleven. De Chinese inwoners waren bevreesde toeschouwers van alle opschuddingen en ook zij hebben geleden onder sporadische uitbarstin gen van geweld. Het enige dat zij kon den doen is het hoofd in sympathie te schudden. Zou het mogelijk zijn dat Djojobojo's toespeling op "alleen een

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1970 | | pagina 8