Fonteijn Sl Co v/htepjoKjA KERST IN 1945 TAAL Vlamingstraat 5, Den Haag, Tel. 11 66 77 GOUDEN BRILJANTEN schakelarmbanden markiesringen krintjing hangers slangen oorknoppen colliers gezet in (6 tot 100 gr.) 22 karaats goud toesoek konde peniti kabaja MIDO van 22 karaats goud 22 Karaats verlovingsringen polshorloges SEBELAH ROTAN ARMBANDEN VAN 24 KRTS GOUD (mas kertas) Komt U van BUITEN Den Haag? Wij betalen, bij aankoop vanaf f 200, de reiskosten voor één persoon geheel terug 1 1 Wij woonden aan de Halimoenweg, op Menteng-poelo, de toen onbe schermde buurt, waar ze wèl met wa pens en klewangs mochten lopen en die ze ook toonden en gebruikten. Het Bandjir-kanaal, dat ons scheidde van de door de Engelsen beschermde buurt, borg dagelijks lijken langs haar oevers. Wij durfden nauwelijks meer de straat op. Zelfs op het vóór- en/of ach tererf vertoeven, was riskant. Kort vóór de Kerstdagen werd onze baboe, toen ze voor ons voor inkopen naar de pas- sar moest, voor ons huis aangehouden en met een klewang tegen haar keel gedwongen het passargeld af te geven. En bevolen, nooit meer voor die "an- djings" te werken. Na dit voorval wer den ook de straatverkopers gesom meerd ons huis over te slaan, zodat wij ook op deze wijze geen voedsel konden krijgen. Het gevolg van dit alles was, dat wij voor de komende feestdagen niets had den, d.w.z. niets extra's. Gelukkig, dat ik voor het kind, toen 11 jaar, een maand terug op Passar Senen, bij toko Boekoe, een boek had gekocht. Dat was er tenminste. De nacht van 23 december leek aan vankelijk rustig, maar tegen 11 uur, we waren net naar bed, hoorden wij voet stappen op het grint en "pats", een keisteen tegen de ruiten. Gelukkig, niets brak. Wij hadden onze portaal lamp buiten laten branden, maar binnen was het donker, zodat wij alles konden zien wat er buiten gebeurde. We ston den wang aan wang tegen de ruiten. De brandende lamp kreeg het zwaar te verduren. Links, rechts gegooide keien spatten uit elkaar. Woedend, omdat niets brak, bleven ze smijten en binnen bad ik God om bescherming, een muur te zijn om ons huisje, dat zo teer leek met haar glas-in-lood ramen en tóch zo sterk, dat alle keien als gruis uiteen spatten. Huis, lamp bleven gaaf. De laatste leek zelfs helderder te branden. Zij slopen terug. Dachten zij, dat het huis behekst was? Even was het stil, maar wij bleven kijken en gluren, of zij niet terugkwamen. De horde kwam te rug, nu versterkt met bamboe roen- tjings en klewangs. Toen ik ze zag aan komen, kon ik me niet meer beheersen en ik sloeg alarm, zoals afgesproken met onze andere buren - Hollanders - en de Engelse wacht aan de overkant van het kanaal. Ik sloeg in m'n angst een leeg petroleumblik tot een acht en het klonk zó hard, dat ze het hóórden en op een politiefluit bliezen. Meteen gingen alle lamoen aan en de wacht aan de overkant was gealarmeerd. Ik beefde over al m'n leden en wilde geen minuut langer blijven. Maar waarheen? Midden in de nacht? Ik kreeg zenuw druppels van m'n Hollandse buurvrouw en ze schudde me door elkaar en maande me dapper te blijven. Ik pre velde slechts: „Dank U, God, dank U" en ik werd kalm. De volgende dag zochten wij alles in huis, om de kerstnacht zo gezellig mo gelijk door te brengen. Onze tuin lachte ons toe: knollen, groenten, vruchten, bloemen en een gevoel van dank baarheid overstroomde me. Wat een zegen. Ondanks alles, tóch nog eten! En alsof ons hondje Tipsy het óók be greep, sprong hij troostend tegen me op. Ik aaide hem en zei: Het is tóch goed, hè hondje, alleen jij hebt geen kluifje!" De kunstboom werd opgetooid en de pakjes gemaakt. Voor het kind: het boek, met een in een kerstman omge toverde papaja. Voor de ouderen: ge kookte singkong, ramboetan, mangis- tan, in leuke pakjes met rode lintjes; alles voorlopig weggeborgen onder de tafel, waarop de kerstboom stond. De kerstnacht, voorafgegaan door een angstige nacht, was zó helder, zó vredig Het lied, dat het kind onder de boom zong, "Er is een kindeke ge boren klonk zó mooi, en het "Stil le Nacht" door ons allemaal 2-stemmig gezongen Wij dankten God en wij hadden geen haat! 1e kerstdag. De Engelse wacht was na die bekogeling uitgebreid tot en met ons huis aan de overkant van het ka naal. Mede hierdoor durfden wij naar de 1ste kerkdienst in de Nassaukerk dicht bij huis. Wat later op de dag werd er bescheiden geklopt. Ik opende de deur en "Tabe, njonja, selamat Natal!" Oude Karto, de gepensionneerde djongos van onze Hollandse buren en óók op het achtererf van hun huis wo nend, bracht me een brok vlees. Ge roerd en dankend nam ik het aan en dacht: de oude gardeeen goed mens ze zijn er nóg! 's Avonds dekte ik vrolijk de tafel en versierde haar en ons kerstdiner mocht er wezen: Rijst, met gebraden vlees en groenten uit de tuin. Dessert: Kolak pisang, aangedikt met sagoe ambon. DankbaarOnvergetelijk! 2 Januari d.o.v. verhuisden wij naar de beschermde buurt, waar wij opeen gepakt bij kennissen kwamen, aan de Palmenlaan. Heerlijk, in een chaotische tijd als deze, te weten, dat dezelfde God, Die het gezin Jozef en Maria vergezelde en beschermde tot Bethlehem, vóór en na de geboorte van Jezus, onze Heer, ook ons en onze kinderen dagelijks vergezelt en beschermt. Het "Emmanuel".... God met ons klinke overal!! P. Juch-Arnold Het lijkt op een grap, maar het is gewone waarheid, die voor sociologi sche studenten van later, die over de Indo-groep schrijven (het ZAL gebeu ren, dat weet ik zeker!), nog eens een leuke kanttekening zou kunnen zijn. Lezer Smits vertelde mij: "Ik kom zelf van Bogor en mijn vrouw komt uit Solo. Wij spreken natuurlijk altijd Nederlands, maar soms kunnen mijn vrouw en ik ons wel eens laten gaan en dan spre ken we allebei onze "herkomsttaal" en kunnen elkaar over en weer niet ver staan!... 11

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1970 | | pagina 11