A. MAHIEU
Wij hebben het altijd betreurd in Tong Tong geen feiten te hebben kunnen
publiceren van "De Vader van de Stamboel", August Mahieu. In het orgaan van
"De Indische Bond" van jaargang 1903, nrs 18 en 23 juli troffen we gelukkig de
artikelen aan in dit nummer en het volgende, oorspronkelijk overgenomen uit het
"Amst. Hbld"van de hand van niet minder dan de Indo kunstcriticus Otto Knaap.
Men wordt verzocht de artikelen niet al te critisch te beoordelen en b.v. niet te
struikelen over het gebruik van het woord "Inlanders"In 1903 bestond de naam
Indonesië nauwlijks! Trouwens, dat Otto Knaap zo vrijmoedig de armste klasse
Indo's "paupers" noemt, klinkt ook een beetje erg discriminerend, maar men denke
aan het toneelstuk "De Paupers", dal ook omstreeks die tijd verscheen van de hand
van v. d. Wall. Men scheen er aan het begin van deze eeuw heel vertrouwd mee te
zijn, te leven met paupers! Maar het tekent wel ongenadig hoe onverschillig de
doorsnee Europeaan in Indië dacht over zijn armste medeburgers
We nemen de artikelen letterlijk over, ook al weten we niet wie Antoine Tardieu
was, maar hij moet een populair Frans toneelspeler geweest zijn aan het begin van
deze eeuw. Het doet ons plezier te weten dat August Mahieu toch ook al "ont
dekt" was aan het begin van deze eeuw, al was het een zeldzaam begaafd kunstenaar
als Otto Knaap die het (misschien als enige!) deed, want de Indische burgerij als
geheel bleef op de Stamboel en later de Sandiwara) neerzien.
Twee misverstanden zijn intussen ook uit de weg geruimd: dat Mahieu uit een
gegoede familie kwam en "steenrijk" gestorven was. Nu pas blijkt dus dat Mahieu
uit een arm gezin kwam, en hij zal wel even arm overleden zijn, als De Indische
Bond een gedenkteken op zijn graf heeft moeten zetten. Wie heeft dit gedenkteken
ooit gezien? En wie weet waar ergens nog een foto van August Mahieu te vinden is?
In een oud Bondsblad (het orgaan
van "De Indische Bond") werd plaats
gegeven aan een oproeping om steun
voor de oprichting van een eenvou
dig gedenkteken op het graf van wijlen
A. Mahieu, een der weinigen die ge
toond heeft te willen en te kunnen en
zich een bestaan schiep waaraan te
voren nooit door een Indo gedacht is.
Wat Mahieu was en hoeveel strijd
het hem gekost moet hebben eer hij
zich dat bestaan veroverde, vinden wij
het best uiteengezet in een opstel van
de heer Otto Knaap dat wij hier laten
volgen:
DE INDISCHE ANTOINE
Antoine Tardieu
Een Fransman? Nee, een zoon van
Indië, daar geboren en opgevoed en
daar te lande vermaard als de grootste
"cabotin"der tropen. Er vloeit Hol
lands en er vloeit Maleis bloed in zijn
aderen, zodat een Nederlander, wiens
bloed wèl "van vreemde smetten vrij"
is, naar Tollens onuitgesproken verze
kering op Tardieu mag nederzien als
op een minder wezen. Dat hij van fran
se afkomst is, lijdt niet de minste twij
fel: zijn naam en zijn grote liefde voor
het toneel zijn te dien opzichte aan
wijzingen genoeg. Maar:
Sépare qui voudra du nom de ses
aieux,
Moi, je ne veux porter que moi-même
en tous lieux.2)
Tardieu stoft niet op zijn gallische
afstamming wat hem ook niets ge
ven zou doch draagt zijn eigen per
soonlijkheid overal mede.
Hij is klein van gestalte en donker
bruin van kleur; zijn gelaatstrekken zijn
scherp getekend. Zijn zwart, overvloe
dig haar en zijn zware wenkbrauwen
Een typisch krontjong ensemble omstreeks
de eeuwwisseling. Wat Otto Knaap destijds
dacht (en vele Indischgasten nog steeds den
ken!) is, dat de Stamboel en de krontjong
eigenlijk alleen maar paupermanifestaties wa
ren. Niets is minder waar. Muziek kent God
dank) geen standen en klassen! Deze foto
vertoont ontegenzeggelijk het portret van een
respectabel krontjonggezelschap. Geheel rechts
de jonge Smabers (van het beroemde Restau
rant Smabers in Semarang). Van het Stamboel
orkest was bekend dat wanneer August Mahieu
met zijn gezelschap in Batavia optrad, zowel
door Hotel des Indes als de Schouwburg wel
eens spelers van de Stamboel "geleend" wer-
versomberen de ietwat glundere blik
van zijn bruine ogen. Zijn gebaren, of
schoon levendig en spontaan hebben,
door zijn veeljarige loopbaan als acteur,
iets toneelmatigs gekregen. In het da
gelijks leven spreekt hij rad, in korte
zinnetjes.
Zijn opvoeding is gebrekkig geweest.
Tardieu's ouders waren paupers zodat
Antoine, hun enig kind, in zijn prille
jeugd slechts een openbare lagere
school kon bezoeken waar geen school
geld werd geheven. Zijn levendige na
tuur en zijn ongewone bevattelijkheid
trokken echter spoedig de aandacht
van de onderwijzers en, gesteund door
een paar vrienden werden Tardieu's
ouders in staat gesteld om hun zoon,
na het aflopen van de lagere school te
doen genieten van het middelbaar on
derwijs aan een der drie hogere burger
scholen. Aanvankelijk scheen het alsof
uit deze knaap mettertijd een goed
ambtenaar van het binnenlands bestuur
zou groeien. Hij volgde de lessen met
vrucht en kwam met glans door de
overgangsexamens.
Dat Antoine eenmaal aspirant-contro
leur, zelfs assistent-resident en mis
schien wel resident zou worden, het
ouderpaar Tardieu dacht er met een
gevoel van zaligheid aan. In Indië is
voor velen een betrekking bij het bin-
den, die toch maar meteen als volleerde mu
sici konden invallen!
Merkwaardig is het instrument van de derde
persoon van links. Was dit een bestaand in
strument en hoe heette het? Of was het een
zelfgemaakt geïmproviseerd instrumentOok
de "stringbas" en de als zodanig gebruikte
cello waren immers geïmproviseerde "tokkel-
instrumenten" omdat in die tijd bij kleine
orkestjes het slagwerk ontbrak en men in elk
geval behoefte gevoelde aan slagwerk en dus
bovengenoemde "zware" strijkinstrumenten
werden gebruikt ter vervanging van kendang
of trom. Vindingrijk was men in elk geval!
6