REÜNIE t^andean-, pamper3 St. Vincentius "Buitenzorg" houdt 15 mei a.s. een reünie te "Huize Overdonk", Heuvel 13, Dongen (N.B.) Alle ex-gestichtsjongens zijn van harte welkom. Aanvang 11.00 uur v.m. Inlichtingen bij Broeder Perpetius. We hebben er niet lang gewoond en het is zó lang geleden, maar de tijd in Pandean Lamper (een straat in Sema- rang) zal ik nooit vergeten. Mijn ouders hadden een huis gekocht voorbij de grote brug. Vlak bij ons stond eerst een korte, hoge brug. De grobaks en dogkarren gingen dan rrrrrt met een vaart naar beneden; in de regentijd met keplèsèt-plèsèt natuurlijk. Later werd die brug weggebroken en de weg vlak gemaakt. In de droge tijd had onze ke bon altijd moeite om de straat "niet stoffig" te houden, dus met emmer, water uit de slokan en dan maar slrèt op de weg gooien. Als wij dit toen zelf hadden moeten doen, zouden we na twee dagen al gemopperd hebben: Moh zeg, dan maar stoffig. Wat een verschil met de geduldige Javaan. Tegenover ons woonde eerst Johanna Coppens en haar ouders, later de fam. Steffin, waarvan de stiefdochter Troel de Lyon mijn beste vriendin was. Ze kon zo vrolijk en gezellig vertellen over haar klas dat we eeuwig aan het lachen en giechelen waren. En dan had ze een mooie fiets en ik mocht er op Ieren fietsen! Nou, je begrijpt wel, iedere middag om drie uur al klaar met bajen en verschonen en maar wachten tot Troel buiten kwam. Onvermoeid holde ze achter mij aan, hoor. Kasian, als ik eraan terug denk. Zij buiten adem van het rennen en ik idem dito van span ning en uitkijken, turen of er geen steen vlak voor de fiets op de weg lag. An ders babak botjèl mijn knieën. Verder naar rechts woonden o.a. me neer Mager, Ludi Jansen, Elsa Knuppel met haar oudere broers Maud en Wardje, Vera von Lutzow, Paula van Dietz en nog verder, voor een open veld, tante Anna (van Troel) en Piet van Mol, in de leeftijd van mijn oudste broer. Deze broer had veel vrienden en kreeg vaak bezoek van andere jon gelui, Piet en Ferry Heyblom en de jongens Boyer. Soms gingen ze aan de ringen werken, allerlei ingewikkelde standen; een andere keer speelden ze op hun guitaar, wat ik het meest appre cieerde. Ik genoot er intens van, ging ergens in een hoekje zitten en luisterde maar. Vond het prachtig. Nu hoor je zoiets niet meer. Het is al blèrende ge luiden, wat ze muziek noemen. Enfin, ieder zijn smaak, is het niet? Op weg naar de Bangkong Zusters- school passeerde ik iedere morgen de voor mij zo bekende huizen. Naast ons woonde een fam. van Dalen, dan ver derop Heyblom, Boyer, Waworoentoe, waarvan de dochter zo goed kon piano spelen, ernaast Mary Hoorn, met een diepliggend huis en de potten in V- vorm op hun erf. Hierna kwam het bandjirkanaal met de lange, bekende brug. Direct na de brug stond een klein Chinees winkeltje, je weet wel, zo'n warong in nood, als men gauw iets nodig had. Er was van alles te krijgen: vanaf petroleum, minja klentih tot cor ned beef, suikertjes, rokoh krètèk en vliegers en waarvan de eigenaar op klètèk rondliep in badjoe kaos, altijd bezig met iets. Nou, om verder te gaan moest ik voorbij 't huis van Evy Gout met lekkere mangga soorten op 't erf. De oude heer zat altijd voor op een stoel en ik groette hem dan heel ver legen. Gang van Haastert is ook be kend met er tegenover de fam. van Leeuwen. Verderop woonden nog een Oma van Elsa Colijn en de fam. Retel Helmrich. Ook Wim Claasen woonde er in die buurt. Op de hoek stond een Mulo school, maar ik ging linksaf, Pe- terongan in voorbij de melkerij van Elsa Colijn's ouders en langs nog meer bekende huizen (we hadden er tevoren even gewoond) naar school. Misschien een hele afstand, vooral na 1 uur 's middags, maar we vonden het heel gewoon. Wat kunnen sommige pleziertjes toch aldoor in je geheugen blijven; de mid dagen bijv. als we op de dijk speelden en de grobakpaarden, die er liepen te grazen, gingen opjagen. En in de regen tijd gebeurde 't wel eens, dat het band jirkanaal vol was en wij kinderen ston den dan midden op de brug en keken vol ontzag naar al 't water, dat er onder kolkte. In die tijd reden er niet veel auto's, wel grobaks met twee grote wielen en dogkarren of sado's, die we alleen gebruikten om naar school te gaan als het erg hard regende. Dit was ook alweer iets waar we op vlasten, een ritje in zo'n karretje! Mijn oudste broer Vic en zuster Zus waren lid van een club, eerst heette die O.C. (Onze Club), later A.D.V.E.N.D.O. Wat dit betekende weet ik niet meer, was toen pas ongeveer 10 jaar oud. Ik herinner me wel de gezellige avondjes, die bij ons gehouden werden. De jon gelui kwamen om gewoon gezellig met elkaar te dansen, piano te spelen en te lachen. Daar was de wals, de foxtrot en de "step", wat dit dan mag zijn, maar vooral de Lancier was geliefd en altijd was Piet van Mol de sigaar. Ik hoor ze nog roepen: "Piet! Lancier Piet! Waar ben je nou?" 't Scheen dat hij de enige was die dit kon spelen. Omdat ik nog niet meetelde (ze herinneren zich mij misschien niet eens meer) mocht ik met talk strooien om de vloer lekker glad te krijgen en ik genoot met mijn zusjes ergens in een hoek van de pret die de groten hadden. Alles ging zo eenvoudig, ongecom pliceerd en vrolijk. Zo natuurlijk, dat ik me nu afvraag; "Waarom kan 't niet meer zo?" Ik zie de bekende gezichten weer voor me. Jongens uit de buurt, Heyblom en Boyer, Evy Gout, meisjes van Leeuwen met hun broer Eddy, drie meisjes Retel Helmrich, Mies Pechler, de vrolijke Leendert van Heck en Nora, John Bot, Lotje van Ligten, Jet Pieter- maat (overleden), Wim Claasen, Barend van Bergen en natuurlijk ons aller vriend Piet van Mol. Nog wel meer, maar ik ben ze vergeten. Ze werden nooit moe, sloegen geen dans over en zouden iedere zaterdag gekomen zijn, als het kon. Eens gaf de club een uitvoering in de schouwburg: zo van alles en nog wat. 't Best geslaagd was o.a. "Glüh- würmchen", waarvan de meisjes, elk in een andere kleur japon als vuurvliegjes dansten en de heren ze probeerden te vangen. Op een zaterdagmiddag kwa men ze over bij ons en ze werden in costuum, met grote papieren bloemen ernaast, in de tuin gefotografeerd. Ook een gymnastiekstand van jongens en meisjes werd op de trap vastgelegd. Zo jammer, dat ik geen foto van die tijd heb. Ja, 't waren onvergetelijke jaren vol prettige herinneringen. In 1921 vertrokken we naar Salatiga en dat was het einde van Pandean Lamper voor mij. S. DENK ER OM Uiteraard is in onze boekhan del (evenals in elke andere boek handel) niet elk verlangd boek direct voorradig. Houd dus bij het bestellen van een boek altijd rekening met een bezorg-speling van pl.min. vijf dagen. Wees een BOOM, een VRUCHT BOOM. Lever na slechts één maal geplant te zijn vruchten voor vele, vele jaren. Plant f 10,in het FONDS ZESTIGDUIZEND ■i/HiHi/lM/**** 20

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1971 | | pagina 20