EEN KORTE GETUIGENIS
restaurant
wijnands v/h Cecil
Bijzondere herinnering
Tandjoeng Priok, 1943. Ons transport-
Maru-schip voer de haven uit noord
waarts Na een week of wat zetten we
voet aan wal somewhere in Singapore
Tegen eind 1943 zat ik weer met een 4 a
5 honderd man op een ander Maru-schip.
We voeren weg uit één der Singapore-
havens, eerst zuidwaarts, daarna zette het
schip koers naar het westen. 2 of 3 dagen
na ons vertrek kwamen we, naar mijn me
ning, bij Sumatra aan te oordelen naar de
kustbegroeiing, boomsoorten- en vorming
op de achtergrond; dit, uit ervaring, omdat
ik omstreeks 1926 werkzaam ben geweest
bij de Bataafsche Petroleum Maatschappij
te Palembang. Ergens bij een riviermonding
voer de Maru landwaarts in, de rivier op
tot laat in de namiddag en tegen een uur
of 5, gooide deze z'n anker uit bij een aan
legsteiger.
Later pas kwamen we te weten dat we
hier in Pakan Baroe zaten, te herkennen
aan een oude, niet meer in gebruik zijnde
olieboortoren aan de overzijde van de ri
vier tegenover de aanlegsteiger; dus het
kon niet anders zijn of die rivier waarop
we voeren was de Soengei Siak. (S
Soengkei --rivier - kali). Hier moesten we
aan wal en moesten we overstappen op
een reeds gereedstaande trein waarvan de
loc een dieselmotor had; de zg. wagons
waren open bakwagens. Na ongeveer 2
uren rijden, stopte de trein en moesten we
uitstappen; dan afmarcheren en na 10 mi
nuten lopen kwamen we aan een kamp
waarvan de barakken nog ongebruikt wa
ren. Het zag er wel gezellig uit daar deze
barakken onder hoge rubberbomen waren
gebouwd. Van de bevolking vernamen we
later (vanwege de stiekum-ruilhandel), dat
we hier „woonden" aan de rand van het
plaatsje Bangkian die aan de andere oever
van de S. Kampar Kanan is gelegen.
Van de Jap kregen we toestemming om
elke dag in het heldere kaliwater te mogep
baden. De grote vissen die hierin wonen
zijn behoorlijk „onbeschoft", want als je
aan de kant van deze grote kali hurkende
jouw behoefte deed, schoot zo'n onbe
schofte waterbewoner al uit het water om
hoog om „alvast een voorschot te nemen".
Ziet u, we waren dit tevoren nooit gewend,
dus schrokken we ons een beroerte van
zo'n roofoverval Tussen beide oevers
onderhield een veerpont „aan de kabel"
het heel schaarse verkeer. Op dit punt
loopt de grote postweg van Padang, Paja-
koemboeh, Bangkinan, dus ten zuiden van
de S. Kampar Kanan. Straks zult u mer
ken waarom ik Padang hier noem. Overi
gens hadden we hier in dit kamp het niet
zo bar slecht en ook het dagelijks korvee
viel nogal mee; slechts onderhoud van de
railbanen. Het zware werk kwam later,
westwaarts in de richting van Moearo, in
welks omgeving ik bij een treinongeluk
mijn rechteronderbeen heb gebroken.
Het werd intussen 1944... Op een dag
in september als ik mij niet vergis, het was
zondag, dus jasumij, rust, zat ik met een
paar kornuiten aan de straatkant en praat
ten maar wat over heel gewone dingen. Het
begrinte straatje tegenover ons leidde in
de richting van de rivier waar de veerpont
zijn ligplaats had. 't Was zo ongeveer te
gen 2 uur in de middag toen we opeens in
de verte een mensenmenigte uit de richting
van de rivier zagen aankomen. We spraken
niet meer, keken elkaar alleen maar aan,
niet wetende wat er precies gaande was.
Naderbij gekomen, zagen we pas dat we
te doen hadden met krijgsgevangenen on
der begeleiding van een paar Japanse sol
daten. Deze mannen zagen er onmenselijk
en gehavend uit; in lompen gehuld. De
meesten liepen krom, voorover gebukt, en
kelen van hen leunend op een stok, tak of
een stuk hout dat ze hier of daar konden
oprapen. Veel gewonden liepen tussen hen
in. „Wat zou hun overkomen zijn", vroe
gen we ons af, Dan, plotseling herkende
ik tussen die menigte een mij zeer wel
bekend gezicht. Ja hoor, het was Johan
Portier, een jeugdvriend van me van de
lagere school in SalatigaVan de Jap
kregen we geen toestemming om in con
tact te komen met deze nieuw aangekome-
nen, maar pas na enkele dagen nam ik
de gelegenheid waar om Johan te spreken.
Hij vertelde me, dat het schip, de Yuno
Maru waarop hij zat, met de andere op
varenden inclusief honderden Romusha s
(speciale werkers voor Nippon) in de In
dische Oceaan, in de buurt van Benkoelen
was getorpedeerd en bij „Padang" werden
de overlevenden aan wal gebracht. Van een
andere drenkeling vernam ik later dat, toen
de Yuno doormidden gebroken ten onder
ging, hij nog hoorde het gehuil, gejammer
en geschreeuw uit honderden kelen van
deze Romusha's, uitroepende: „Alah i-joeng-
Alahohohü Een verschrikkelijk moment
voor iedereen op die boot, vindt u niet,
Romusha of geen Romusha Het noodlot
speelde hier een rol
De drenkelingen nieuwaangekomenen
kregen op deze eerste dag huisvesting in
ons kamp, de volgende dag al werden ze
afgevoerd naar Kamp 4, een nabijgelegen
kamp, waar nog velen van hen na hun
moeizame redding, stierven van de doorge
stane ellende en vermoeienissen, gevolgen
van de ramp.
Om terug te komen op de aankomst van
onze drenkelingen, ze werden dus allen
getransporteerd uit Padang, eerst per trein
denk ik tot Pajakoemboeh en vandaaruit in
open trucks tot meergenoemde veerpont.
Vele gewonden die nog lopen konden of
moesten lopen; gelukkig niet ver...
Het laatste - met de veerpont overge
brachte slachtoffer kon helaas niet meer
lopen Hij was zwaar gewond en half
bewusteloos. In die toestand werd hij door
nog fitte jongelui het kamp binnengedra
gen Weet u wie die. zwaar gewonde en
bewusteloze man was, beste lezers en leze
ressen? Iemand die op het ogenblik bij
Tong Tong, op Tjalies kantoor te Den Haag
bergen werk zit te verzetten niemand
anders dan, ik noem hem Dick, de heer J.
F. van der Lee. Ja lezers, zo'n ramp heeft
Dick „moeten" meemaken en weer... op
een heel wonderlijke wijze heeft God Dick
zijn leven gespaard. Hier zal ik u willen
vertellen wat Dick heeft meegemaakt, maar
niet met mijn woorden, maar Dick's eigen
woorden die vastgelegd zijn in één zijner
brieven aan mij persoonlijk gericht. Deze
brief heb ik tot op deze dag, terwijl ik dit
neerschrijf, nog veilig bewaard
Slechts met Dick's toestemming zou dit
artikel van me en met goedvinden van
Boeng Tjalie natuurlijk - in „ons" familie
blad „Tong-Tong" kunnen komen. Wat Dick
schreef? Hier is hij aan het woord:
HOLLANDSE en INDISCHE KEUKEN
Hoogstr. 12 - Den Haag - Tel. 600712
Dir. M. WIJNANDS
v/h Grand Hotel Makassar
„Je moet weten, dat ik geen 3 meter kan
zwemmen. Toen de Yuno Maru zinkende
was, viel ik eerst op m'n knieën en bad.
„Vader, ik ben bereid. Wil voor onze vrouw
en kinderen zorgen. Als ik hetzelf nog
moet doen, kan het alleen met uw zegen
en met uw hulp. Om Jezus' wil zal ik in
zee springen" Zwaar gewond en bloe
dend sprong ik er in en heb ik het 2 etma
len volgehouden. Noem dit een KORTE
GETUIGENIS"
Noot:
In kamp 4 kreeg Dick ook nog longont
steking en lag op sterven. Dr. Haga, Dick's
buurman uit Malang hielp Dick aan zijn
„laatste" Dagenan-tablet.
Dick bleef in leven
(„Vader, Uw wil geschiede").
Hugo Hamar.
Het was diezelfde Dick, die ons zin
kende Tong-Tong-scheepje redde toen Wim
Schaay en Tjalie „afknapten" (Wim stierf
een half jaar later), maar zonder één woord
te zeggen, nam Dick achter de directietafel
plaats en hielp Tong-Tong overeind te ko
men. Wij hebben gedurende onze zestien
jaren met Tong-Tong geleerd, dat zij die
het zwaarst beproefd werden, onze beste
abonnees bleken te zijn. - Red.
Ik liet mijn zoon van alles leren: ge
weer-schermen, Jujutsie, Judo, enz. Dit
laatste door een echte Jap.
Aan de Birma, waar mijn zoon met
kornuiten, ook van het Lyceum, werk
ten onder toezicht van een Japans Of
ficier met masker, zoals alle Officieren
liepen, als bescherming tegen moge
lijke infecties, gebeurde het volgende.
Op een dag moesten ze voorkomen,
terwijl de Jap hen noemde bij hun voor
namen, wat ze zeer vreemd vonden.
Ze moesten een carré graven. Toen
het klaar was, vroeg de Officier hen,
waar het op leek. Ze durfden niet te
zeggen, wat ze vreesden, n.l. dat ze
hun eigen graf hadden gegraven, dus,
dat ze dood geschoten zouden wor
den.
De Jap trok zijn masker af en de
jongens zagen hun oud-Judo-leraar!
Dat carré was het Judo-carré!
M.M.
13
ABONNEES AMERIKA
Tong Tong niet ontvangen of
beschadigd en U wilt gauw een
ander exemplaar? Bij Roy Stee-
vensz, 1 1543 Buell str., Santa Fe
Springs, California 90670 kunt U
er om vragen
Naar Den Haag schrijven duurt
lang!