KONFRONTATIE EUTHANASIE Tjutbrai door H. M. LAPRÉ De redactie is t.a.v. deze artikelen óók toehoorder, en stelt zich dus niet pro- of contra de diverse opinies en conclusies die erin worden uitgesproken. Wat wij niet gebruiken kunnen, leggen wij naast ons neer. Sommige inzichten zijn nuttig en wij hopen ze te kunnen gebruiken. Zijn wij de moderne psy chologie ontgroeid of spreken wij hier nog een woordje mee- Red. De euthanasie (pijnloze beëindiging van het leven bij onherstelbare zieken) was reeds bij de oude volkeren bekend. De arts of medicijnman uit die tijd had het recht het leven van zijn patiënt af te breken wanneer hij het nodig achtte en was aan niemand enige verantwoording schuldig. Uiteraard waren de maatstaven die daarbij gebruikt werden uitermate extreem en ongetwijfeld in onze ogen onmenselijk. Een duidelijk voorbeeld was de z.g. "Spartaanse op voeding". Deze opvoeding begon al direkt een dag na de geboorte van de baby. Het wichtje werd gedurende enige tijd geheel naakt in de sneeuw gedompeld totdat het geheel paars aanliep. Deze "sneeuwtest", wat in feite niets anders was dan een soort selektie, werd alleen overleefd door de aller- sterksten en fysiek volkomen gezonde ba- bies. De rest stierf zodat hen een leven vol lijden, ziekten en kommer bespaard werd; althans op een dergelijke wijze redeneer den deze "opvoeders". Door deze methode konden zij tevens hun ideaal verwezenlijken, nl. het kreëren van een superieur en fysiek volkomen gezond mensenras. Euthanasie, uit het grieks afkomstig, wil letterlijk zeggen "goede dood". In ons artikel zullen wij ons bepalen tot situaties, die in direkt verband staan met de onnodige levensverlenging van de stervende, in het bijzonder wanneer dit stervensproces ge paard gaat met smartelijk of zinloos lijden. Natuurlijk komen al direkt vele vragen naar boven, zoals: mogen wij over het leven beschikken van onze medemensen? Zo ja, wanneer is het dan een medemenselijke daad, dus geoorloofd en wanneer wordt het moord? Zo nee, moeten wij dan dat leven van de stervende, die b.v. ondragelijke pijnen lijdt of een puur vegetatief bestaan leidt, toch nog kost wat het kost zo lang mogelijk rekken of in stand houden? Alvorens daar dieper op in te gaan zou ik er gaarne op willen attenderen dat dit artikel, zoals alle andere artikelen in de rubriek "konfrontatie", uitsluitend bedoeld is als bezinning en dienovereenkomstig nimmer pretendeert het laatste woord te zijn. Om het probleem der euthanasie op reële voet te benaderen is een intelligente aanpak nodig. In geen enkel opzicht mogen wij ons hierbij laten leiden door de stem van het geweten (latijn: conscientia, letterlijk het zedelijk bewustzijn als besef van goed en kwaad, van recht en onrecht) en wel om die redenen dat het een hoogst onbetrouwbare gids blijkt te zijn. Deze psychische instantie, opgebouwd uit allerlei eigenaardige en sub- jektieye elementen (overgeërfde eigen schappen, religieuze oriëntatie, milieu en nog vele andere faktoren) funktioneert bij ieder mens anders. Uw waardebepalingen over goed en kwaad zullen heel anders zijn dan de mijne of die van uw buurman. Kortom, het geweten is niets meer of min der dan een uit vroege kindertijd daterende kritiekloze weergave van oordeel van onze opvoeders èn van het kuituurpatroon waar in wij zijn opgegroeid. Het geweten is dus niet - zoals godsdiensten of mystieke le ringen vaak beweren - die "hogere stem" in ons waarnaar geluisterd moet worden. Het is een blind psychisch mechanisme dat nodig is om onszelf te handhaven binnen een groep of maatschappij waarin wij leven of wensen te leven. Want zonder dat zede lijk bewustzijn zouden wij al gauw in kon- flikt komen met de normen, de spelregels die voor de groep gelden en dus onvermij delijk een outcast worden. Het is niet abnormaal indien wij ons thans bezighouden met de problemen rondom de dood, want na een bepaalde leeftijd worden wij er steeds veelvuldiger en indringender mee gekonfronteerd. Steeds meer vrienden en verwanten vallen van ons weg waardoor de vereenzaming een steeds grotere rol gaat spelen. Het kontakt met de jongere generatie komt moeilijk tot stand vanwege die generatiekloof en eerst onbewust, later meer bewuster, gaan we ons verzoenen met de gedachten dat ook wij er eens niet meer zullen zijn. Dergelijke gedachten, eerst er varen als een vage schim in het verre ver schiet, krijgt naar mate wij ouder worden steeds duidelijkere kontouren. Maar toch is dat misschien wel niet het allergrootste probleem. Benauwender zijn de gedachten omtrent het proces dat de dood vooraf gaat, zoals in de gedaante van een hevig en smartelijk lijden, een uitzichtloos ziek bed, of de doodstrijd zelf. Te weten dat alles, wat wij moeizaam in ons leven ver gaard hebben, er voor gevochten hebben, weer langzaam gaat ontglippen, ja tot zelfs onze eigen stoffelijke identiteit toe. Plotse ling lijkt alles dan niet meer zo belangrijk! Hoe wij moeten leven, hiervoor bestaan duizend en één wegwijzers, boeken en kursussen. ledereen is bereid u vlot en des noods gratis te zeggen hoe te leven. Maar hoe te sterven, hiervoor zijn geen wegwij zers. Nergens enige reële houvast dan de verklaringen of beloften van de kant der godsdienstleraren of spiritisten. Het pro bleem is in onze tijd groter geworden omdat de dood, in tegenstelling met de oude vol keren, niet meer past in het moderne leven. De dood is nu een taboe, een soort ziekte die door de wetenschap nog niet overwon nen is. Bij de benadering van het probleem der euthanasie zal in dit artikel uitgegaan wor den van de hypotese dat de menselijke ziel een realiteit is (echter niet fn de zin zoals godsdiensten deze ziel zich voorstellen; 'hoe dan wel, hoe ze werkt en hoe ze zich manifesteert, daar hoop Ik in een later artikel uitvoerig op terug te komen; dit is het terrein der para-psychologie, waar de onderzoekingen over "ziel" en "leven" na de dood nog in volle gang zijn). Een ander punt waar wij vanuit zullen gaan is dat ieder mens uniek is. Wij hebben allemaal ons eigen levenspatroon en levens lot. Verschillend als wij zijn, reageren wij dus ook anders. Daarom mogen wij nooit eigen ideeën, levenswijze en stokpaardjes aan de andere opdringen. Doen wij dit dan getuigt het van eigen existentiële onzeker heden. Problemen zoals euthanasie kunnen alleen benaderd worden via een vol-menselijk standpunt. Dat wil zeggen: het hebben van een yolledig respekt voor de medemens, niemand uitgezonderd. Een middeleeuwse kerkvader formuleerde dit respekt voor de medemens als volgt: "wat mens wordt is reeds mens en wat mens was blijft mens". Deze achting geldt zowel voor de vrucht in de baarmoeder, die bezig is zich te ont wikkelen tot een volwaardig mensje als voor hen die om welke reden dan ook in een toestand van desintegratie verkeert (uiteenvallen van de persoonlijkheid door fysieke of psychische oorzaken). De eer bied voor iedere mens, onder welke omstan digheden hij ook moge verkeren, is in feite steeds gericht tot de levende ziel, zijn zielepersoonlijkheid en niet tot de stoffelijke verschijning, het lichaam. Onze medische wetenschap krijgt een steeds steviger greep op het menselijk le ven: Nog maar enkele generaties terug was een ieder met een eenvoudige blindedarm- of longontsteking onherroepelijk ten dode opgeschreven, maar nu kan zij zelfs de klinische doden weer tot leven terugbren gen (reanimatie). Het leven van de patiënt kan eindeloos gerekt worden en desnoods ingevriesd worden. Wij kunnen de hersenen uit het hoofd verwijderen en het onder een glazen stolp onbeperkt verder laten funktio- neren, maar als al die kennis niet gebruikt wordt overeenkomstig humane beginselen dan blijft het een demonische aangelegen heid. Een voorbeeld: hoe vaak gebeurt het niet dat het leven van de stervende, die om welke redenen dan ook verlangend naar het einde uitziet, door allerlei medische ingrepen in leven wordt gehouden. Is die patiënt nu gebaat met deze uitstel van executie? Ik geloof van niet, want is de dood eigenlijk niets anders dan een geor ganiseerd en natuurlijk bevrijdingsproces van de levende ziel. En dit wordt thans op allerlei mogelijke manieren belemmerd. En laat u nu eens niet in die ziel geloven, dan nog is het in strijd met de menselijke waar digheid, want óók de stervende heeft het recht om menswaardig te sterven .Dat moe ten wij hem gunnen! Gelukkig krijgt deze gedachtengang steeds meer weerklank bij de deskundigen op het desbetreffende ge bied. In het slot van dit onderwerp: tegenargu- mentaties van de zijde der godsdiensten. De aktieve- en passieve vormen van eutha nasie. Persoonlijke korrespondentie over deze ru briek richten aan; H. M. Lapré, postbus 409, Den Haag. Volgens 2 Indonesische (Javaanse) lek toren aan de Universitas Indonesia, die onlangs Washington DC hebben be zocht, en die bij ons ge-njate-ed satee gegeten), zoals te doen gebrui kelijk, want mijn vrouw is een Javaanse, is de tjutbrai een soort jumpsuit of flares. In mijn artikeltje voorkomende in TT. van 1 okt-, 1971 moet dus alleen dat hot pants worden gewijzigd in jump suit of flares. A.E.S.-T. 19

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1972 | | pagina 19