VISSEN IN DE INDISCHE ZEE Si Kès Las bovengenoemd artikel (van A. A. Denninghof-Stelling) met belangstel ling. Op de "Castor" van de Be'ba- kening en Kustverlichting hadden we ook altijd veel succes met de sleeplijn. Het schip liep maar 6 mijl en deze vaart is ideaal voor dit werk. Omdat we meestal geen passagiers aan boord hadden konden we ook wel van onze koers afwijken om langs de rand van een 'bank te gaan varen. (Anders zo raar deze). Langs de banken zit de meeste vis, in volle zee vang je wel eens een enkele verdwaalde. Onze lijn was wel zo'n 60 m lang en had aan het eind een sterke staaldraad en een haak van wel 4 mm dik staal. En om de haak dwarrelden lange stro ken rood en wit katoen. Op een keer kwam ik in Surabaja door de Chinese kamp en daar zag ik in een visartikelen-toko o.a. een mooie snoeklepel. Aan boord waren we er allemaal opgetogen over. Bovendien stond op de verpakking dat het ding "irresistible to all game-fishes" was, dus wat wil je meer. Een paar dagen later moesten we van Surabaja naar Makassar. Onze reis liep langs de Pa ternoster-eilanden en we zochten steeds het goede viswater met achter ons de snoeklepel. Vanaf de brug kon je hem zien glinsteren. Maar we vin gen geen bal! Na Makasser moesten we naar de Banggai-archipel (O-Celebes). Veel diep water, maar bij Benggai lag een lange uitgestrekte bank met circa 25 m. water. Onze gezagvoerder had trek in een vis en hij stelde voor: eerst een half uuur met de snoeklepel, dan inha len en de oude lijn met de lapjes. Je kon wedden voor een fles bier. Welnu, de snoeklepel werd een grote sof. En we hadden de lijn met de lapjes nog niet geheel uitgevierd of er hing al een knaap van een tengiri aan. Langzaam aan en binnen gehaald. Daarna vingen we er nog een, waarmee het bier naar de Ouwe ging. Het bewijs was gele verd. Hoe wisten we dat we beet hadden? Wel, de brug liep door tot bijna het achterschip. Het eind van de lijn werd aan een tentstut op de brug vastge maakt. Dan werd een bocht van die lijn met een stukje zeilgaren eveneens aan de stut vastgebonden en aan die bocht ook nog een leeg petroleumblik. Brak door het trekken van de vis het zeilga ren dan werd het lege blik met flink kabaal naar achteren getrokken. Een eenvoudige manier om te horen of je beet had. Dan ging de telegraaf op langzaam en de vangst werd geborgen. De hele bemanning profiteerde mee, natuurlijk. Maar de lekkerste vis, de rode kakap kon je er niet mee vangen, helaas. Die moesten met aas worden verschalkt, als je ten anker lag op een diepte van ca. 25 m. Het liefst bij ko raalriffen en dan liefst nog als er een kali in zee liep. Ik herinner me o.a. Wahai op de N.-kust van Ceram. De mandoer van de stokers, een Madoe- rees, ving er daar 10 achter elkaar met de handlijn. Hij was een bijna mystiek visser. Anderen hadden met zo'n zelf de lijn en hetzelfde aas géén succes en ik heb nooit kunnen begrijpen waar om niet. Van de inzender is het begeleidend briefje met zijn naam en adres reeds opgeruimd; wil hij ons nog even schrij ven zodat wij hem de foto terug kun nen sturen? In het algemeen alle lezers: ook al schrijft U onder pseudoniem, zet daar onder altijd Uw werkelijke naam en adres (dus op hetzelfde vel papier). Voorts: schrijf altijd achterop inge stuurde foto's Uw naam en adres. Be geleidende brieven ruimen wij altijd gauw op om onze correspondentie- berg uit te dunnen! - Red. WILLEM CHRISTIAAN LEIDELMEYER EN MARGIE SILVIA DONATA VAN DIJK hebben de eer U mede namens U wederzijdse ouders kennis te fj geven van hun voorgenomen huwelijk, waarvan de voltrekking zal plaatsvinden: Op zaterdag 8 juli 1972 bij de Burgelijke Stand in Djakar ta waarna de Kerkelijke inzege ning volgt in de Kathedraal te Djakarta. UTRECHT DJAKARTA 8 juli 1972. RECEPTIE van 19.00 tot 21.00 uur GEBOUW: BALL ROOM HOTEL PARIPURNA, Djalan Hajam Wu- ruk 25-26, Djakarta. Toekomstig adres: Marshall-laan 158, Utrecht, Nederland. "OERIP SOEMOHARDJO" Binnenkort verschijnt in de Moesson reeks een levensschets van generaal Oerip Soemohardjo van de hand van zijn weduwe. Oerip, een telg uit een p rij a j i - f ami li e in Midden Java begon zijn carriere als officier in het KNIL en ein digde als chef-staf van de Indonesische strijdkrachten: een loopbaan op het snijpunt van twee werelden. De schets van het leven in een binnenplaats als Poerworedjo, waar Oerip geboren werd zal velen treffen: hier was de aanraking tussen Javanen en Nederlanders veel inniger en rijker dan in de grote steden mogelijk was. In zekere zin is dit boek je - dat overigens geen pretentie heeft - een aanvulling op het boek van Mar- gono Djojohadikusumo "Herinneringen uit drie tijdperken"; het geeft een boei end beeld van het leven van een Ja vaanse familie, sterk georienteerd op Nederland, maar nochtans "Indone sisch" zelfs in een tijdvak, dat dit woord nog nauwelijks in wetenschap pelijke kring werd gebruikt, laat staan in de volksmond. De onbevangen wijze, waarop de schrijfster - in voortreffelijk Nederlands - het leven van haar man (en haarzelve) schetst zal velen met nog levendige herinnering aan het "oude Indië" sterk boeien - zoals het ons geboeid heeft. J.H.R. Een boek, zó recht-uit-het-hart ge schreven, dat je met verbazing consta teren moet dat het toch gaat om het leven van Europeanen en Aziaten met veel stroeve en pijnlijke wrijvingen, cu mulerend in een definitief uit elkaar scheuren van twee volken die vier eeu wen samen leefden. Voor de schrijfster hebben edhter geen "partijen" en "standpunten" het boek (en het leven!) bepaald, maar eerlijke mensen met het hart op de rechte plaats. De Uitgeverij Tong Tong is er trots op, dit juweeltje in haar Moesson-serie te hebben mogen uitgeven. T.R. Vervolg "Akar Bahar" van pag. 7 a. "Baat het niet, het schaadt ook niet, ik ben liever zeker". b. "Het bewijs dat er GEEN krachten in akar-bahar zitten tegen rheumatiek is óók nooit geleverd." c. "Ik heb mijn leven lang geleefd met allerlei mensen die akar-bahar droegen, en weet dat deze gewoonte al van oudsher stamt. Ik waag het erop, ook al noemt men mij bijgelovig." d. "Ik draag de akar-bahar armband als sieraad" (Hiertoe behoort o.a. ook Tjalie R. die er verder aan toevoegt: wie oude mensen heeft zien lijden onder rheumatiek, durft alles aan!) 8

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1972 | | pagina 8