TENTOONSTELLING KUNST UIT DE OOST: SFEERVOL, MAAR GEEN TOTALITEIT Een kritische beschouwing door H. de Gelder "Het landschap en zijn kinderen" noemde de Duitser Walter Spies dit schilderij dat hij in 1939 op Bali maakte. Het is een symfonie van licht en kleuren, maar Spies was dan ook van huis uit musicus. In Amsterdam is in de nieuwe zaal van het Rijksmuseum tot 10 december een tentoonstelling van Nederlandse kunst uit de Oost. Naast enkele meubelstuk ken bestaat het overgrote deel uit schilderijen en tekeningen uit het voor malig Nederlands-lndië. Als ik goed ben ingelicht, is de tentoon stelling gehouden onder auspicieën van de Stichting Cultuurgeschiedenis van de Nederlanders Overzee. Zo han gen er uit verschillende musea en uit particulier bezit veel schilderijen met voor het merendeel afbeeldingen van een ver verleden en weinig uit deze eeuw, waarbij het mij opviel dat hier weinig Nederlandse schilders te vinden waren. Afgezien van de 'sfeer' die uiteraard opgeroepen wordt door de kleurige tropenlandschappen en portretten langs de wanden (zelfs de suppoost kwam - zo te horen - nog uit de Oost) was ik wel wat teleurgesteld door de gebrek kige wijze van samenstelling; hier had veel méér van gemaakt kunnen wor den! Men heeft kennnelijk 'van alles wat' willen tonen, en toch niet te veel, waardoor de indeling wat eenzijdig aan doet, voor mijn gevoel. De schilders Hardouin en Payen waren ruim vertegenwoordigd, evenals onder meer Raden Saleh. Het voert te ver alle schilders met hun kunst hier de revue te laten passeren, doch ik wil wel benadrukken dat het voor 'insiders' evengoed de moeite loont uit histo risch oogpunt de tentoongestelde doe ken met een bezoek te vereren. Het schilderstuk van de handelsman Cnoll is knap (ik meen van de schilder Coemans); het zeer rijke vroegere In- dië wordt op een groot doek goed uitgebeeld. Het stuk 'Kasteel van Ba tavia, gezien vanaf de rivier' van Beek man is treffend. Er hangt een doek van Payen: Weeshuis te Makassar (uit be gin 1800); er zijn twee landschappen uit Pengalengan, en zo is er meer. Het mooiste schilderij, en mijns inziens alleen al een bezoekje aan het museum waard, is rechts achterin de tweede zaal het grote schilderij: Op de rede van Ternate. DIT was Indië! Het doek was voor deze gelegenheid door het Rijksmuseum voor Volkenkunde te Leiden uitgeleend aan het Amsterdam se Rijksmuseum. De schilder, A. A. J. Payen, werd in België geboren in 1795 en stierf in 1853. Als ik mij goed herinner, hangt er van hem links ach terin dezelfde zaal een zelfportret. De rede van Ternate: waarschijnlijk bij ondergaande zon geschilderd. De hele baai is weergegeven in kleuren die rust en vrede ademen; je vóelt er de bries langs je hoofd strijken. Bijzonder mooi! Romantisch is ook het portret van een 'Indisch meisje', één en al gratie in de wijze waarop zij duidelijk geposeerd moet hebben. De twee Kinderportretten (vermoedelijk 17de eeuws), vormen met dit schilderij een tegenstelling en zijn veel stijver van opzet. Ik heb staan mijmeren bij twee zetels van met verguldsel beslagen hout, wel ke afkomstig waren uit het voormalig Hooggerechtshof te Batavia. Mijn over grootvader was indertijd zelf procu reur-generaal aan dit Hooggerechtshof, en al zijn deze stoelen vermoedelijk niet uit zijn ambtsperiode maar van kort daarna, toch was het een vreemd idee deze stoelen thans in een Amster dams museum te zien staan - het is 1972! - en Nederlands-lndië is nu Indo nesië Ik hoop dat er eens een grotere ten toonstelling over Nederlands-lndië wordt opgezet. Ik maak me sterk dat er in de musea echt wel méér Indische kunst te vinden is die de moeite van het tentoonstellen waard is. Het is een tijd die voorbij is, het is historie geworden, maar er leven nog mensen uit die periode voor wie een dergelijke tentoonstelling niet alleen historie betekent, maar ook herinnerin gen aan een nog sterk levend verleden. Dit merkte ik op in de museumzaal, waar enige 'oud-Indiërs' op een bankje landschap voor landschap op zich lie ten inwerken - met uitgestrekte wijs vingers Noot van de Redactie: Dit is geen recensie van een "deskun dige", maar van een eenvoudig Indisch man. Daarom is de woordkeuze zo prettig volgbaar en worden ons raad selachtige uitspraken bespaard. Echt een "teroes-terang" kijkje, dat in Tong Tong past. Maar zelfs deze argeloze toeschouwer is opgevallen dat men "kennelijk van alles wat" heeft willen nemen, een typisch gebrek dat ook de literaire "Oost Indische Spiegel" aankleeft (zie vorig nummer). Hetgeen doodgewoon veroorzaakt is door het feit dat men op geen stukken weet wat echt Indisch genoemd mag worden en wat niet: de Indische maatstaf ontbreekt. Telkens zal men overigens in publica ties en studies van de laatste jaren merken dat een nieuwe problematiek is komen opdoemen: wat is (van wat en wie ook) de ware identiteit? De hele wereld zoekt er momenteel naar. De bestaande definities en indelingen vol doen al lang niet meeren zonder betrouwbare identiteiten is alles chaos! HOTEL "DE RUITER" HOUTHEM bij Valkenburg (Z.L.), St. Gerlach 43, tel. 04406 - 29 86 Riant uitzicht op het Geuldal doel denken aan de mooie rustige om geving van de Preanger Zeer geschikt voor diegenen die op me disch advies een rustkuur moeten onder gaan Met dieet-patienten wordt rekening ge houden Alle kamers centraal verwarmd en voorzien van warm en koud stromend water. Volledig pension ƒ22,logies met ontbijt 14,per dag per persoon inclusief be diening en B.T.W. 6

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1972 | | pagina 6