"Huize Insulinde",
verblijf van de Oud-Indisch Militair
VILMA
16
"Huize insulinde" in Hees bij Nijmegen, met de grote, mooie tuin.
In het begin van deze eeuw was het zo,
dat de gepensioneerde en gepaspoorteerde
"kolonialen" bij terugkeer in het vaderland,
hetzij voorgoed, hetzij met verlof, maar
moesten zien zichzelf te redden. De "boe-
djangs" onder hen konden terecht in het
Kon. Militair Invalidenhuis "Bronbeek" te
Arnhem, doch de gehuwden of zij, die om
een of andere reden niet konden worden
opgenomen (tegenzin om 's Konings wa
penrok nog langer te dragen b.v.) waren
aangewezen op veelal obscure kosthuizen.
Het karige pensioen of de verlofssoldij wa-
zeer beslist onvoldoende om in het levens
onderhoud te voorzien. Een vak had men
meestal in de Oost niet geleerd, zodat men
aangewezen was op liefdadigheid. Hoeveel
te meer was het treurig gesteld met de
oude soldaat, wanneer hoge leeftijd, een
door ziekten in een ongezond klimaat ver
zwakt of door eervolle verwondingen ver
minkt lichaam het onmogelijk maakten nog
iets bij te verdienen als nachtwaker of iets
dergelijks. Velen zagen dan ook met angst
de dag tegemoet, dat zij weder op trans
port naar het Vaderland zouden worden
gesteld.
De toenmalige onderluitenant - later 2e lui
tenant-titulair en Ridder O.N. Arie van Box
tel nam het initiatief om voor deze mensen
een tehuis te stichten, waarin zij onbezorgd
de oude dag zouden kunnen beleven. Hij
begon gelden bijeen te brengen, o.m. door
het bij de diverse betaalmeesters plaatsen
van de eertijds bekende rood-wit-blauwe
collectebussen, waarin men van zijn weke
lijks soldij een paar centen kon werpen
voor het "Plan van Boxel". Inderdaad is
het geld met dubbeltjes, stuivers, gobangs
en centen bij elkaar gebracht, als men in
aanmerking neemt, welke karige soldij des
tijds voor Jan Soldaat was weggelegd.
Ofschoon vele kleintjes een grote maken,
zou men toch nooit het kapitaal bijeen heb
ben gekregen om een tehuis op te richten,
ware het niet dat de toenmalige Directeur
van Justitie Mr. J. J. Schrieke toestemming
gaf te participeren voor het nobele doel in
de Indische Staatsloterij.
Op 18 februari 1918 werd de oprichtings-
acte gepasseerd van de Stichting Verblijf
voor de Oud-Indische Militair en reeds in
januari 1919 kon een verblijf worden ge
opend in het voormalige Hotel de Doelen
aan de Oude Varkensmarkt te Nijmegen
met als eerste directeur Arie van Boxtel
zelf.
Men had Nijmegen gekozen, wijl daar im
mers de Koloniale Reserve gelegerd was
en men het destijds van betekenis achtte,
dat de oud-gedienden nog contact konden
onderhouden met de actief dienenden. Dank
zij vele giften, legaten en schenkingen kon
de Stichting zich financieel handhaven. De
van Rijkswege verleende - in de oorlog in
getrokken en nooit meer verleende sub
sidie - was b.w.v. spreken een druppel op
de gloeiende plaat.
Na 1949 zagen veel maatschappijen, die
ginds belangen hadden, zich genoodzaakt
hun jaarlijke bijdragen te verminderen of ge
heel te beëindigen.
In 1931 kon het landhuis van de vroegere
circusdirecteur Oscar Carré in Hees wor
den aangekocht, hetwelk de naam kreeg
"Huize Insulinde". Er werd een 2e verdie
ping op gebouwd, zodat men tenslotte over
een 35-tal kamers kon beschikken, 23 voor
boedjangs, 9 voor gehuwden. In de oorlogs
jaren werd het tehuis door S.S. gevorderd
en de bewoners ondergebracht in Bronbeek
en bij particulieren, waarbij de Stichting het
grootste gedeelte van het kostgeld voor
haar rekening namEerst medio 1946
kwam het gebouw weer beschikbaar, wijl
na de Duitsers de Canadezen het in gebruik
hadden genomenDe bezetting van het
tehuis door ex-KNIL-Militairen liep de laat
ste jaren enigszins terug, doch de plaatsen
werden graag ingenomen door particulieren,
de meesten met Indische binding.
"Insulinde" werd een echt bejaardentehuis
en als zodanig ook bij de overheid gere
gistreerd. De bewoners betaalden "kost
geld" naar hun inkomen en de Stichting
paste bij; wel wat anders dan in de huidige
tehuizen, waar naar verluidt 90 op kos
ten van de gemeenschap, i.e. Sociale Za
ken, zit. Om deze reden voelden zich de
bewoners verheven boven bewoners van
hypermoderne huizen, want zij betaalden
immers zélf; graag accepteerden zij het
feit, dat in "Insulinde" niet alles even
modern was. Maar men was er vrij en
men at er minstens twee keer per week
rijst. Hadden vele tehuizen tot nu toe nog
steeds slaapzalen zonder enige privacy, in
"Insulinde" had ieder zijn eigen "bedoe
ning", eigen meubels, enz. Moderne dou
ches, drie badkamers, een ruime eet- en
conversatiezaal met buffet een biblio
theek-leeszaal, een volledig ingerichte zie
kenzaal, enz. De fraai onderhouden tuin van
1.25 HA. met wandelpaden, boomgaard, enz.
noodde tot de nodige beweging in de open
lucht voor de meest zeer oude bewoners.
Waar v.z.v. bekend slechts "Dennenrust"
in Renkum een tehuis is met typisch In
dische sfeer, voorzag "Insulinde" zeer ze
ker in een grote behoefte. Na van Boxtel
is de leiding van het tehuis steeds in han
den geweest van verdienstelijke KNIL-on-
derofficieren; eerst in 1951 werd een ge
wezen Commissaris van Politie uit Nieuw.
Guinea benoemd tot directeur, terwijl van
januari 1955 tot december 1968 onderge
tekende deze functie bekleedde.
Ik was weliswaar geen beroepsmilitair,
doch als dienstplichtige van soldaat opge
klommen tot reserve-kapitein, zodat ik de
tangsi-sfeer zeer goed kende en dan ook
bijzonder goed met de Jannen kon op
schieten.
Als ex-BB-er en zelf Indo in staat ook met
de niet-Nederlands sprekende echtgenoten
der militairen om te gaan. Er hebben dan
ook wel zeer bijzondere beweegredenen
toe geleid, dat het Stichtingsbestuur - na
het optreden van een nieuwe, niets van
Indië afwetende Voorzitter - ondergeteken
de verving door een "totokse" ongedi
plomeerde bejaardenverzorgster van 23 jaar
(sic!), Nog geen twee jaar na mijn heen
gaan, werd de Stichting opgeheven en het
tehuis met aangrenzende directeurswoning
met de grond gelijk gemaakt.
Aan de lezer te beoordelen of dit ooit de
bedoeling is geweest van wijlen Arie van
Boxtel en de zijnen.
de Santy.
Jeugdherinneringen uit Jogja 3,90
0,90 porto.