Uit een eenvoudig foto-album zoals iedereen had, met vriendelijke doodgewone kijkjes op het leven van alle dag - in dit geval uit het album van Lenie Heller. Dringt ooit wel tot ons door hoe Indisch we letterlijk geleefd heb ben van het eerste tot het laatste kiezelsteen tje van ons Indische huis? Pas als we nog eens gewoon van voren naar achteren door het gemiddelde (niet eens erg oude) Indische huis lopen, begrijpen we hoe totaal anders we wel gevormd móesten worden. Totaal! Zelfs ongeacht of we Indo of Totok of Indonesisch waren. We pikten deze honderd procent on pretentieuze foto's uit het album van een To toks meisje in de 20- 30er jaren in Betawie, maar we hadden net zo goed het foto-album kunnen pikken van een Indonesische jongeman in Surabaya of van een echt Indische familie in Bogor, Padang of Solo, we hadden hetzelfde patroon gevonden! Want waar of niet, zó zagen de meeste huizen van de doorsnee middenstan der er in Indië uit van voren (boven links). Nét niet op de foto links het stoepje dat leidde naar de voorgalerij, waar we eigenlijk zelden of nooit zaten. Dan stond er ook nog een palm-in-pot, waar nooit wat aan gedaan werd en die tóch onvernietigbaar dóór in leven bleef, al rotte soms de pot zelf gewoon weg! En bleek pas toen dat rajaps de ton duig voor duig keurig van binnen hadden uitgehold! En rechts zag je bij ALLE huizen de waterleidingbuis naar het achtererf toe. meestal een verroest en nogal los erbij bungelend geval dat nooit kapot ging! In onze Europese huizen met keurig netjes ingemetselde leidingen zou dat ding een doorn in ieder's oog geweest zijn, maar in Indië hadden we sterke ogen, die duizenden doornen verdragen konden. En om alles lachen konden. Op die waterleidingbuis hebben alle adiks in Indië lekker kunnen wippen (met de handjes tegen de muur gesteund, weet je nog wel?). Reusachtige lol voor nul cent. Daar voor bij de waterleidingbuis zijn ontelbaar veel kiekjes gemaakt zoals dit hier. En na het kiekje, fietsten we "dóór naar achter" (dat was in alle huizen zo) en kwam je dus (recht boven) "bij het zijmuurtje van de slaapkamers". Ook alweer een plaatsaanduiding die voor alle huizen klopte. Op dat muurtje (daarachter de corridor naar de achtergalerij) hebben ook misschien wel honderdduizenden Indischgasten geposeerd voor "even een kiekje". Vlak daarachter kwam de achtergalerij meestal "eetkamer" gedoopt omdat daar de maaltijden werden genuttigd (of waar je zat te soezen na het middag dutje!). Zoals de foto op de tweede rij links laat zien, zo kon je de etenstafel bijna doorlopend "druk bezet" vinden met allerlei tamoe's die "natuurlijk" bleven eten. Hoe onverwacht ook en hoeveel, ALTIJD was er eten genoeg op tafel. Je kan je gewoonweg niet meer voorstellen hoe Ma het fixte samen met de kokkie. Hier zie je op de achtergrond een djongos, maar vaak be diende kokkie zelf of de baboe-dalem of was er helemaal geen bediening, maar pakte iedereen net zoveel van de tafel als hij wou. Ongelooflijk gewoon! Voorbij de achtergalerij kwam je op het achtererf (2de rij rechts), waar vaak bale-bale's waren waarop kussens of ander goed te luchten lag in de zon. Hier was ook de plaats van de beo of djalak of bètèt. Ik herinner me niet ooit een huis huis gekend te hebben zonder de een of andere vogel! De achtergevel van het huis zag er ongeveer zo uit als je op de 3de rij plaatje links ziet:met een "gang" naar de bijgebouwen waarover een zinken dak. Van dat dak naar het dak van het hoofdgebouw had je trapsgewijs andere afdakjes van zink. Alleen jóngens kenden deze structuur op hun duimpje, want via deze weg denderden we zo vaak het dak op om een lajangan poetoes buit te maken. En hoe vind je die two-seater? Die is nog een hele tijd "je van het" geweest, vooral voor jongelui! En derde rij rechts zien we het achtererf tot de achtermuur toe, zoals 90 van de 100 huizen ze haddèn. Vaak krikil, verwaarloosd, hier en daar een boom. Droog in de kuststeden. Wie deed er wat aan tuinieren! Altijd stond op dit achtererf ook een kandang ajam in allerlei stadia van verval, meestal met een deur die er half bij hing, gegandjel met een steenHet totaal een beeld van heerlijke zorgeloze onverschilligheid. Zelden of nooit een ajam in het hok!

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1973 | | pagina 14