Fonteijn Co - Onverdraagzaamheid OPHEFFINGS - UITVERKOOP 10 - 20% KORTING op ALLE 22 KARAATS GOUDEN ARTIKELEN STALEN MIDO-HORLOGES 15% KORTING "MOEDERZIEL ALLEEN" IMPRESSIES VAN EEN REIS DOOR JAVA Vlamingstraat 5 - Den Haag - Telefoon 070-46 46 47 Mijn vriendje Pong Meyer, leerling van de 5de klasse der L.S. te Pasoeroean, kreeg op zijn verjaardag van zijn ou ders een fiets. Aangezien hij op die bewuste dag nog niet de vereiste rijvaardigheid bezat, bereed ik - leerling 7de kl. - het vehikel, terwijl Pong op het frame zat. Het was 3 uur in de middag; de zon scheen fel en ik begon van het trap pen dorst te krijgen. Toen we langs een rietproeftuin van 't wereldberoem de Suiker-Proefstation reden, werd de verlokking van het prachtige goud gele riet No. 100, me te machtig. Ik keek even rond en geen sterveling ziende, sprong ik van de fiets en over de sloot, die de riettuin van de weg scheidde. Door "geregelde" oefening brak ik met het grootste gemak twee rietstengels, toen ik tot mijn schrik uit de driesprong, een honderd meter van ons vandaan, de employé van het Suikerproefstation, Wolterbeek Mullier, op zijn fiets naar ons zag spurten, onderwijl zijn komst aankondigend met een onheilspellend geschreeuw bege leid door niet mis te verstane arm- en handbewegingen. Ik liet mijn "buit" ter waarde van twee centen vallen, nam de hindernis van de sloot met hetzelfde gemak, alsof er geen sloot bestond, sprong op de fiets en spurtte met Pong op het frame, het uitgestrekte, hobbelige terrein van de rijstpellerij "Poeroet" binnen in de rich ting van de kali Gembong, die achter de rijstpellerij stroomde. Als ik al de stille hoop koesterde, dat Wolterbeek Mullier n'iet zou durven mij op particu lier terrein te achtervolgen, had ik het mis. Toen ik tenslotte bij de rivier aankwam, was mijn achtervolger een goed 50 meter achter mij aan. Aan mijn voeten stroomde heel rustig de 10 meter brede kali Gembong, aan mijn rechterkant was de twee meter hoge muur, die de rijstpellerij scheidde van het gebouw van de ANIEM. Het nog open terrein aan mijn linker kant werd strategisch bestreken door mijn meedogenloze achtervolger. Ik hoorde hem lachen en schreeuwen: "Nou krijg ik je, kwajongen, ik zal je leren riet te stelen van 't proefstation." Mijn 14-jarige hersens werkten op top snelheid en plots zag ik een uitkomst. Ik plaatste de fiets tegen de muur, beval Pong er op te staan en op de muur te klimmen. Zijn angst gaf hem vleugels. In no time zat hij boven op de muur, waarna ik hem met een "smeer 'm" de fiets aanreikte. Met fiets en al liet hij zich aan de ander kant van de muur, op het erf van de oude ANIEM vallen; hij was veilig. Ik trok bliksemsnel mijn badjoe monjet uit, bond dat om mijn hoofd en plonsde de kali Gembong in, onder het krijgs gehuil van mijn achtervolger, die op dat moment nog zo'n 30 meter van de Weet je, ik voel me net een klein kind, dat pijn heeft (heb ik trouwens 4 a 5 keer gehad) en een beetje troost zoekt. Ik zit hier alleen met twee mannen en ben met mijn gedachten 's nachts tel kens moederziel alleen. Soms ben ik bang, weet je; ik ben helemaal niet flink en dapper. Over die simpele zaken heb ik vroeger iets geleerd. Mij werd toen gezegd: In Indië kwamen de mannen immers altijd moe en warm thuis van hun werk? Nou, ik moest er altijd voor zorgen, dat het eten in elk geval klaar was. Ik-zelf moest er fris uitzien met een schone jurk en de kinderen rustig. Begin niet met klachten en slecht nieuws, maar wacht ermee tot je man na 't eten ergens rustig zit. Dat is alles. En hier ken ik een Mevrouw, die met 't eten altijd anderen eerst aanspoort om flink toe te tasten en als laatste voor zichzelf opschept en dan bidt. Niet al te bescheiden en ook niet met poeha, maar met iets gewoons als een glimlach. Natuurlijk zijn er duizenden mensen, die bidden, die ken ik niet, maar zij doet 't zo eenvoudig, dat niemand 't ziet, hoeveel mensen er ook bij zijn. Ook hoorde ik iemand zeggen: "Weet je, wat erg moeilijk weg te geven is?" Vriendelijkheid, want dat krijg je altijd terug. "Van Tante St." rivier was verwijderd. Toen hij de rivier bereikte, klom ik in mijn blootje rustig de andere oever op en onder het gejoel en gelach van de badende en wassende javaanse vrouwtjes, trok ik mijn badjoe monjet weer aan, daarbij minzaam mijn kans loze achtervolger toelachend. Jack E. C. Wernink Wat een geduldige mensen, wat een gemeenschapszin, wat een bereidheid om in te schikken en plaats te maken in overvolle openbare vervoersmidde len, wanneer ik me als agressieve Hollander al weer kwaad maakte Wat een moed ook om te hopen op vooruitgang, op een betere toekomst. Als Nederlander, al zoveel jaren ge wend aan een enorm comfort en ver trouwd met een eindeloze reeks actie groepen en betogingen, die alles direct volmaakt willen hebben, sta je be schaamd dat deze mensen het proces van moeizame economische opbouw, dat eigenlijk pas in de jaren na 1967 op gang is gekomen, zo hoopvol mee maken, terwijl ik mijn schrik over een zo grote werkloosheid en zo totaal ontbrekende sociale voorzieningen nauwelijks kon verbergen Ik heb heel primitief gereisd, alleen met openbaar vervoer; ik heb gelo geerd in losmens (logementen), waar Chinese of Indonesische kooplui en vertegenwoordigers verblijven, in Indo nesische eethuisjes of warungs gege ten; ik ontdekte dat na een week ik de taal weer redelijk sprak, tenminste het volksmaleis Men nodigt je uit in huis, men knoopt een gesprek aan op straat, in het zwembad, in bus en trein, ja overal. Toon en inhoud van het gesprek is uiterst hartelijk en vrijmoedig. Nergens meer onderworpenheid, snel vraagt men naar je voornaam en dringt aan op tutoyeren. H. van Druten (in een warm artikel in "Hervormd Utrecht") Wij tekenen hierbij aan: wie werkelijk prettig kan reizen en logeren op het eenvoudigste niveau (wat massa's In dische mensen niet kunnen), heeft in derdaad het goede karakter en de juis te instelling om een ander volk te ken nen als een broedervolk. - Red. 11

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1973 | | pagina 11