Precies als voor ons een halve eeuw of langer
geleden is voor Rogier vandaag een wandeling
huiten door de sawahs een bron van vreugde
en geluk, méér dan welk ander stads-amuse-
ment ook. Je begint maar pardoes te lopen,
ineens de straat op "in je blote kakkies"de
lucht is azuur, de ochtendzon is nog "seger"
en de wereld is eindeloos (1).
Zo eindeloos in feite, dat je het op een keurige
weg al gauw vervelend gaat vinden. Dus duik
je na een poosje even pardoes de weg af, omdat
het water zo lustig klaterend verlokt om voe
ten te verkoelen. Oef! Hoe ver moet je terug
gaan in je herinnering om dat brokje zalig
heid weer te voelen! (2).
Daarna de tikars naar buiten om onder de
djamboeboom met een leuk spelletje kaart de
vermoeienissen van de wandeling gauw te
boven te komen. D.w.z. telkens vlagen van
zoet kaarten en vlagen van plotseling knokken
omdat er vals gespeeld werd of zo(5).
Dan ben je met een hele tros van twaalf kin
deren een hele ochtend uit met een massa ple
zier en zó goedkoop dat je je het haast niet
voorstellen kunt, schrijft Rogier. Want koewe
gemblong kost maar 5 rupiah per stuk (dus
ongeveer Set. Hollands geld) en zelfs een
portie petjil met lontong kost maar 25 rupiah
(15 cl. Hollands) en dat is de grootste
armoede van het Westen: dat je niet voor heel
weinig geld véél mensen een plezier kan doen.
Omdat inderdaad geven altijd beter blijft dan
ontvangenmaar klinnen we het nog wel?
(Foto's: Rogier)
Daarna ga je aan de andere kant verder over
galangan na galangan, als bèbèks op een rijtje.
En waarbij het telkens per ongeluk stappen
naast de galangan minstens even lollig is. Zo'n
trosje kakelende en schaterende kinderen kan
je over de padi-velden heen kilometers ver
horen (3).
En dan het laatste grote pad op naar de grote
weg terug, maar eerst moet de blubber van de
galangans er weer netjes af, want al gaan we
altijd door stof en klei en modder, met schone
voeten komen we altijd thuis! (4)
12