j. i m Onze gasten f f f Het ligt zelfs in de naam besloten: gastarbeiders. Maar de nadruk valt toch meer op arbeiders dan op gasten. Deze gasten dan zijn bezig een pro bleem te worden. Niet zo dringend als de olie-boycot, maar misschien toch nog lastiger op te lossen dan die cri sis, die begon als een donderslag bij niet-zo-heldere hemel en die misschien even abrupt eindigt, al zijn we dan nog niet van het algemeen energietekort af. De gastarbeiders waren aanvankelijk redders in de nood. Niet alleen kwa men zij een tekort aan arbeidskrachten opvullen, zij waren ook bereid karwei tjes op te knappen die Nederlanders niet langer als "passende arbeid" be schouwden. Dit geschiedde niet in Nederland alleen, maar in alle landen van de EEG. Maar ook bijv. in Spanje, waar nu de paradoxale toestand heerst dat zóveel Spanjaarden in het buiten land zijn te werk gesteld dat Spanje zelf Algerijnse arbeiders moet aantrek ken om het aantal arbeidskrachten op peil te houden. In totaal emigreerden naar de rijke in dustriële staten van de EEG tot 1970 elf miljoen arbeidskrachten uit minder ontwikkelde landen. Prognoses zeg gen, dat dit aantal in 1980 zou kunnen aangegroeid zijn tot 20 miljoen. Dob bert hun aantal nu dus rond een totaal cijfer dat maar een klein beetje lager is dan de gehele bevolking van Neder land, in 1980 zou deze "tiende natie in de EEG", zoals Time de "vreemde" arbeidskrachten in de industriële sta ten noemt een aantal zielen tellen, ver boven het totale inwonertal van ons land. Met de toename van het aantal gast arbeiders verminderde de waardering voor hun aanwezigheid. Er bleken aan het verblijf van arbeiders, totaal vreemd aan delnstellingen en de men taliteit van de gastheer ook nogal be zwaren te kleven. Die bezwaren sta pelden zich op bij de gastheren. Maar ook bij de gasten die weliswaar een beter loon verdienden dan zij thuis ooit zouden kunnen verkrijgen, maar dan ook moesten leven onder mens onterende omstandigheden. Met ande re woorden: van beide zijden ontwik kelde zich een sterk stijgend ressenti ment. Geen land, dat een aantal immi granten letterlijk en figuurlijk de kost gaf en geeft, of het heeft met moeilijk heden te kampen en hier en daar schijnt de grens der verdraagzaamheid bereikt. De moderne slaven, meestal zonder gezin levende in mensenpak huizen zijn niet langer de redders in de nood, maar in veler ogen lastige, onbetrouwbare en criminele elementen in de samenleving die hen vreemd is. Elementen die men zo spoedig moge lijk moet verwijderen. Of dit mogelijk zou zijn, is een tweede, want nog altijd kampt de industriële welvaartsstaat met een tekort aan ar beidskrachten en voor vele bedrijven zou hun vertrek een zware slag bete kenen. Het pardoxale van de toestand in vele landen, ook in Nederland is, dat men er duizenden vreemdelingen tewerk stelt terwijl de regering ach en wee roept over de te verwachten uit breiding van het aantal werklozen. Misschien zou deze ontwikkeling van het gastarbeiders-probleem kunnen worden gestuit. In het geval dat de gastheren zich de inspanning getroos ten, de aangevochten aanwezigheid van blijkbaar onmisbare vreemdelingen eens van de menselijke kant te bezien. Want in dat opzicht zijn wij schromelijk tekort geschoten. Wat is er tot dusver gebeurd om het onze gasten zo ge makkelijk mogelijk te maken? Zij zijn er nu eenmaal en onze economische machinerie heeft ze in de tegenwoor dige omstandigheden blijkbaar nog nodig, al ware het ons liever wanneer uit de falanx van Nederlandse werklo zen een wat groter belangstelling bleek voor het waarachtig wel aanwe zige werk. Als kudden slachtvee het land binnengekomen leven zij behalve in overvulde "pensions" nu in een steeds vijandiger atmosfeer. Men zal daar iets aan moeten doen. Anders loopt het vast en zeker mis J.H.R. NIEUWE ABONNEMENTS TARIEVEN VOOR 1974 (Ingaande 1 Januari) België/Lux. Denemarken Duitsland Frankrijk Italië Nederland per jaar 36, halfjaar f 18, kwartaal f 9, ANDERE LANDEN IN EUROPA: per jaar f 39,halfjaar f 19,50 kwartaal f 9,75 BUITEN EUROPA (zeepost): f 44,— per jaar Australië/Nw. Zeeland (luchtpost) Indonesië (luchtpost) Zd. Afrika/Zd. Amerika (luchtpost) Canada/Ver. Staten (luchtpost) Maleisië/Singapore/India (luchtpost) Suriname/Antillen (luchtpost) f 80,— f 65,— f 55,— 65,— 55,— 65,— Losse nummers f 1,75 per stuk. i Hierbij zou ik je een mandje lkan pindang van Banjuwangi willen toesturen, die je dan bij wat lekker warme kampongrijst en verse sambal-oelek zoudt kunnen opeten Was het maar zo, hè? Mijn vrouw en ik genoten altijd van die heerlijke rijst met ikan en sambal, die we van Pa Doelah voorgeschoteld kregen, als we bij hem in de pasanggrahan van Pasir Poetih logeerden. Die pasanggrahan was van de Regent van Bondowoso en mochten wij altijd van hem daar logeren. Zondagmorgen bracht ik mijn vrouw daar naar toe en ging dan 's avonds weer terug; mijn vrouw bleef dan achter met Adeline en bleven zij er tot de volgende zondag. En met verse vis gingen wij dan weer naar huis. (zie boven!) Tjalie, ik wil je dan nog prettige Kerstdagen en Selamat Tahoen Baroe toewensen, ook namens mijn vrouw! Aldus een vrolijke kerstgroet van Theo du Marchie Servaes. Een originele kerstgroet als V zich herinnert dat de Vis het symbool is voor het Christendom. Maar in elk geval persoonlijk zeer mooie herinneringen hebbend aan Pasir Poetih en Banjuwangi laat Tjalie al zijn lezers gaarne mee genieten van de aanblik van die fijne tongkolsweet je nog?

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1974 | | pagina 3