Ongeordende indrukken van een
net-uit-lndonesië teruggekomen 100 totok (slot)
Jammer, dat dit land - dit wonderscho
ne, dat artistiek onovertroffen gebied
- (nog) zo moeilijk bereisbaar is. Zo
stroef. Er is een visum voor nodig; er
moet voorbehoedend ingeënt worden.
Ter plekke dient men zich bij de
Vreemdelingenpolitie te melden en ook
nogeens bij een soort Wijkhoofd. Laat
je gastheer dat na, dan zorgen de bu
ren heus wel, dat "ze" er achterko
men - naar gefluisterd wordt a raison
van een verklikkersfooi. Openbaar ver
voer is er vrijwel niet en zo dat er is,
is er kans op sajoer of ajams op je
schoot te krijgen. Men behelpt zich met
genoemde particuliere 3- en 4 wie-
Iers, vernuftige variaties op de bak
fiets met, uiteraard, passagiers op die
bak. Zijn treinkaartje moet men er
daags tevoren afhalen, ergo voor één
reis tweemaal naar het station. Wie
een uur vóór vertrek nog mee wil
is aangewezen op het zo te oordelen
formidabele opkopersgilde. Niet alle
taxi's schijnen betrouwbaar te zijn.
Naar we zagen en met die personen
besproken(derhalve geen hearsay) no
teert, wie 's avonds een taxi aanroept,
het wagennummer.
Het kan voorkomen, dat men naar een
stil laantje gereden, en daar door ka
meraden van de chauffeur, financieel
aan de tand gevoeld wordt. Deze lieden
zijn dan geen werknemers bij een ge
vestigd bedrijf, maar avonturiers met
een vier-wielig voertuig; overigens ge
lukkig een haast niet meer voorkomen
de... mogelijkheid; maar niettemin een
Eén van die - in het land zelf doodgewone, zelfs banale - stukjes boerenland, die je echter toch
niet meer vergeet, die je niet loslaten. Welke je dus "in je hart hebt gesloten." Het is even
opvallend als vermakelijk, hoe in Indonesië de mensen zich niet kunnen voorstellen, dat je een
kiek maakt vanniets. Dat het je te doen is, om het panorama of om de sfeer en
je daar dus zelf liever niét "opstaat". - Hier in de praktijk: even uitstappen en de benen strekken
op de weg naar Garoet. En tegelijk genomen worden met de, langs de rijksweg drogende, bosjes
paddi. Noemt men er misschien daarom elke kiek een: portret?)
(voorbije) toestand, waar geen pas-
aangekomene op bedacht is. Hoe het
zij, de ondergetekende, volledig aan
die flora en fauna verslingerd, wil er
tanggoeng nog weieens naar toe, maar
heeft toch vuurproefjes doorstaan,
welke hem in het eerst deden zuchten:
"Wat ben ik begonnen...? Was ik voor
dezelfde uang maar naar Florida ge
gaan." Maar wat die rupiahs betreft
(voor 100.- Rp. 13.000)) gaat, nége-
rekend, die vergelijking mooi niet op,
want Indonesië is, als je de weg begint
door te krijgen en beseft, dat je ook in
de Indonesische V.&D.'s kunt pingelen,
goedkoop. We kochten hemden, broe
ken, schoenen voor 'n derde van de
prijs hier. Hollands - dit tot hen, die
hier ter wereld gekomen of als kleu
ter na de Souvereiniteitsoverdracht ge
arriveerd zijn en bijgevolg de ouder
lijke bahasa maar oppervlakkig kennen
- kent men er niet.
Niet in de winkels, niet onder de kell-
ners, hoogstens bij de oudere garde,
bankkassiers, alsook de tandartsen en
medici, maar daar krijgt de vacantie-
ganger eigenlijk niet mee te maken; des
te meer met bedoelde detaillisten, pa-
sarkooplui en dienstenverleners. Maar
ook de nog (school) Nederlands spre
kenden beginnen weer met de - vroe
ger door ons belandas zo énig gevon
den "Totok en Indo" -taalfouten (met
de acteur Grimberg in de Indorol) - lid
woordenmisère: dé mannetjesvarken.
Dit is het onvermijdelijk gevolg van het
enorm gepropageerde Engels met het
Sic transit gloria mundi-belanda ofwel, het kan
verkeren. Boven Bandoeng troffen we bij de
ingang van de daar vanouds vermaarde uit
spanning-restauratie dit Angelsaksische op
schrift aan.
Later, er toevallig koelte opzoekend omheen-
lopend, zagen we aan de achterkant het door
de jaren verweerde, schier antieke hord van
"weleer". M.a.w. mét Hollands kan men er
niét (meer) terecht; dat is althans onze er
varing alhoewel er op de banken en postkan
toren altijd wel een ouder iemand is, die
graag z'n vergrijsde Nederdietsch lucht.
alomvattende "the". In de bioscoop
staat in karbouwenletters op het doek:
Welcome - eronder, kleiner: Selamat
datang. Wat is nu de (puur individuele)
slotsom; gaan of niet gaan en met de
maduzoete herinnering voortleven?
We menen, let wel, geloven, dat de
mensen van Toen hun Orpheus in de
Desa niet zo dadelijk zullen herkennen
in de in sommige kampongs - knalhard
op verzoek van de buren, om er ook
wat van mee te genieten - aanstaande
radio's of pickups met dezelfde Ips als
overal.
Daarnaast kunnen we ons de geroem
de meiden moeilijk voorstellen in de
hedendaagse, om het minste menings
verschil opzeggende, in miniskirt de
boeloe ajam hanterende dochteren-
dier-baboes-van-weleer.
Het eerbiedige ge'toean is, in de ste
den, nogal 's vervangen door branie-
groeten als "Hi, Mister!" en/of, om
mijn blonde kuif: "Ah Boele". Mis
schien beter zo, de tijden zijn veran
derd, maar het gaat er primair om, of
mén z ij n oude sfeertje überhaupt wel
terug vindt. Dié gevoelige Gordiaanse
Knoop laten we liever aan een insider
over; logisch.
8