Niet Dago-zwembad, maar Tjiamplas OPROEP Rembang rampas (roven) anders mati kaliren (hongerdood sterven)." "O, je weet nog niet, ik kapan tjari redjeki (Het geluk zoeken) bij de goenoeng Meroe (berg Meroe) en nu al djadi (geworden) ik wil weer terug naar huis. Als je heb zin, je mag gerust mee. Jij ta anter no, biar niet kesasar (ik zal je begeleiden, opdat je niet verdwalen kan). En zo, die andere vogel hij vlieg mee, naar hier en omdat nog vreemd, altijd hij ngientil (in het voetspoor volgend) bij de emprit, om te leren de adat hier. Al gauw hij ziet, die apoesie (voor de gek gehouden) door de emprit, en niet krasan (niet naar de zin hebben) hier, hij wil weer terug, maar de emprit hij altijd zoek smoezies, want hij bang als hij mee straks, die patennie (gedood worden). Ja, kasian die andere vogel ken zelf niet maken nest en van de emprit voor hem te klein. Hij wil leren, maar nooit tjotjok (klopte nooit), omdat te veel ngelamoen (dagdromen) en zijn maag altijd heb honger en de emprit, hij niet geduldig, altijd maar piker ma- kanan (altijd aan eten denken). Nu hij leg zijn ei in een klein gat bij een dikke tak en zo die tetes (broeden). Maar langer laatst die vogel, hij wordt djeng- kel (kwaad worden en er genoeg van hebben) en altijd padoe (bekvechten) met de emprit. Tot op een dag zeggen: "Wah prit, jou ati boesoek (slecht hart), jij djoesta (liegt) met mij, jij ben grote smeerlap en bangsat (bandiet). Jij koe rang adjar (ongemanierd) en als je morgen mij niet wil anter (begeleiden) terug naar mijn land, ik patol (pikken) jou dood en zoek zelf de weg. Meteen hij kabroek (aanvallen) de emprit tot de veren modal madil (in het rond vliegen). Gelukkig de andere emprits, zij krojok (in massa aanvallen) de vo gel, anders mati dat ene beest emprit. Die avond die emprit hij wordt bang. Stiekum hij koempoel de anderen en stilletjes hij mentiet (vandoor gaan) en moempet (verstoppen) in de rimboe. De volgende dag de andere vogel hij zoek de emprit overal, maar kan niet vinden. Hij kesasar (verdwalen) overal en vanaf die dag hij jammert altijd: "Trrr no, trrr no." (Leid mij, leid mij.) De djaman koeno (voorouders) ze ho ren de vogel zo jammeren. Zij vragen hem: Waarom ko, je wil altijd die an- terno (begeleid worden). Door wie en naar waar wil je. Misschien wij kunnen toeloeng (helpen)." Zo hij vertel de hele pekara en vanaf die dag noemen wij hem emprit gantil. J. Weites. Noot v.d. redactie: Tussen haakjes: een heerlijk smeuiig verhaal, alleen word je poesing (duize lig) van de haakjes open, haakjes dicht! Wie heeft een afbeelding van de em prit gantil, die we een volgende keer in Tong Tong kunnen plaatsen? Naar aanleiding van de foto van het zwembad in T.T. no. 2, pag. 17 schreef onze lezer, de Heer G. Leidelmeijer ons, dat dit naar zijn mening niet het Dagozwembad, maar Tjiamplas moest zijn, en hij gaf onderstaande beschrij ving ervan: Dit zwembad is uit twee richtingen te bereiken. Van de Lembangweg af, dan ong. 50 meter door een dal met de hier achter langs stromende kali Tjikapun- dung. Vanaf de Technische Hogeschool kon men er komen vla een onvoltooide as faltweg met aan de rechterkant de Die rentuin, dan een bruggetje over de bovengenoemde kali, langs die fietsen- loods en dan betrad men de inmense ruimte, het gebouw met de zonnewe ring op de foto. Van hieruit had men een prachtig uitzicht op het zwembad. Direct onder één der wijde raamope ningen in het midden van het gebouw, bevond zich "Neptunus" met in zijn rechterhand de welbekende drietands vork. De linkerhand omvatte een kruik op zijn schouder waaruit het gezuiver de zwembad-water stroomde. In het gebouw dat haaks op het hoofdgebouw was gebouwd, was een winkeltje waar men versnaperingen kon kopen. Dan een overdekt terras, dat aan drie zijden open was, met een lage muur van rode tegels. Op de voorgrond de bekende Contact gezocht door de Heer SAIFFOEDIN Jl. Pemuda 158 - BUKIT TINGGI, met: 1. Chr. Grootes, ex-Gem. Secr. Fort de Koek, vanaf 1930, verliet Indone sia in 1945. 2. S. Nijdam, ex-Burgem. F. de Koek. 3. J. C. W. Ungerer, ex-Dir. Gem. Wer ken, Fort de Koek of nabestaanden. Berichten aan Saiffoedin vnd. of aan F. J. v.d. Veer, Handellaan 16, Huizen (N.H.), tel. 02152-5 14 76. Een wolkenkroon op 't hoofd Een groene mantel aan, Rijst machtig uit de vlakte De Indische Vulkaan Lembang, o jonkvrouw (waardig, zulk een vorst) Gij, die in groene sluiers Stil sluimert aan zijn borst. De luchten lichten Om Uw eeuwig schoon De bloemen zijn juweelen ln Uw vorstinnekroon. De bergstroom doorbruist 't Ravijn als het lint Dat Uw geliefde teeder Om Uwe lokken windt. Lembang, Preangerparadijs, Waat 't immer zoet is rond te dwalen Waar 't oerwoud U zijn sprookjes zegt, De kraters hunne spookverhalen; En waar de zonne purp'ren tranen schreit Als zij van gindsche blauwe bergen scheidt. V. H. AHN.-KOBLER boom. Daar achter lag de parkeer plaats, een auto is op de foto te zien. Het zwembad had vier baden. Het die pe op de voorgrond, rechts op de foto niet waarneembaar een springplank met daar boven nog een springplat- form. Twee eilandjes waren er, één voor de glijbaan. Aan de linker kant van de foto een ge deelte van het 2.10 meter-bad. Het kinderbad bevond zich direct naast dit bad, wat - nu besef ik het pas - gevaar lijk was. 21

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1974 | | pagina 21